De bel rinkelde om 8u15 Iedereen was op tijd aanwezig Nu zijn we bezig met spelling We moesten eerst wiskunde maken We willen foutloos kunnen schrijven.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Het werkwoordelijk gezegde
Advertisements

Je bent wijs als je van ieder mens leren wilt.
naamwoordelijk gezegde
Werkwoordspelling Volg de weg!.
Mijn antwoord op Gods zegeningen. Sabbat 3 mei 2014 “Gezegend zij de God en Vader van onze Heer Jezus Christus, die ons in de hemelsferen, in Christus,
Presentatie over de regels op school Groep 8. “Eindelijk, de bel gaat”, zegt Danisha.
Schoolplein Rachelle Lisa Chantal Xian Leroy.
Werkwoordspelling invulschema.
Persoonsvorm Saskia Hoekx.
Met deze presentatie kan je met het volgen van een schema de juiste eindletter (d of t) vinden. dt t d.
Glamping Door Eline Hintzen.
Kinderkerstviering 2012 Hervormde kerk Nieuwkoop
Een verhaal om te onthouden
Werkwoordspelling Hoe ging het ook alweer?.
Dit is Isabel 1.
Kikker en het vogeltje Max Velthuijs.
Persoonsvorm tegenwoordige tijd
Werkwoorden in de v.t. Reeks 2.
Werkwoorden in de v.t. Reeks 3.
Werkwoorden Alles door elkaar!.
Wie is de baas?.
College Schrijfvaardigheid
Pasen 4 april 2010 Exodus 14: : 1a De Heer zei: Het kan, trek verder, Ik zal het water van de zee splijten en jullie zullen over droog land er doortrekken.
Woord van Leven December 2009 “Zo moet jullie licht schijnen voor de mensen, opdat ze jullie goede werken zien en eer bewijzen aan jullie Vader in de.
Het hele werkwoord.
Persoonsvorm Saskia Hoekx.
Public Design Technologisering Paul van Den Hogen Martino Wullems.
WERKWOORDSPELLING Hoe doe je dat ?.
Spel uit de top 20: Fifa ’13..
Brugklas Werkwoordspelling.
2 VWO Werkwoorden.
Uitleg persoonsvorm (pv)
Een wijze les voor jullie:
WERKWOORDSPELLING Met dit overzicht vind je uit hoe je de werkwoordsvorm moet schrijven. Dit is de knop om te beginnen.
2. Grammatica en spelling
Spelling werkwoorden Denk – dacht schets - schetste Ontwerp – ontwierp
Zingen Vers 1 Ik ben de goede herder die zijn eigen schapen kent.
Werkwoorden in de v.t. Reeks 1.
Herhaling Spelling Hoofdstuk 1 en 2 Klas 2A.
Persoonsvorm in de verleden tijd: zwakke werkwoorden
De stam van het werkwoord
Hoe gebruik ik -d & -t? Leren en oefenen Maar eerst…….
Kerst 2015 Groep 2b. De herders zijn met hun schapen in het veld.
De gebiedende wijs De enkelvoudige zin en samengestelde zin
Alleen wat je moet weten!
Werkwoordspelling -d of –t?
Werkwoordsvormen, voorzetsels en voegwoorden
Hoofdstuk 6 Spelling Voltooid deelwoord en bijvoeglijk naamwoord.
Hoofdstuk 5 Spelling Persoonsvorm in de verleden tijd: zwakke werkwoorden.
Briant College Spelling Engelse werkwoorden en Leenwoorden.
Cursus werkwoordspelling Goed spellen? Kwestie van regels.
Cursus werkwoordspelling Goed spellen? Kwestie van regels.
SPELLING Vormen van het werkwoord Oude naamvalsvormen.
Werkwoorden vervoegen
Werkwoordspelling.
Werkwoorden Hele werkwoord: wij-vorm tegenwoordige tijd Stam: ik-vorm tegenwoordige tijd Persoonsvorm: Belangrijkste werkwoord in de zin.
Les 3. Regel: het regelmatig presens
Werkwoordspelling. Werkwoordspelling Tegenwoordige tijd Als de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd staat, kun je kiezen uit drie vormen: 1 = ik-vorm.
Past Simple (v.t.) Regelmatige werkwoorden allesvoorengels.nl.
verleden tijd STERKE WERKWOORDEN infinitief stam (ik in tt)
De gebiedende wijs Spelling 2.5.
Meewerkendvoorswerpzin
Blok 2: Grammatica zinsdelen
Het 24 spel.
Stappenplan werkwoordspelling
Alleen wat je moet weten!
Extra oefenen Hoofdstuk 1 & 2 Ta!ent: Grammatica & Spelling
Spelling.
Stappenplan werkwoordspelling
Spelling.
Transcript van de presentatie:

De bel rinkelde om 8u15 Iedereen was op tijd aanwezig Nu zijn we bezig met spelling We moesten eerst wiskunde maken We willen foutloos kunnen schrijven

Pv. in de v.t.Noemvorm/ infinitief (ik zal….) Klankverandering of geen klankverandering Zwom Werkten Reden Genas Speelde

Persoonsvorm in de verleden tijd Hoor je op het einde Te of ten, De of den? Hoor je te of ten, Vervang door werken: Werkte of werkten Hoor je de of den, Vervang door spelen: Speelde of speelden (ma) bakte (wij)maakten (jullie) huilden (ik) belde (zij) praatten (zus) vertelde