Exploitatiebegroting Deel 2 Kosten
Programma Terugblik Opgaven 3,5,6 nakijken Maken oefenopgaven 3 en 4 + kennisvragen 4, 7 Samenvatting Huiswerk
Terugblik Omzet bereken je door Inkoopwaarde v.d. omzet Aantal verkochten producten x prijs Formule: omzet = afzet x verkoopprijs Inkoopwaarde v.d. omzet De prijs die de inkoop van de goederen waard waren van je gemaakte omzet van die periode Formule: inkoopwaarde omzet = afzet x inkoopprijs
Terugblik Brutowinst Exploitatiekosten Wat je overhoudt nadat je de inkoopkosten van de omzet hebt afgehaald Bedrag wat je nodig hebt om al je kosten mee te betalen Formule: Brutowinst = Omzet – inkoopwaarde v.d. omzet Exploitatiekosten Alle kosten die nodig zijn voor je bedrijf
Terugblik Bedrijfsresultaat Winst of verlies wat overblijft na aftrek exploitatiekosten van brutowinst Bedrijfsresultaat kan gebruikt worden om loon van te betalen, te investeren, over te zetten naar Eigen Vermogen Formule: Bedrijfsresultaat = Brutowinst – exploitatiekosten
Terugblik Omzet € 73.750 Brutowinst € 32.500 Inkoopwaarde € 41.250 Brutowinst € 32.500 Personeelskosten € 11. 850 Huisvestings- en inventariskosten € 2.000 Verkoopkosten € 400 Kosten van vervoermiddelen € 800 Betaalde interest € 250 Afschrijvingen € 600 Overige kosten € 525 Totaal exploitatiekosten € 16.425 - Nettowinst (bedrijfsresultaat) € 16.075
Opdracht 3 Personeelskosten, anders dan loon • een cursus 'omgaan met de klant, bedrijfskleding, reiskostenvergoeding Overige administratieve kosten van de onderneming • kosten van de boekhouding of de accountant• telefoon/porti/internet Huisvestingskosten, maar niet de huur Onroerende zaak belasting Afschrijvingen auto of winkelinventaris
Opdracht 5a Een onderneming heeft de volgende gegevens genoteerd: omzet € 448.000 rentekosten € 8.960. personeelskosten € 89.600 afschrijvingen € 4.480 inkoopwaarde van de omzet € 268.800 overige kosten € 53.760 huisvestingskosten € 22.400 verkoopkosten € 13.440 ingekochte goederen € 175.000 vervoerskosten € 8.960 waarde van de voorraad € 12.500 A Bereken voor Gerrit de brutowinst Uitwerking: Omzet – inkoopwaarde = brutowinst
Opdracht 5b Een onderneming heeft de volgende gegevens genoteerd: omzet € 448.000 rentekosten € 8.960. personeelskosten € 89.600 afschrijvingen € 4.480 inkoopwaarde van de omzet € 268.800 overige kosten €53.760 huisvestingskosten € 22.400 verkoopkosten € 13.440 ingekochte goederen € 175.000 vervoerskosten € 8.960 waarde van de voorraad € 12.500 B Hoeveel kosten heeft de onderneming in totaal gemaakt? Uitwerking: Tel alle kosten op
Opdracht 5c Een onderneming heeft de volgende gegevens genoteerd: omzet € 448.000 rentekosten € 8.960. personeelskosten € 89.600 afschrijvingen € 4.480 inkoopwaarde van de omzet € 268.800 overige kosten €53.760 huisvestingskosten € 22.400 verkoopkosten € 13.440 ingekochte goederen € 175.000 vervoerskosten € 8.960 waarde van de voorraad € 12.500 C Bereken voor Gerrit het bedrijfsresultaat Uitwerking: Brutowinst –(exploitatie) kosten = bedrijfsresultaat
Opdracht 6a Jan heeft een ijscokar gehuurd. Hij heeft voor € 300 ijs ingekocht. Jan berekent de verkoopprijs door de inkoopprijs met 150% te verhogen. Aan het eind van de dag blijkt zijn omzet € 720 te zijn geweest. A Bereken voor Jan de verwachte omzet. Uitwerking: inkoopprijs + 150%
Opdracht 6b Jan heeft een ijscokar gehuurd. Hij heeft voor € 300 ijs ingekocht. Jan berekent de verkoopprijs door de inkoopprijs met 150% te verhogen. Aan het eind van de dag blijkt zijn omzet € 720 te zijn geweest. B Druk voor Jan de verwachte brutowinst uit in procenten van de verwachte omzet. Uitwerking: 300/ 100 x 150 = verwachte brutowinst Verwachte brutowinst/ verwachte omzet x 100 = percentage brutowinst
Opdracht 6c Jan heeft een ijscokar gehuurd. Hij heeft voor € 300 ijs ingekocht. Jan berekent de verkoopprijs door de inkoopprijs met 150% te verhogen. Aan het eind van de dag blijkt zijn omzet € 720 te zijn geweest. C Bereken voor Jan de brutowinst die daadwerkelijk behaald is. Uitwerking: behaalde omzet – inkoopprijs= echte brutowinst
Opdracht 6d Jan heeft een ijscokar gehuurd. Hij heeft voor € 300 ijs ingekocht. Jan berekent de verkoopprijs door de inkoopprijs met 150% te verhogen. Aan het eind van de dag blijkt zijn omzet € 720 te zijn geweest. D Druk de daadwerkelijk behaalde brutowinst uit in procenten van de verwachte omzet. Uitwerking: Behaalde brutowinst/ verwachte omzet x 100
Opdracht 6e Jan heeft een ijscokar gehuurd. Hij heeft voor € 300 ijs ingekocht. Jan berekent de verkoopprijs door de inkoopprijs met 150% te verhogen. Aan het eind van de dag blijkt zijn omzet € 720 te zijn geweest. E Bereken voor Jan het derving percentage. Uitwerking: % Verwachte brutowinst – % behaalde brutowinst - derving
Opdrachten maken Maken tijdens de les oefenopgaven 3 en 4 Maken tijdens de les kennisvragen 4,7 Niet af? Dan huiswerk voor morgen
Samenvatting Brutowinst bereken je door…..? Inkoopkosten zijn wel/geen exploitatiekosten Wat houdt verwachte omzet in? Is een verlies ook een bedrijfsresultaat?
Huiswerk Maken opdracht 1, 2, 8