De Klompenwaard Jullie klas doet weer mee met Woordvoerders van de natuur. Net als in groep 6 en groep 7. Weet je dat nog? (laat wat herinneringen vertellen) Dat betekent dat jullie naar de natuur gaan en daarna in de klas iets maken wat je aan andere mensen kunt laten zien of vertellen. Je vertelt over de natuur. Het natuurgebied waar we heen gaan met de klas is de Klompenwaard. Weet je nog hoe het daar was? In groepjes van 4 of 5 kinderen met een vader, moeder, opa of oma erbij gaan we allerlei dingen ontdekken en onderzoeken in de natuur. Natuurlijk ook andere dingen dan de vorige jaren! Ik ga jullie nu eerst weer iets laten zien en vertellen over de Klompenwaard. Misschien weet je sommige dingen nog, maar ik vertel ook heel veel nieuwe dingen. Ik heb deze kar bij me, en daar zitten alle spullen in die we nodig hebben straks in de natuur.
vroeger nu Foto’s: Fokko Erhart Zo zag de Klompenwaard er tot 1998 uit en zo ziet het er nu uit. Tot 1998 was het nog een landbouwgebied, met akkers en weilanden. In 1999 is er gestopt met de landbouw en heeft de natuur vrij spel gekregen; al snel stonden er tussen 200 en 300 soorten planten. Het is nu een afwisselend natuurgebied met grasland, ruigte, struikgewas, bosjes. ’s Zomers is het prachtig, dan zijn er heel veel bloemen. Er leven allerlei dieren. Welke dieren heb je de vorige keer in de Klompenwaard gezien? (tal van insecten en vogels, muizen, hazen, konijnen, reeën, vossen, paarden en bevers). We gaan het straks nog over sommige van deze dieren hebben. Ik vertel jullie eerst nog meer over de rivieren. nu
Waar woon jij? Waar staat de school? We gaan naar de Klompenwaard. Maar waar ligt de Klompenwaar ook alweer? Hier ligt de Klompenwaard, tussen twee rivieren. Welke rivieren zijn dat? De Waal (de breedste) en het Pannerdens Kanaal (de kinderen in Lingewaard noemen het Pannerdens kanaal meestal Rijn). De Rijn komt rechts op de kaart Nederland binnen en splitst bij de Klompenwaard. De Klompenwaard ligt dus op een heel bijzondere plek in Nederland. Als het ware bij de waterkraan van Nederland. Én tussen twee rivieren in. Waar woon jij? Waar staat de school? Kijk eventueel op Google maps: http://goo.gl/maps/ZzJo Extra info: Het splitsingspunt heeft niet altijd op deze plek gelegen. Vroeger lag het splitsingspunt van Rijn en Waal wat verder stroomopwaarts, bij Lobith. Maar op een gegeven moment stroomde er maar een klein gedeelte van het water richting Noorden. Er waren veel zandbanken. De IJssel werd steeds moeilijker bevaarbaar. Lastig voor handelssteden (hanzesteden) als Zutphen, Zwolle en Kampen. In 1672 stond het water zelfs zo laag, dat het Franse leger van Lodewijk XIV ongestoord Nederland kon binnentrekken, via de Rijn bij Lobith. Om een eind te maken aan die lage waterstanden, besloot men om het Pannerdensch Kanaal te graven (Rond 1700). Sindsdien gaat 2/3 van het water via de Waal naar zee en 1/3 via Nederrijn en IJssel. Anekdote aanleg kanaal: Het graven gebeurde niet zoals nu met graafmachines, maar met kruiwagen en schep. Een hels karwij. Men was nog lang niet klaar met graven toen het winter werd. Een ijskoude winter. In die tijd bevroor de rivier nog in koude winters. Er dreven ijsschotsen die opstuwden tot ware ijsdammen. Al dat ijs stuwde ook richting het beginstuk van het nieuwe kanaal. Met grote kracht werd de geul verder uitgeslepen. Toen het ijs was gesmolten, was het kanaal klaar. Niet alleen in de Klompenwaard krijgt de natuur volop de ruimte. Op veel meer plaatsen in de Gelderse Poort is dat het geval. Bijvoorbeeld in de Millingerwaard en de Loowaard (voorbeelden kun je aanwijzen).
Waar is het begin van de rivier? Foto: Edith Béguin Waar is trouwens het begin van de Rijn? In Zwitserland, in de Alpen ontspringt (= begint) de Rijn als kleine gletsjerbeekjes. Zo ziet de Rijn er in het begin uit. De rivier stroomt door Zwitserland, dan door …(Duitsland), dan komt hij in Nederland en splitst hij bij de Klompenwaard en hij eindigt?, waar stroomt de rivier naar toe? Naar zee..
