Besloten ruimten in de buitendienst Het werken in besloten ruimten geschiedt bij gemeenten onvoldoende veilig. Dit heeft de arbeidsinspectie geconstateerd bij recente onderzoeken. In deze toolbox wordt stil gestaan bij de risico's en te nemen maatregelen.
Veilig werken in besloten ruimten 1. Wat is een besloten ruimte? 2. Waarom bijzondere aandacht? 3. Herkenbaarheid besloten ruimte 4. Gevaren in besloten ruimtes 5. Veiligheidsmaatregelen om veilig te kunnen werken 6. Als het mis gaat...............is het soms te laat!! Een voorbeeld uit de recente praktijk!
De trieste praktijk http://www.youtube.com/watch?v=ifFHSCsmuj0 Omroep Brabant 4 oktober 2010 Klik op internetkoppeling: http://www.youtube.com/watch?v=ifFHSCsmuj0 Dit wordt vervolgd door een tweede verslag van Omroep Brabant enkele dagen later. (volgende dia)
Twee dagen later http://www.youtube.com/watch?v=EJq9beZBnag Klik op internetkoppeling: http://www.youtube.com/watch?v=EJq9beZBnag
Wat zijn besloten ruimten? 1. Slecht te ventileren 2. Moeilijk te betreden en/of te ontvluchten 3. Niet ontworpen voor verblijf van personen 4. Het is er krap....vaak donker... 5. Gevaarlijke stoffen aanwezig 6. Gebrek aan zuurstof Wat zijn de eigenschappen van besloten ruimten?
Herkenbaarheid besloten ruimtes Ruimtes zoals rioolstelsels, kruipruimtes, opslagtanks en kelders zijn goed herkenbaar. Moeilijker herkenbaar zijn ongeventileerde ruimtes, pijpleidingen, open vaten en putten en sleuven. Herkenbaarheid is erg belangrijk. Dat blijkt in de praktijk niet altijd even gemakkelijk.
Gevaren in besloten ruimten We gaan nu eens zien wat de gevaren zijn van het werken in besloten ruimten.
Moeilijk toegankelijk Moeilijke toegankelijkheid [4.1] Bij calamiteit kan dit tot grote problemen leiden. Het erg moeilijk (bewusteloos) slachtoffer door nauwe toegang (mangat) naar boven te halen.
Brandbare of explosieve stoffen 1. Gassen 2. Dampen 3. Vaste stoffen fijn verdeeld 4. Hoog zuurstofgehalte Concentraties brandbare of explosieve stoffen [4.2] – brandbare of vluchtige vloeistoffen, gassen (> 10% LEL) kunnen tot een brand of gasexplosie leiden. – vaste stoffen, in zeer fijn verdeelde vorm (graan-, hout- of metaalstof) kunnen tot stofexplosie leiden. – bij een hoog zuurstofgehalte is er een grotere kans op brandgevaar [4.4]
Giftige / bedwelmende stoffen (mond, huid, luchtweg) Al snel een overschrijding van de grenswaarde! Concentraties giftige of bedwelmende stoffen [4.3] Komen via mond, huid of luchtwegen in menselijk lichaam. Op zeer korte of langere termijn schadelijke gezondheidseffecten. Grenswaarde mag nooit worden overschreden.
Verstikking Te laag (< 18%) zuurstofgehalte Bij een zuurstofgehalte < 18 vol% ontstaat gevaar voor verstikking. Oorzaken van verlaagde zuurstofconcentratie: - rottings- en oxidatieprocessen, -aanwezigheid van inerte gassen.
Micro-organismen (biologische agentia) Komen het lichaam binnen via: 1. Ademhalingswegen of slijmvliezen (ogen) 2. Huid 3. Mond Micro-organismen zijn niet zichtbaar en overal aanwezig [4.5]
Ventileren Besloten ruimten zijn moeilijk te ventileren. Brandbare, explosieve of giftige stoffen kunnen hierdoor niet eenvoudig worden verwijderd.
