Afdeling Longen.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Transfusie van bloedproducten bij neonati
Advertisements

Universitair Medisch Centrum Groningen
Hyponatriemie en de hersenen
Je lichaam in balans suikerbalans waterbalans.
DE NIEREN.
Eiwit electroforese M proteine (monoclonaal eiwit, paraproteine)
Water en zouthuishouding
CASUS 1.
(Onder)voeding Bertus van Dijk, huisarts
Presentatie: Peter Elgersma
Bloed(t) uit eigen drain...
Bijnieren Nieren Urineleider Blaas Urine buis.
epidemiologie, relatie met CV ziekte
Nefrotisch syndroom.
Het bloed Het bloed.
Alcohol en uitscheiding
1 Mathematical Modeling of Wound Healing and Subsequent Scarring Literatuurvoordracht W. M. Boon.
Trainingsleer Eelbode Elke.
kennismakig met boed / JoJo september 2006
Transport Bs 1&2 Bloed en bloedsomloop. Transport van stoffen Klein afstanden: van cel tot cel –DIFFUSIE Bloedsomloop (mens) –Dubbele bloedsomloop Grote.
Het bloedvatenstelsel – Het lymfatisch systeem
Transport Bloed en bloedsomloop Informatie en animaties over het bloed.
Uitscheiding 5H.
AFI1 Nieren 1 Eliminatie en regulatie
Anatomie / fysiologie Nieren 3 Bloeddruk AFI1
Diffen Reticulocyten Manuele Diff Tellen Hb meten LH-750 modes
Ontstekingen en de acute fase reacties
Trombotische trombocytopenische purpura (TTP)
Hematologie: kennis van bloed, beenmerg en lymfklieren
Prolymfocytenleukemie (PLL) Afdeling Hematologie Universitair Medisch Centrum Groningen
Hematologie rood – wit – blauw.
Hematologie Petje op – Petje af.
Hyponatriemie Maartje Salomons.
Leverfunctie-stoornissen
Lever 10.5.
Paragraaf 10.3 Cellen in Bad.
Ziekte van Addison.
Casus 1 63-jarige Hindoestaanse vrouw L 1.60 G 55 kg BMI 21 RR 135/85
Valkuilen bij laboratorium onderzoek
EASBFZ01K => Modulewijzer + ppt per week op med.hro.nl/kesmh/EASBFZ01K Les 1 Inleiding: Functies van bloed Les 2 Anemie / Hemoglobinopathie Les 3.
Vocht huishouding.
Bloedonderzoek.
Regeling door Hormonen
BLOED: Functies en Ziekten
Bloedsomloop.
TRANSPORT Thema 5.
Samen met de website van:
Shock en vloeistoftherapie.
IS DIT EEN PROBLEEM IN NEDERLAND? Ondervoeding Wat is ondervoeding Een lichamelijke toestand voorkomend uit een tekort aan voedingsstoffen, waarbij sprake.
HbA1c Leonie van der Heul Klinisch chemicus io Symposium 17 jan 2014.
Moeheid Dr. Dimitri Breems, internist-hematoloog Afdeling Hematologie
Diabetes en Voeding.
Mijn patiënt heeft een afwijkend aantal witte bloedcellen
Coronair lijden waarvoor PTCA Rugoperatie
Bloedonderzoek.
H8 Bloedsomloop 8.1 t/m 8.5.
Shock en vloeistoftherapie.. Wat is shock? Onvoldoende perfusie = doorbloeding van de weefsels. Waardoor de weefsels te weinig zuurstof krijgen.
Resultaten Orthomoleculair gewichtsmanagement
Urine Geproduceerd in nieren
Blok 3 Gezondheid en gedrag
Ontstekingen en de acute fase reacties
Stofwisseling (metabolisme), uitdroging en oedeem
Bloed, bloedafname en bloedonderzoek
Bloed en afweer Bloed = weefsel: Cellen en tussencelstof (= plasma)
Bloed Bloedgroepen Bloedstolling D17vab
Hemoglobine.
Het bloed stroomt….
Bloed Bloedgroepen Bloedstolling D17vab
Bloed en bloedstolling
Transcript van de presentatie:

Afdeling Longen

COPD Cito Routine CRP Kalium LDH HB HT Natrium Bilirubine totaal Erytrocyten           Kreatinine       Albumine Trombocyten        Ureum             Glucose Leucocyten           AF Bezinking            Gamma Gt TT/INR                 ASAT D-dimeer              ALAT

Hematologie Chemie CRP Kalium LDH Hb / Ht Natrium Bilirubine totaal Erytrocyten           Kreatinine       Albumine Trombocyten        Ureum             Glucose Leucocyten           AF Bezinking            Gamma Gt TT/INR                 ASAT D-dimeer              ALAT

