Inleiding CIW Hoorcollege 2
Karl Bühler: Organonmodel
De aard van het taalteken Het taalteken is zowel meer als minder dan wat je hoort gaan / goan gaan / geen /aa/ /oa/ - geen verschillende fonemen /aa/ /ee/ - wel Foneem: het kleinste betekenisonderscheidende taalelement
Redundantie in taalgebruik Woordniveau: inktvip Zinsniveau: fragment Buitenhof Handelingsniveau: Dus u had er zelf om gevraagd? Ja:. Ja maar die knop he van of dat wel zo werkt. (.) ‘T is of het één of het ander.
Gebruik van taalmiddelen Lyons (1984): Language behaviour Verbaal (altijd vocaal) Non-verbaal Vocaal Prosodisch Paralinguistisch Non-vocaal (altijd paralinguistisch)
Voorbeeld: Prosodie Hoog/laag Langzaam/snel Hard/zacht Contextualisering: hoe wil ik dat je me begrijpt
CIW onderzoek naar taal en communicatie Empirisch: gebaseerd op waarneembare verschijnselen. Zoomt in op ‘deel van de werkelijkheid’; op details. Contrast met media studies