Escalatie hypothese Trends in compositie van biota  evolutionair belangrijk MAAR: statistische en taphonomische fouten.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Statistische uitspraken over onbekende populatiegemiddelden
Advertisements

“De lichaamsgrootte van organismen binnen een bepaalde evolutielijn heeft de neiging om toe te nemen” Edward Drinker Cope, 1871  Bij alle groepen van.
Samenwerking en democratie
Evenwicht i n het tropisch regenwoud? Theorie en achtergronden
Vitamine G1 Effecten van een groene omgeving op gezondheid, welzijn en sociale veiligheid J. Maas.
Workshop IMCORE Workshop IMCORE “De mogelijke gevolgen van klimaatsverandering in het mariene milieu en de kustzone” Oostende - 21 april 2009 Plan for.
Help! Statistiek! Doorlopende serie laagdrempelige lezingen, voor iedereen vrij toegankelijk. Doel: Informeren over statistiek in klinisch onderzoek. Tijd: Derde.
Modellering ruimtelijke gevolgen van infrastructuur op GrondGebruik met de LandUseScanner.
Het vergelijken van twee populatiegemiddelden: Student’s t-toets
Groep 4, klas 1U De Zwijgspiraal.
 Inleiding  Genetisch onderzoek  Hopeless monsters  Genetische speciatie 2.
D. Hermans, M.-C. Opdenacker, E. Van de Gaer & J. Van Damme Ongelijke kansen in het secundair onderwijs in Vlaanderen Een longitudinale analyse van de.
Presteren ijverige studenten beter? De complexe relatie tussen
toetsen voor het verband tussen variabelen met gelijk meetniveau
Tussentijdse evaluatie
Wet van Cope. Definitie  Lichaamsgrootte van organismen binnen een evolutielijn stijgt  E. D. Cope, 1871  Bij alle groepen van organismen  Wereldwijd.
Massa-extincties en macro-evolutie
Radiatie Vogels en zoogdieren
Jong geleerd, fout gedaan?
Opdracht 2. premisse: het Nederlandse over in contexten waarin het vertaald wordt door about is een instantiatie van de focus-of- attention sense incorrecte.
Effecten van alcohol en kwetsbaarheid voor verslaving
Gemeenschappen.
Gegevensverwerving en verwerking
Gegevensverwerving en verwerking
Peter Schwartz The art of the long view stappenplan
Is fonologisch decoderen echt noodzakelijk voor het verwerven van orthografische representaties tijdens stillezen? Een toets van de self-teaching hypothese.
Hoofdstuk 9 Verbanden, correlatie en regressie
Voorspellende analyse
Eenvoudige data-analyse: beschrijvende statistische
variabelen vaststellen
Hoofdstuk 11 Kwantitatieve gegevens analyseren Methoden en technieken van onderzoek, 5e editie, Mark Saunders, Philip Lewis, Adrian Thornhill, Marije.
Large-scale evolutionary trends.  Trend: de richting van verandering gemiddeld hetzelfde  Grote schaal: grote groepen,soort, clades  Kunnen passief.
Bronnen van ‘fout’ Validiteit (en precisie)
Marieke Bossuyt en Barber Declerck
Samenvatting: hoofdstuk 1
Evelyne Louis Cluster oncologie
NCVGZ 4 april 2013 Maatschappelijke participatie en depressie Een longitudinale analyse van SHARE Simone Croezen Mauricio Avendano, Alex Burdorf, Frank.
Nederlands tijdschrift voor Diabetologie
Lehouck Florine  Abstract  Inleiding  Het onderzoek  Methode  Resultaten  Discussie.
Organisatieontwikkeling NPO (1)
End-tidal carbon dioxide is associated with mortality and lactate in patients with suspected sepsis Christopher L. Hunter, Salvator Silvestri, Matthew.
Betrouwbaarheid.
Partiële r² Predictie van y gebaseerd op z alleen
Samenvatting  Sociaal-economische verschillen in ongezond gedrag  Voor een verklaring moet aan twee voorwaarden worden voldaan: 1.Een relatie met het.
Ecologisch functioneren van Nederlandse sloten PLONS Ecologisch functioneren van Nederlandse sloten.
The ethical decision making of men and women executives in international business situations Valentine & Rittenburg (2007). Journal of Business Ethics,
Kenmerkende dieren (fossielen)
Assessment bij minderheidsgroepen de situationele beoordelingstest
“Ja, maar dat is gewoon mijn mening!”
Dossier Empowerment.
Zijn obese mensen eetverslaafd?
Psychologisch contract
Over het ijzeren gordijn: de grenzen van sectoraal beleid Wim Groot Universiteit Maastricht.
Paramaribo, september 2015 Ten behoeve van leerkrachten van de EBGS Mr.dr.E. Marshall & M. Day.
Expertgroep Adolescentieperiode
Hogeschool Rotterdam, Opleiding Vastgoed & Makelaardij drs. ing. M.M.A. Scheepers Collegejaar college.
Week 3: Systeemtheorie versus biologische psychologie
Ontwikkelingsonderzoek in de Jeugdgezondheidszorg ONTWIKKELINGSPROBLEMEN EN ONTWIKKELINGSSTOORNISSEN.
Hulpmiddelen voor bepalen activiteiten
Nut en noodzaak van het ruismodel  NHV Tijdreeksanalyse discussiemiddag  Koen van der Hauw  1 oktober 2015 Enkele praktische ervaringen.
Evaluatieonderzoek VVTO Engels Kees de Bot Sieneke Goorhuis BCN/RUG.
7 Ecologie ©JasperOut.nl.
Testen met een klein aantal testmonsters Rob Ross.
Sportparticipat ie, gepercipieerd e veiligheid in de wijk en individuele cognities Annie minasian 1BaSw C.
Geen marktmodel, maar een onderhandelingsmodel.
Inhoud Ervaringen Valkuilen Lessen. Schatgraven in een tijdreeks Paul Baggelaar Icastat Statistisch Adviesbureau.
IPEM TOOLBOX.
Eenvoudige data-analyse: beschrijvende statistische
Ziekte verloop 2.3 en
Voorspellende analyse
Transcript van de presentatie:

Escalatie hypothese Trends in compositie van biota  evolutionair belangrijk MAAR: statistische en taphonomische fouten

Escalatie hypothese Trends in compositie van biota  evolutionair belangrijk MAAR: statistische en taphonomische fouten 2 hypothesen: Escalatie hypothese Bulldozer hypothese

Escalatie hypothese Escalatie hypothese: ecologische verschuivingen op lange termijn worden veroorzaakt door de evolutionaire respons van de prooi op predatiedruk

Escalatie hypothese Escalatie hypothese: ecologische verschuivingen op lange termijn worden veroorzaakt door de evolutionaire respons van de prooi op predatiedruk 2 mogelijke responsen: ‘infaunality’ mobiliteit

Escalatie hypothese Bulldozer hypothese: Epifaunale, immobiele taxa zullen dalen wanneer er toegenomen verstoring is van het sediment door infaunale, actief mobiele taxa

Studie: Madin et al. Classificatie van mariene invertebraten: Dieet Habitat Locomotie Mineralogische samenstelling Trilobieten uitgesloten Proporties

Studie: Madin et al. Ruwe data  evolutionaire respons

Studie: Madin et al.

Studie: Madin et al. Ruwe data  evolutionaire respons MAAR kan het resultaat zijn van onafhankelijke autogecorreleerde trends  autocorrelatie verwijderd Testen of: Niet-carnivore ‘infaunality’ of mobiliteit ~ carnivoren Immobiele ‘epifaunality’ ~ bioturbatie

Studie: Madin et al.

Studie: Madin et al.