Bewegende delen Roerwerken, pompen in een kleine ruimte zorgen voor beknellingsrisico's. 1. Onverwacht in beweging 2. Weinig ontsnappings- mogelijkheden 3. Gladheid 4. Uitstekende delen Bewegende delen [4.7] Vormen een bijzonder gevaar. – onverwacht in beweging komen – de ruimte is erg krap, weinig ruimte om te ontsnappen – gladheid en uitstekende delen kunnen extra valgevaar veroorzaken
Water 1. Verdrinkingsgevaar 2. Extra gevaar voor elektrocutie 3. Hinderlijk 4. Onverwacht instromend water Hoge waterstand [4.8] Waterstanden moet zo laag mogelijk maar altijd < 40 cm. zijn.
Beperkte bewegingsruimte Risicoverhogende factoren: 1. Hoge fysieke belasting 2. Extra vermoeidheid 3. Minder alertheid Beperkte bewegingsruimte [4.9]
Vallen, uitglijden (vochtig, obstakels) 1. Besmeurde trappen, leuningen, bordessen 2. Weinig verlichting 3. Kleine ruimte 4. PBM gebruik Vallen. Uitglijden [4.10]
Elektrocutie 1. Vochtige ruimtes 2. Elektrisch geleidend Elektrocutiegevaar door [4.11] -Beperkte bewegingsvrijheid -Geleidende wanden, vloeren, plafonds
Verkeer Verkeer bij toegang tot de besloten ruimte 1. Aanrijdgevaar 2. Beperkte vluchtwegen 3. Bereikbaarheid voor prof. hulpverleners. Verkeer kan extra risico's met zich meebrengen [4.12] -aanrijdgevaar -vluchtwegen -bereikbaarheid voor professionele hulpverleners
Veiligheidsmaatregelen Veiligheidsketen [6] Voor structurele en adequate aanpak volgens arbeidshygiëne strategie. 1. pro-actie = wegnemen van structurele oorzaken 2. preventie = voorkomen van directe oorzaken 3. preparatie= nemen van voorzorgsmaatregelen op optredende incidenten 4. uitvoering 5. nazorg = terugkeren naar normale bedrijfssituatie Volgende dia's geven kort overzicht van elke schakel.
Pro-actie = het voorkomen van risicovolle situaties 1. Nieuwbouw / renovatie: in bestek 2. Bestaande: vooraf gevaren vaststellen 3. Uitbesteding: in schriftelijke opdrachtverstrekking Proactie [6.1] Ontwerp en bestek: In vroegtijdig stadium betrokken zijn bij plannen zodat de gevaren niet of zo beperkt mogelijk optreden. Bestaande: Vooraf gevaren inventariseren en aanduiding “besloten ruimte, alleen betreden met geldige werkvergunning” aanbrengen.
Preventie = organisatorische- & technische maatregelen om veilig te kunnen werken 1. Taakrisico-analyse 2. Werkvergunning 3. Overleg 4. Metingen 5. PBM's 6. Veilige hulpmiddelen Preventie [6.2] Preventie erg belangrijk. Technische en organisatorische maatregelen. 1 Taakrisico-analyse: wat zijn de risico's bij het verrichten van taak/ werk? 2 onderdeel van werkvergunning 3 Overleg met uitvoerenden 4 Metingen zijn bepalend -al dan niet betreden -voorzorgsmaatregelen en hulpmiddelen -te gebruiken PBM's
Preparatie = “goed voorbereid (ook voor als het mis mocht gaan)” 1. Betrouwbare hulpmiddelen 2. Noodplan : Scenario's redden uit een besloten ruimte Preparatie [6.3] Het betreft hier technische en organisatorische maatregelen. -goede, veilige gereedschappen en hulpmiddelen -voorbereiding op hulpverlening bij ongevallen (hulpverleningsplan).
Uitvoeren / repressie Handelen zoals in voorbereiding is bepaald. Werkvergunning. Uitvoering [6.4] Conform werkvergunning.
Nazorg = herstel normale bedrijfsvoering Zo snel mogelijk weer terugkeren naar de normale bedrijfssituatie. – na een normaal verlopen uitvoering van werkzaamheden - na een verstoorde uitvoering. Met beide scenario's rekening houden.