Bloed

Bloed, plasma en serum Bloed meteen Plasma 10 min Serum 25 min

Plasma

Hematopoiese:bloed aanmaak beenmerg bloed

Bloedcellen

Erytropoïese=aanmaak erytrocyt

Erytropoïese

Functie erytrocyt

MCV van de erytrocyten de gemiddelde “grootte” (cellulair volume) normaal ijzergebrek B-thalassemie bloedtransfusie megaloblastair Chronische ziekte

Anemia Iron-Deficiency Pernicious Thalassemias What role does iron play in oxygen transport? Iron-deficiency anemia can be secondary to hemorrhagic anemia or can occur due to inadequate iron intake or absorption Pernicious Due to a lack of Vitamin B12 intake or absorption. Stomach mucosa produces a substance called intrinsic factor which is necessary for Vitamin B12 absorption. Lack of intrinsic factor is often a cause of pernicious anemia Thalassemias Often seen in people of Mediterranean origin. One of the globin genes is absent or faulty.

Hemoglobine verlaagd bij Anemie Erytrocyten verlaagd Hemoglobine verlaagd Hematocriet verlaagd Hct x 20 = Hb Ery’s x 2 = Hb Ery’s : 10 = Hct Hemoglobine verlaagd bij Mannen < 8,5 mmol/l Vrouwen < 7,5 mmol/l

Ruimte innemend proces Acuut, chronisch, menstruatie Anemie oorzaak Aanmaak verlaagd Verlies verhoogd Bouwstoffen tekort Infecties Ruimte innemend proces Bloedingen Acuut, chronisch, menstruatie Afbraak Pooling

Normocytair normohroom Normocytair normochroom Microcytair hypochroom Macrocytair normochroom

normo micro Hemoglobine, MCV en RDW micro macro

MCV verlaagd (ijzerprobleem) IJzerdeficientie (ijzersuppletie via voeding, medicatie) Thalassemie (HB synthese stoornis geen ijzer geven) Siderose (ijzerstapeling door slechte toegankelijkheid nooit ijzer geven) Ferritine differentieert

Aanmmaak van trombocyten

Trombopoïese

Trombopoïese

De trombocyt en stollingsfactoren

Trombocyten en stollingsfactoren

Bloeding

Het trombose been

Trombocyt en stollingsfactoren

De stollingsfactoren maken fibrine

Wond gedicht

Stolling

Stolling

Stolling

Ontstaan van trombosebeen

Longembolie

D-dimeer

Ter uitsluiting van diep veneuze trombose en longembolie D-dimeer Ter uitsluiting van diep veneuze trombose en longembolie D-dimeer laag, dan geen stolling, geen DVT en geen longembolie D-dimeer hoog, ergens een stolling in het lichaam, dat wordt afgebroken

De vijf symptomen van een ontsteking

Diagnose: ontstekingen Koorts (temperatuur meten) Leukocyten en differentiatie Bezinking van de erytrocyten Bacteriekweek Meting van CRP (acute fase eiwit) Meting van interleukinen, cytokinen en acute fase eiwitten

Diagnose: ontstekingen Koorts (temperatuur meten) Leukocyten en differentiatie Bezinking van de erytrocyten Bacteriekweek Meting van CRP (acute fase eiwit) Meting van interleukinen, cytokinen en acute fase eiwitten

Segment, lymfocyt en monocyt

Neutrofiele granulocyt (bloed)

Leucocytendifferentiatie bij infecties acuut chronisch necrose allergie viraal leuco’s +++ + +- segment staaf ja lymfo ++ eo’s en baso’s

Karakteristieken leuco-diff Toxische korreling Bacteriële infectie Atypische lymfo’s Virale infectie Blasten Leukemie Hypersegmentatie Vitamine B12 Foliumzuur Leukemie

Functies witte bloedcellen Granulocyt aanvallen en opruimen (segmenten) Lymfocyten (T) coördinator (B) plasmacel: antistoffen Monocyten macrofagen: opruimen Eosinofiele gran. allergie en worminfecties Basofiel gran. niet bekend

Cytokines in Sepsis TNF-a IL-1b ICAM 1 ELAM Cortisol Endothelial Cells Bacteria (Endotoxin) TNF-a IL-1b Endothelial Cells Monocyte Brain ICAM 1 ELAM Bacteria (Endotoxin) IL-6 IL-6 IL-6 IL-8 ACTH Neutrophil Liver CRP Elastase Cortisol