Studie: Madin et al.  Significante correlatie tussen de ecologische proporties en schaal mineralogie proporties 2 causale scenario’s: Veranderingen in zeewater chemie Escalatie

Studie: Madin et al. Testen op preservatie bias  Uitsluiting van fossiele collecties die aragonietvormen niet bewaarden Resultaat: Aragoniet preservatie: invloed in bepaalde gevallen Correlatie tussen ecologische en schaal mineralogie proporties gelijk  trends door toevallige, statistisch onafhankelijke expansie van groepen met aragoniet

Studie: Madin et al. Als escalatie = oorzaak  periode > 11 miljoen jaar Time-lag als: Dominantie ↑ Dominantie ↓ Controleren voor time-lags  associaties = zwak of afwezig Extra behandeling data

Studie: Madin et al. Samenvatting: Ruwe data  trends ~ 2 macro-evolutionaire hypothesen Trends gezien hoewel sommige carnivore en ‘bulldozing’ groepen onderschat Maar in de data: Belangrijke predaterende groepen goed voorgesteld Niet de alternatieve verdedingingsmechanismen

Studie: Madin et al. Dominantie ecologische groepen: Taxonomische rijkheid  proporties van genera en voorkomen: Gelijke gemiddeldes Gecorreleerd

Studie: Madin et al.

Studie: Madin et al. Resultaten: Of de Phanerozoïcum-schaal patronen in de ecologische proporties niet gedreven door directe ecologische interacties Of deze processen verborgen door andere factoren

Kritiek: Roopnarine et al. Afwezigheid correlatie = onvoldoende confirmatie van onafhankelijkheid Verdeling carnivoren en niet-carnivoren = ongeschikt

Kritiek: Roopnarine et al. Afwezigheid correlatie = onvoldoende confirmatie van onafhankelijkheid: Originele analyse: significante rang correlaties Na differentie: reductie correlatie Escalatie verwerpen MAAR: afwezigheid correlatie = onvoldoende

Kritiek: Roopnarine et al. Verdeling carnivoren en niet-carnivoren = ongeschikt: Carnivoren = topcarnivoren (TC) + intermediaire carnivoren (IC)  Correlatie tussen niet-carnivoren (NC) en carnivoren (C) afhankelijk van relatieve proporties van top- en intermediaire carnivoren

Kritiek: Roopnarine et al. Andere factoren ook invloed op correlatie: Sterkte van interactie tussen TC en IC Intensiteit van escalatie van IC Sterkte interactie tussen TC en NC-prooi en tussen IC en NC-prooi Relatieve intensiteiten van escalatie van echte NC op hun TC en IC

Kritiek: Roopnarine et al. NC-diversiteit reflecteert niet de escalerende toename binnen de set C

Kritiek: Roopnarine et al. NC-diversiteit reflecteert niet de escalerende toename binnen de set C Voorbeeld: Ammonieten = IC Onderzoek trofische habitats van C Samenstelling van oude en moderne voedselwebben  Hypothesen van adaptatie op relevante organismale schaal testen

Kritiek: Dietl & Vermeij Globale schaal = te groot Analyses van diversiteitspatronen over tijd leveren geen biologisch waardevolle informatie over adaptatie

Kritiek: Dietl & Vermeij Globale schaal = te groot: Ruimtelijke schaal ~ schaal van interactie tussen eenheden waarin selectie plaatsvindt Testen op locale of regionale schaal Heterogeniteit op globale schaal

Kritiek: Dietl & Vermeij Analyses van diversiteitspatronen over tijd leveren geen biologisch waardevolle informatie over adaptatie: Diversiteit reflecteert adaptatie, geen surrogaat Diversiteit = abstract aantal, bevat veel processen bovenop de economische interacties tussen individuen Resultaten gebaseerd op diversiteitspatroon onvolledig

Kritiek: Dietl & Vermeij Rol competitie  studie van interagerende eenheden zelf en van de locale en regionale omgevingen waarin ze leven

Respons op kritiek: Madin et al. Akkoord: sommige scenario’s kunnen resultaten verklaren Niet akkoord: grootschalige analyses irrelevant Escalatie hypothese: voorspelling van een trade-off op globale schaal Serie over langere tijd: zwakke statistische afhankelijkheid  Maar relatie niet belangrijk op globale schaal