Foto: Fokko Erhart Dit is een luchtfoto van de Klompenwaard. Met Fort Pannerden, een zijriviertje (nevengeul) die is gegraven in de Klompenwaard (vertel ik zo meer over) en de plek waar wij met de leskar gaan staan (Aanwijzen).
Fort Pannerden En hier zie je Fort Pannerden van dichterbij. Extra info: Het fort is aan het eind van de 19de eeuw gebouwd. Het is een zogenaamd sperfort. Het fort helpt om de Nieuwe Hollandse Waterlinie te verdedigen. De Nieuwe Hollandse Waterlinie ligt rond Utrecht en bestaat uit een aantal forten en een gebied dat men onder water kon zetten. Zo kon de vijand met hun paarden en wagens dan niet in West-Nederland komen. Vanuit het fort moest men voorkomen dat de vijand de Rijn zou afdammen, waardoor de Nieuwe Hollandse Waterlinie droog zou vallen en niet meer zou werken tegen de vijand.
Hoogwater Dit is een filmpje van hoogwater. Kijk maar eens met wat voor een geweld het water binnenstroomt. De grond stuk slaat. [Laat de kinderen maar even rustig verder naar het filmpje kijken.] Kan jullie dorp ook overstromen? Nee, want er zijn dijken. Al in de 14de eeuw waren er overal langs de rivieren dijken. Voor die tijd kon, als het hoogwater werd, het hele gebied tussen Arnhem en Nijmegen overstromen. Dan stond er misschien maar een klein laagje water, van 50 cm bijvoorbeeld, maar dat gaf wel veel overlast. Sinds er dijken zijn, zijn we veilig voor hoogwater. Maar met de aanleg van dijken hebben we veel ruimte van de rivier om te overstromen afgepakt. Hoe hoog staat het water dan, denk je, als het tot aan de dijk staat? Wel 8 meter hoog, ruim 3 keer zo hoog als jullie lokaal. Wanneer wordt het eigenlijk hoogwater? Als het veel regent of als in het voorjaar de sneeuw in de Alpen smelt. De grootste kans op hoogwater is tussen november en april. Heel soms is er een zomerhoogwater. Als het hoogwater is, is de Klompenwaard soms helemaal overstroomd. Er wordt steeds vaker hoogwater verwacht. Weet je waarom? Het klimaat verandert, de aarde warmt op. Voor de rivieren betekent dat meer hoogwater doordat er vaker extreme regenval is en doordat de gletsjers in de Alpen smelten. In 1993 en in 1995 stond het water zo hoog tegen de dijken, dat het gevaar bestond dat ze zouden breken. In sommige gebieden moesten de mensen toen evacueren (Ooijpolder). Toen zijn de dijken langs de Nederlandse rivieren nog een keer verhoogd en verstevigd. Maar de regering heeft toen ook gezegd: we kunnen niet door blijven gaan met dijken hoger maken, we moeten weer ruimte aan de rivier terug geven. Extra info: De mens heeft de rivier aan banden gelegd. Door dijkenaanleg is de overstromingsruimte beperkt, Daarnaast heeft de mens, met name de afgelopen 150 jaar de rivier verder aan banden gelegd. De rivier is nu rechter en overal breed en diep. Het land tussen rivier en dijk heet uiterwaard. Een natuurlijk stromende rivier meandert (slingert) door het land en verlegt telkens zijn loop. Hij is plaatselijk breed, plaatselijk smal, diep in de buitenbocht, ondiep in de binnenbocht, er zijn eilanden en nevengeulen. Na de aanleg van dijken is de rivier nog verder door de mens aan banden gelegd. Er zijn bochten afgesneden (het stuk Waal tussen de Klompenwaard en Nijmegen was vroeger 30 km lang, nu nog maar 20), eilanden afgegraven, nevengeulen afgedamd. De rivier is nu overal breed en diep en rechter dan vroeger. Rijkswaterstaat legde eind 19e eeuw kribben en oeverbeschoeiingen aan en legde daarmee de loop van de rivier vast. Men ‘normaliseerde’ de rivier voor de veiligheid. Een brede, diepe, rechte rivier, voert het (hoog)water namelijk snel af.
