Vertaald uit het Spaans – Freddy Storm 03/2009 De onderaardse stad DERINKUYU Vertaald uit het Spaans – Freddy Storm 03/2009
In 1963, toen een inwoner van DERINKUYU (in de regio Cappadocië, centraal Anatolië, Turkije), een wand van zijn grotwoning neerhaalde, ontdekte hij tot zijn verbluffing achter die wand een mysterieuze woning zoals hij er nog nooit een had gezien. Via die woning kwam hij van de ene woning in de andere. Hij had bij toeval de onderaardse stad DERINKUYU ontdekt, waarvan het eerste niveau rond 1400 voor Christus door de Hetieten was uitgegraven.
De archeologen begonnen die fascinerende verlaten onderaardse stad te bestuderen. Zij bereikten een diepte van 40 meter, maar schatten de ware diepte op zo’n 85 meter. Er werden 20 onderaardse niveaus ontdekt. Enkel de bovenste acht niveaus zijn te bezoeken, de overige zijn gedeeltelijk versperd of gereserveerd voor de archeologen en antropologen die DERINKUYU bestuderen.
De stad werd gebruikt als toevluchtsoord voor duizenden mensen De stad werd gebruikt als toevluchtsoord voor duizenden mensen. Die leefden onder de grond om zich te beschermen tegen de frequente invasies van Cappadocië in de verschillende periodes van de bezetting. Ook de eerste christenen vonden er een schuilplaats. De vijanden, zich bewust van het gevaar dat ze liepen wanneer ze zich in de onderaardse stad begaven, trachtten gewoonlijk de bewoners naar buiten te doen komen door hun waterputten te vergiftigen.
Het interieur is verbazingwekkend: de onderaardse galerijen van DERINKUYU (waarin plaats is voor minstens 10.000 mensen) konden op drie strategische punten worden geblokkeerd met ronde stenen deuren. Deze zware rotsblokken sloten de toegang af voor vijanden. Ze zijn 1 tot 1,5 meter hoog, circa 50 cm dik en wegen tot 500 kg.
Op deze foto ziet u hoe de ronde deur de toegang tot de onderaardse stad afsloot.
Bovendien had DERINKUYU een tunnel van circa 8 kilometer die leidde naar een andere onderaardse stad in Cappadocië. De stad KAYMAKL?
De Griekse geschiedschrijver JENOFONTE verhaalde over deze onderaardse steden. In zijn werk ANABASIS vermeldde hij dat de inwoners van Anatolië hun woningen onder de grond hadden uitgegraven en dat ze leefden in behuizingen die groot genoeg waren voor een gans gezin, de huisdieren en de voedselvoorraad.
Op de ontdekte niveaus vond men eetkamers, een kruisvormige kerk van 20 op 9 meter met een dak van meer dan 3 m hoog, keukens (zwartgerookt door de vuren waarop werd gekookt), persen voor wijn en azijn, bodega’s, kruidenierswinkels, een school, talrijke woningen en zelfs een bar.
De stad had een ondergrondse rivier, waterputten en een ingenieus ventilatiesysteem(er werden 52 ventilatie-schachten ontdekt) dat hedendaagse ingenieurs met verstomming slaat.
EINDE