Interleukinen en CRP

Moleculaire structuur van CRP

Klinische betekenis CRP Infectie CRP concentratie Bacterieel Volgt zeer sterk de bacterielast Viraal Geen tot geringe stijging Weefselschade (operatie) Volgt zeer sterk de mate van weefselschade Reuma Is een maat voor de weefselschade Hartinfarct Voorspellende waarde Medicatie Volgt snel aanslaan therapie

Bezinking van de erytrocyten

Verschil tussen BSE en CRP Stijging na 24 uur 6 uur Halfwaardetijd 4 – 7 dagen 2 – 4 uur Verdubbeling 8 – 10 uur Klinisch pluis of niet pluis bacterieel en/of weefselschade

Hematologie Chemie CRP Kalium LDH Hb / Ht Natrium Bilirubine totaal Erytrocyten           Kreatinine       Albumine Trombocyten        Ureum             Glucose Leucocyten           AF Bezinking            Gamma Gt TT/INR                 ASAT D-dimeer              ALAT

Enzymen

Enzymen in verschillende cellen

celdood

Celdood en verdeling over de ruimte

Celdood en Enzymstijging in het bloed

Enzymverhogingen in bloed

Halfwaarde tijden enzymen

Verhogingen in het bloed

Acuut hartinfarct Ja of Nee

Hartinfarct

dwars gestreept spierweefsel

structuur dunne filament

Water en zouthuishouding

Hart, nieren en de elektrolyten Circulatie Filtratie Water- en zouthuishouding Circulatie gaat voor de samenstelling van het bloed Bloeddruk moet op bepaalde plaatsen zeer constant zijn

De Circulatie Hart moet altijd pompen verder niets Daarna komen de nieren om te filtreren Bij te weinig vocht houden de nieren water vast met behulp van natrium

De Circulatie

Functies Water Oplosmiddel Transport Geleidbaarheid Warmte regulator Neemt deel aan de stofwisseling

Drinken en plassen

Percentage water in ons lichaam

Ionconcentraties in-buiten de cel Ionvorm in de cel buiten de cel verschil Natrium 8 - 30 135 - 145 15 keer Kalium 100 - 155 4 - 5 30 keer Chloor 4 - 30 120 10 keer HCO3- 5 - 15 24 2 keer Calcium 0,0004 2 20.000 keer Grote molekulen 100- 150

Waterverdeling in ons lichaam

Membraan en ionpompen

Natrium buiten en Kalium in de Cel

Natriumpompen

De nier

Kapsel van Bowman

Water en zouthuishouding

Fijnregeling van water

Laag Natrium Door lage inname, bijna nooit omdat dan de nieren natrium vasthouden Risicosituaties: Sterk zweten Langdurige diarree Overgeven Nierfunctiestoornissen Gelijktijdig met waterverlies of veel drinken

Hoog Natrium Uitdroging: door te weinig drinken of veel vochtverlies (diabetes millitus, koorts, diabetes insipidus)

Laag Kalium Chronische diarree, of nierprobleem Chronisch gebruik van diuretica, laxantia Aldosteronverhoging, Corsticosteroidentherapie Drop H+ verhoging hierdoor kalium uit de cel naar urine (diabeet, insuline) Hyperventilatie H+ verlaging plasma Verminderde inname (anorexia, ondervoeding)

Hoog Kalium Verminderd renale uitscheding door nierfalen Ondervulling Hypo aldosteronisme (Addison) ACE remmers, spironolacton Uittreden uit de cel (insuline tekort) Plotselinge celschade (chemokuur, leukemie, rhabdomyolyse) Infuus

Hoog Watergehalte Overmaat extracellulair water Osmotische verplaatsing naar buiten Veel water drinken, (bier) Rare ADH uitscheiding Oedemateuze toestand door natrium en water retentie bij laag effectief circulerend plasmavolume (hartinfarct, levercirrose Verminderde extracellulaire natrium (diurecticum, te weinig aldosteron, diarree, zweten.

Laag Watergehalte Uitdroging: door te weinig drinken of veel vochtverlies (diabetes millitus, koorts, diabetes insipidus)

Gevolgen watertekort 1 – 3% Dorst, speekselsecretie, ureum uitscheiding 4 – 6% Vermoeidheid, misselijkheid, hartfrequenties, temp 7 – 11% Draaierig, ademnood, bloedvolumedaling, hoofdpijn 11% Verwardheid, krampen, delirium 20% Dood (% van l/kg gewicht)

James T. McCarthy & Rajiv Kumar

James T. McCarthy & Rajiv Kumar

James T. McCarthy & Rajiv Kumar

James T. McCarthy & Rajiv Kumar

James T. McCarthy & Rajiv Kumar