De nevengeul Foto: Fokko Erhart In de Klompenwaard is ruimte voor de rivier gemaakt door een zijriviertje (nevengeul) te graven en klei af te graven. Hele stukken van de Klompenwaard zijn nu wel 2 tot 3 meter lager. Al met al zorgt dit ervoor dat met hoogwater het water een paar centimeter lager tegen de dijk komt te staan. Nu denk je misschien: wat maakt dat nou uit? Maar: overal langs de rivieren wordt meer ruimte voor de rivier gemaakt. Bij Arnhem is bijvoorbeeld een dijk verder landinwaarts gelegd en is nu het gebied dat kan overstromen een stuk groter. In Duitsland zorgen ze er ook voor dat wij minder hoogwater krijgen, zij laten als het hoogwater is op sommige plaatsen polders overstromen. Al met al zet het echt zoden aan de dijk en zullen jullie ook als je volwassen bent en opa’s en oma’s bent in Lingewaard veilig wonen. Filmpje Dwaalfilm http://www.dwaalfilm.eu/#66 (plaatje graafmachine) Extra info Waarom Ruimte voor de rivier maken? Eigenlijk hebben we teveel ruimte van de rivier afgepakt en hebben we de rivier teveel gekanaliseerd (behalve voor de scheepvaart júist om hoogwater snel af te voeren). Het water stroomt nu snel weg, niet alleen bij ons, maar ook in Duitsland. Daarom komt het vaker voor dat al het hoogwater uit het stroomgebied van de Rijn ook tegelijkertijd bij ons is en wij heel hoge waterstanden hebben. Achtergrondinformatie snelle afvoer Rijn: In de Rijn, maar ook in bovenstroomse beken en zijrivieren zijn ingrepen gedaan waardoor ook daar het water snel afstroomt. Bovendien heeft de mens overal sloten gegraven die het water snel naar beken en rivieren brengen. We hebben huizen en wegen aangelegd, op veel plaatsen ligt nu asfalt. Daar kan het water niet meer rustig in de bodem zakken en door de bodem naar beken en rivieren stromen, maar wordt het supersnel door rioleringsbuizen afgevoerd. Al met al zijn er vaker extreme hoogwaters dan vroeger. Na de hoogwaters van 1993 en 1995 (het water stond toen zo hoog tegen de dijken, dat men bang was dat die het niet zouden houden) zijn de dijken verhoogd en verstevigd, maar Rijkswaterstaat heeft toen ook gezegd dat je daar niet alsmaar mee door kunt en moet gaan. De nevengeul
Vissen in de Nevengeul http://www.dwaalfilm.eu/#94 HHet mooie is, dat werken aan onze veiligheid samengaat met werken aan de natuur. Nadat klei is afgegraven in de Klompenwaard en de nevengeul is gegraven, mocht de natuur zijn gang gaan. Nevengeulen waren er 15 jaar geleden niet meer in Nederland. Het is goed dat ze er weer zijn. Kijk maar naar het filmpje waarom. Waarom is de nevengeul belangrijk? Ze zijn belangrijk, omdat het water er veel langzamer stroomt dan dat van de Waal. Er kunnen hier kleine waterdiertjes leven die in de snelstromende Waal gewoon zouden wegspoelen naar zee. Ook jonge visje, ze kunnen nog niet zo goed zwemmen, kunnen opgroeien in een nevengeul. Als we naar de Klompenwaard gaan mogen jullie visjes en andere beestjes vangen in de nevengeul! (Laat de schepnetjes zien.)
Er zijn heel veel planten in de Klompenwaard Er zijn heel veel planten in de Klompenwaard. Toen het natuurgebied gemaakt werd was er eerst alleen maar zand. Hoe zijn de planten er gekomen denk je? Zaden van planten werden in de Klompenwaard gebracht door de wind, de vogels (eten bessen en poepen zaden uit), via de vacht van dieren, kleren van mensen, poep van dieren, en door de rivier.
groot warkruid brede ereprijs Zo zijn er in de Klompenwaard wel 300 verschillende planten gekomen! In de zomer is het een kleurige zee van bloemen. Vooral op de zandige stukken langs de rivier groeien veel zeldzame planten. Stroomdalplanten: planten die van origine voorkomen in het warmere Midden Europa. Hun zaden zijn via de rivier hier beland en op warmere plekken zoals rivierduinen en dijkhellingen blijken ze het goed te doen. Bijvoorbeeld Brede ereprijs. Groot warkruid is ook heel zeldzaam en een echte sluwe moordenaar. De plant laat zijn wortels in een andere plant groeien en steelt zo voedsel van de andere plant! Hij groeit en groeit in een wirwar van rood-gele draden die hij om zijn slachtoffer heen slingert. Kleine, onopvallende lichtroze tot vleeskleurige bloempjes gaan bloeien. Tegelijkertijd sterft de gastheerplant langzaam af. Uiteindelijk gaat het groot warkruid dan ook dood. Maar op dat moment heeft de plant al zaden gevormd om nieuwe planten te laten groeien! Gastheer is meestal de brandnetel, soms een andere plant. Brandnetels die zijn belaagd door groot warkruid gaan sukkelen, het blad wordt geel. Dat is malser en dus smakelijker voor grazers. Grote kans dat het wordt opgegeten, met warkruid en al. Dat is niet erg, want de zaden worden weer uitgepoept! Wat een slimme plant!