Preventie 1 1. Taakrisico-analyse 2. Wat zijn de risico's die zich bij deze werkzaamheden kunnen voordoen? 3. Op een structurele wijze inventariseren en beoordelen Bijvoorbeeld: 3.1 bewegende delen 3.2 gevaarlijke stoffen 3.3 gebrek aan voldoende zuurstof Preventie 1 taak-risicoanalyse [6.2.2] Onder verantwoordelijkheid van leidinggevende uitvoeren risicobeoordeling (taakrisicoanalyse) -gevaren m.b.t. uit te voeren werkzaamheden inventariseren en beoordelen. -op grond hiervan worden de te nemen maatregelen bepaald. -vast leggen in werkvergunning
Preventie 2 Werkvergunning= formeel document waarin: 1. Betrokken medewerkers 2. Overzicht van (mogelijke) gevaren 3. Te nemen voorzorgsmaatregelen 4. Te gebruiken PBM's 5. Beschikbare voorzieningen 6. Overleg 7. Metingen 8. Handtekeningen Preventie 2 Werkvergunning Werkvergunning bestaat uit de volgende hoofdstukken: -aanvraag werkzaamheden -algemene gegevens -overzicht van mogelijke gevaren -te nemen voorzorgsmaatregelen -te gebruiken persoonlijke beschermingsmiddelen -te gebruiken voorzieningen -overleg -metingen en meetresultaten -maatregelen n.a.v. de meetresultaten
Preventie 3 Wachtsman= veiligheidswacht= mangatwacht 1. Contact tussen personen besloten ruimte en buitenwereld 2. Toezicht op werkomgeving (toegangen/verkeer) 3. Toezicht op omstandigheden in ruimte 4. Redding/ ontruiming 5. Gaat onder geen enkele voorwaarde in besloten ruimte; ook het hoofd buiten de ruimte houden 6. Getraind Preventie 3 De wachtsman [6.2.4] Belangrijkste functionaris a. contact met uitvoerende persoon (personen) in besloten ruimte b. staat in directe verbinding met leidinggevende c. houdt nauwlettend toezicht op werkomgeving; d. ziet toe dat mangaten, trappen en vluchtwegen vrij toegankelijk blijven; e. reedt op bij veranderende condities f. laat werkzaamheden stoppen en ruimte ontruimen; g. betreedt nooit besloten ruimte, h. heeft persoonlijke beschermingsmiddelen ter beschikking i. rapporteert en meldt bijzonderheden aan leidinggevende j. moet getraind zijn.
Preventie 4 1. Verkeer 1.1 Autosnelwegen (CROW 96a) 1.2 Niet autosnelwegen/ wegen in bebouwde kom (CROW96b) 1.3 Zeer kortdurende werkzaamheden (CROW-instructie) 2. Toegangen veilig afzetten Preventie 4 Verkeer en toegangen [6.2.5 en 6.2.6]
Preventie 5 Veiligstellen 1. Vloeistofniveau (leeg pompen) 2. Temperatuur (< 40 ºC.) 3. (Automatische) besturingen blokkeren 4. Bewegende delen blokkeren 5. Werkschakelaars afsluiten 6. Afspraken over vluchtwegen Preventie 5 Veilig stellen [6.2.7]
Preventie 6 Gasmeten 1. Meetbevoegde 2. Zuurstofconcentratie (> 19% en < 21,5%) 3. Explosie (< 10% LEL) 4. Giftige stoffen (< grenswaarde) Gasmeten [6.2.8] Alleen meetbevoegde mag deze metingen verrichten en interpreteren. Gegevens worden op de werkvergunning vermeld.
Preventie 7 Ventileren Verdrijven van gevaarlijke gasvormige stoffen uit besloten ruimte. Hiermee wordt getracht binnen de gestelde normeringen te komen. Lukt dat niet dan moet adembescherming worden toegepast. Preventie 9 Ventileren [6.2.9] Wanneer oncentraties zuurstof, explosieve of giftige stoffen boven maximaal toegestane waardes kan besloten worden tot het ventileren. Hierna opnieuw meten. Wanneer ventileren niet toegepast kan worden of onvoldoende effect heeft moet onafhankelijke adembescherming (door daartoe opgeleide personen) gedragen worden.