Respons op kritiek: Madin et al. Roopnarine et al. 1. Tijd series: correlaties met mogelijke causale significantie isoleren van degene zonder significantie Differentie noodzakelijk als bewijs van relatie

Respons op kritiek: Madin et al. Roopnarine et al. 2. mogelijk, maar geen betrekking op hun data Alleen benthische invertebraten Weinig carnivoren  primaire consumenten NC = immobiel of infaunal  niet fout gescoord Bereik lichaamsmassa klein  niet meerdere trofische niveau’s

Respons op kritiek: Madin et al. Dietl & Vermeij 1. Globale data nodig om trends te verklaren Mogelijk dat escalatie beter zichtbaar is op lokale schaal: Analyses op meerdere schalen aanmoedigen Niet bruikbaar voor tijdseries analyse

Respons op kritiek: Madin et al. Dietl & Vermeij 2. Minder reductionistisch zicht Niet alleen diversiteit, ook frequentie van voorkomen Hypothese niet duidelijk op de schaal, voorspelling zwak  bewijs tegen hypothese

Studie: Huntley & Kowalewski Vergelijken van veranderingen in biodiversiteit met intensiteit van predator-prooi interacties Predatie databasis: Schattingen van ‘trace fossils’ frequenties Volledige geschiedenis Voldoende aantal schattingen

Studie: Huntley & Kowalewski Resultaten: 2 intervallen van toegenomen predatie

Studie: Huntley & Kowalewski Resultaten: 2 intervallen van toegenomen predatie Predatie intensiteit en diversiteitsschattingen overeenkomstig

Studie: Huntley & Kowalewski Resultaten: 2 intervallen van toegenomen predatie Predatie intensiteit en diversiteitsschattingen overeenkomstig: ook na correcties

Studie: Huntley & Kowalewski Resultaten: 2 intervallen van toegenomen predatie Predatie intensiteit en diversiteitsschattingen overeenkomstig: ook na correcties Phanerozoïsche distributie van prooisoorten ~ Sepkoski’s 3 evolutionaire fauna’s

Studie: Huntley & Kowalewski Resultaten:

Studie: Huntley & Kowalewski Diversiteit en overvloed correleren nauw Hogere diversiteit en overvloed ≠ hogere predatie intensiteit Correlatie tussen predatie en diversiteit  ‘three end-member’ hypothese: Ecologisch signaal Diffusie van predaterend gedrag door diversiteit Twijfelachtige overeenkomst in signaalvanging

Studie: Huntley & Kowalewski Ecologisch signaal: Ecologische en macroevolutionaire processen verbonden  correlatie tussen predatie intensiteit en diversiteit Ecologische interacties: invloed op of reageren op processen over evolutionaire tijdsschaal Evolutionaire fauna’s ~ prooisoorten Veranderingen in de relatieve overvloed van organismen

Studie: Huntley & Kowalewski Diffusie van predaterend gedrag door diversiteit: Meer geavanceerde predatorstrategiën tijdens hoge taxonomische diversiteit Vb.: Proliferatie van ‘drilling’ predatie  radiatie van Ordovicium Weinig predatiesporen in vroege Mesozoïcum  grote daling in Metazoa diversiteit op het einde van het Perm Evolutionaire fauna’s ~ prooisoorten

Studie: Huntley & Kowalewski Twijfelachtige overeenkomst in signaalvanging: Diversiteitscurves gedeeltelijk een staalname fout Spoorproducerende gedragingen gemakkelijker te detecteren wanneer er betere staalname of bewaring is Evolutionaire fauna’s ~ prooisoorten

Studie: Huntley & Kowalewski Besluit: Sterke koppeling tussen diversiteit en predatie intensiteit  ecologische interacties en globale diversiteit nauw verbonden 3 causale mechanismen Toekomstig onderzoek