Giftige plant: Doornappel Planten zijn mooi, maar sommige zijn giftig! Dit is een hele giftige. Doornappel. Hij groeit op het Waalstrand en heeft witte of lila bloemkelken en prachtige zaaddozen. Mooi om te bekijken, maar zit er maar niet aan! Doornappel is zeer giftig en heeft een hallucinerende werking. Er wordt gezegd dat alleen al van het aarnaken van de plant je pupillen samentrekken. Probeer het maar niet uit! De plant valt op door z’n opvallende, zwaar geurende bloemen: grote lila of roze kelken. Daarna krijgen ze zaaddozen, die barsten open als ze rijp zijn en dan zie je de zaden zitten. Doornappel groeit op zandige rivieroevers en is waarschijnlijk oorspronkelijk afkomstig uit Noord-Amerika.
Lekkere planten Gelukkig zijn er behalve giftige planten en moordenaars ook lekkere planten! Welke planten eet jij weleens? Groenten zoals sla, andijvie, maar ook wortels en bloemkool zijn planten! Wij gaan in de Klompenwaard plantjes eten of drinken die we daar vinden! Bijvoorbeeld watermunt en brandnetel. Wist je dat brandnetel super gezond is? Wist je dat er een trucje is om niet geprikt te worden door een brandnetel? Dat kun je oefenen! En wist je dat er in de natuur een medicijn is voor als je toch geprikt wordt? Dat is hondsdraf. De bloemen van hondsdraf kun je ook eten. Waarom hebben planten eigenlijk bloemen? Zo maken ze nieuwe planten. Mensen maken baby’s, maar planten moeten ook nieuwe planten maken. In de bloem zitten speciale dingen: stampers en meeldraden (laat plaatje zien). De meeldraden maken stuifmeel. Als er stuifmeel op de stamper komt, groeit er in de stamper een zaadje. Dat is eigenlijk zoals een baby in de buik van een moeder. De bloem gaat dood maar het zaadje groeit groter. Het valt in de grond en er groeit een nieuwe plant uit!
stamper meeldraad Zo maken ze nieuwe planten. Mensen maken baby’s, maar planten moeten ook nieuwe planten maken. In de bloem zitten speciale dingen: stampers en meeldraden (laat plaatje zien). De meeldraden maken stuifmeel. Als er stuifmeel op de stamper komt, groeit er in de stamper een zaadje. Dat is eigenlijk zoals een baby in de buik van een moeder. De bloem gaat dood maar het zaadje groeit groter. Het valt in de grond en er groeit een nieuwe plant uit!
Beverburcht Weet je nog dat je in groep 6 sporen van de bever hebt gezien? En misschien ook wel zijn burcht! Welke sporen heb je gezien? (Bv pootafdrukken, afgeknaagde bomen en takken, looppaadjes, poep) Hier zie je nog eens hoe de burcht eruit ziet. (filmpje bekijken, daarna plaatje) Weet je waarom de bever belangrijk is in de Klomenwaard? De bever knaagt bomen om, zo blijven er open plekken in de Klompenwaard. Daar leven dan weer bijzondere planten en dieren, die niet van het bos houden. In de klompenwaard gaan we nog eens naar de burcht kijken en misschien kun je zelf wel een burcht bouwen! Of iets anders bouwen in de natuur.
Een eigen plek Weet je nog dat je vorige keer helemaal alleen op een plek gezeten hebt? Dat gaan we nu weer doen, maar misschien iets langer! Als je durft! Je gaat weer op een mooie plek zitten met de natuurcape om. (laat natuurcape zien). Misschien weet je je eigen plekje nog terug te vinden! Of je vind een nieuwe mooie plek!
Wat trek je aan en neem je mee? Let op: Ruige natuur, winderige rivier! Oude kleren, kleren die vies mogen worden Lange broek (brandnetels en distels) Stevige schoenen of laarzen (modder, nat gras, waden) Plastic bakje voor vondsten Fototoestel (b.v. wegwerpcamera) Regenkleding Een extra trui Zonnebrand, petje Fles water! Géén eten tijdens de veldles (grote grazers) Weet je nog van de vorige keer wat je aan had? Was dat goed?
Foto: Frans Loeffen, BS Het Koekoeksnest, Druten Je mag dingen uit de Klompenwaard meenemen naar school. Op school je daarna nog meer informatie zoeken over een dier of een plant. Dan ga je iets maken wat je aan andere kinderen of mensen kunt laten zien. Maar daar vertelt de [juf/meester] je meer over. We gaan op [dag/datum] eerst naar buiten!