Preventie 8 Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM) 1. Basis pakket 2. Afhankelijk van de situatie Preventie 8 PBM [6.2.10] 1. Basispakket: overall; veiligheidsschoenen of - laarzen handschoenen; veiligheidshelm; spatbril of veiligheidsbril. 2. Situatieafhankelijk: denk aan o.a. adembescherming
Preventie 9 Voorzieningen 1 Elektrisch gereedschap (<120 V.= of < 50 V.~)- 1. Explosieveilig 2. Verplaatsbaar elektr. matr. (accu of SELV- of S-keten) 3. Verplaatsbare voedingsbronnen buiten ruimte Preventie 9 Voorzieningen -Elektrische Voorzieningen [6.2.11.1] Stringente eisen. a. gelijkspanning van ten hoogste 120 V. of van wisselspanning van maximaal 50 V. b. Verplaatsbaar elektrisch materieel ingebouwde voedingsbron (accu). Wanneer niet mogelijk SELV- of S-keten (veiligheidstrafo). c. Bij toepassing S-ketens mag slechts één toestel (klasse II, dubbel geïsoleerd. d. Handlampen niet in S-keten.
Preventie 10 Voorzieningen 2 1. ”Heet werk” (snijden, lassen slijpen) 1.1 cilinders buiten besloten ruimte 1.2 pas op voor zuurstoflekkage 1.3 branders, slangen,koppelingen voor gebruik controleren 1.4 beveiliging in toevoerleidingen 2. communicatieapparatuur (portofoon/ telefoon) 3. brandblusmiddelen 4. vonkvrij gereedschap 5. verlichting Voorzieningen 2 1. Heetwerk [6.2.11.6] -Gas- en zuurstof cilinders, buiten besloten ruimte -Pas op voor zuurstoflekkag t -Branders, slangen en slangaansluitingen vooraf controleren -Geen snelkoppelingen. -vacuumventiel toepassen -aarding elektr. apparatuur 2. Communicatieapparatuur [6.2.11.2] -portofoon/ telefoon 3. Brandblusmiddelen [6.2.11.3] -brandbare materialen, bij las-, snij- of slijpwerk altijd brandblusmiddelen (zeker geen CO) 4. Vonkvrijgereedschap [6.2.11.4] Bij explosiegevaar. 5. Verlichting [6.2.11.5] Goede verlichting + onafhankelijke noodverlichting
Preparatie 1. Betrouwbare apparatuur (geborgd onderhoud) 2. Nooodplan mocht het mis gaan Preparatie [6.3] 1. geborgd onderhoud,aan o.a. -gasmeetapparatuur; -communicatieapparatuur; - afzettingsmaterialen; -las- en slijp- apparatuur; -elektrisch gereedschap; -persoonlijke beschermingsmiddelen. - reddingsmiddelen 2. Hulpverlening 1.1 In specifiek hulpverleningsplan 1.2 Veiligheidswacht getraind op redding. 1.3 Reddingsmiddelen aanwezig en in goede staat.
Uitvoering 1. Werkvergunning ondertekend 2. Personen melden bij wachtsman 3. Veilige uitvoering conform werkinstructies/ procedures 4. Wanneer het mis gaat … adequaat ingrijpen en redding (wachtsman/ professionele hulpverlening) zoals vooraf in specifiek hulpverleningsplan is vastgelegd. 5. Sanctiebeleid bij niet opvolgen Uitvoering[6.4][6.4.1 t/m 6.4.3] 1. Pas nadat werkvergunning ondertekend, betreden van besloten ruimte. 2. Melden bij wachtsman 3. Algemene instructie niet mogelijk -Taakrisico-analyse (zie 6.2.2.) vormt basis 4. Bij misgaan: noodprocedure of hulpverleningsplan
Nazorg 1. Herstel van normale bedrijfsvoering 2. Vastleggen leermomenten Nazorg [6.5] 1. In taakrisico-analyse, technische- en organisatorische aandachtspunten op nemen voor herstel van de normale bedrijfsvoering. Ook na incident. 2. Leermomenten vastleggen.
Film samenvatting Hier film die een kort en duidelijk overzicht geeft van het voorgaande. Dit kan door de internetkoppeling http://arboportaal-flv.hosting.nob.nl/clipotheek/verstikkingsgevaar.mp4 http://arboportaal-flv.hosting.nob.nl/clipotheek/verstikkingsgevaar.wmv Een tweede mogelijkheid om voorafgaand aan de presentatie de film: v
Hoe is het bij ons? Hier kunt u foto's van situaties in uw eigen praktijk opnemen en deze bespreken. -Leg de leermomenten vast. -Stel werkinstructies op voor uw eigen situatie