Overheidsinterventie 3

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties

Advertisements

De externe waarde van de munt
niets is zeker, dát is zeker!
3.3 Nigeria in de wereldeconomie
Vandaag.
Hoe sterk reageert de vraag op een prijsverandering
Nationale rekening DEEL 1 Productie meten.
Het prijs- of marktmechanisme
offshore-outsourcing (import)
Budgetlijn de verschillende combinaties van twee bestedingsmogelijkheden bij een bepaald budget.
Opdracht: ‘Tel uit je winst’
De verschillende fasen in de elektronische noterings- procedure.
Overheidsinterventie 2
Protectionisme versus Internationale samenwerking
verplicht sociaal verzekerd
Wat moet je leren: Heel hoofdstuk 3, behalve paragraaf 5
Geldschepping door banken
specialisatie zorgt voor welvaartswinst
Welvaartsverlies Pareto-efficiëntie.
§1.2 – Euroboeren in de kou.
Vraag & Aanbod Hoofdstuk 4: De markt
Hoe komen producten tot stand?
Productiefactor Arbeid
een onbetaalde rekening?
Kosten produceren - vervolg
Hoofdstuk 3: Beleid van de EU
Herhaling Examenstof M&O
Euroboeren in de kou..
Hoe en waarom veranderde het GLB aan het einde van de 20 e eeuw?
Totale Constante Kosten (TCK)
Toegevoegde Waarde Productie = inkomen.
Wat moet je leren: Heel hoofdstuk 3, behalve paragraaf 5
Lesplanning 3.2 blz Binnenkomst Intro Nakijken 3.1, klaar? Dan alvast 3.2 maken Uitleg 3.2 Gezamenlijk lezen blz Zelfstandig werken,
Overheidsinterventie 1
constante kosten, variabele kosten en marginale kosten
Wat we bereid zijn om te betalen, maar niet hoeven te betalen.
Welvaartsverlies bij subsidie
Stimulerende monetaire politiek
Goede tijden, slechte tijden
M3F-MATEN - Gewichten en lengtematen
H2 Lineaire Verbanden.
Hoeveelheidsaanpassing I
Vandaag.
8.1 Waarom handel met het buitenland?
Belasting die je moet betalen als je een product invoert.
HAVO/VWO Het prijsmechanisme
Het geheel van vraag en aanbod
Instructie hoofdstuk 8 Internationale ontwikkelingen.
De competitieve markt Vraag- en aanbodschema StartSein pagina
Lesbrief Markt en Overheid
Wat we bereid zijn om te betalen, maar niet hoeven te betalen.
Welkom Havo 5..
Ingrijpen in de prijs minimum- en maximumprijzen
en verschuivingen van de vraag- of aanbodlijn
Lesbrief Vervoer H 4.
Hoofdstuk 5 Les 2: Markten.
Welkom Havo 5..
WELVAARTSVERLIES DOOR KOSTPRIJSVERHOGENDE BELASTINGEN EN – VERLAGENDE SUSBSIDIES, MAXIMUM- EN MINIMUMPRIJZEN.
Hoe je een vraaglijn en aanbodlijn tekent.
Welkom VWO 5..
Wat we bereid zijn om te betalen, maar niet hoeven te betalen.
Welvaartsverlies Pareto-efficiëntie.
Hoe je een vraaglijn en aanbodlijn tekent.
Overheidsinterventie
Subsidie bij volkomen concurrentie
Overheidsinterventie 2
Overheidsinterventie 1
Niet alleen op de wereld
Nederland en de rest van de wereld
Het verschil tussen de marktprijs en de maximale betalingsbereidheid
Transcript van de presentatie:

Overheidsinterventie 3 Overheidsingrijpen bij een markt van volkomen concurrentie: minimum- en maximumprijzen

Volkomen concurrentie Marktmodel: Qv = -P + 100 Qa = 2P - 40 Evenwichtsprijs (€ 0,47) 100 Qv 80 prijs (in centen) Qa 60 40 20 20 40 60 80 100 hoeveelheid × 1.000

EU landbouwbeleid: minimumprijs Het behouden van een eigen voedselproductie wordt belangrijk gevonden. De evenwichtsprijs is te laag: boeren kunnen niet in hun bestaan voorzien. Oplossing: een minimumprijs voor de producten in de landbouw (ook wel: garantieprijs) In dit voorbeeld: € 0,60 100 Qv 80 prijs (in centen) Qa Pmin 60 40 20 20 40 60 80 100 hoeveelheid × 1.000

Minimumprijs Qv = -P + 100 Qa = 2P - 40 Evenwichtsprijs € 0,47 Minimumprijs € 0,60 Door de invoering van de minimumprijs (hoger dan de evenwichtsprijs), ontstaat een probleem: consumenten willen bij een hogere prijs minder kopen (betalingsbereidheid) producenten willen bij een hogere prijs meer produceren (leveringsbereidheid) 100 Qv 80 prijs (in centen) Qa Pmin 60 40 20 20 40 60 80 100 hoeveelheid × 1.000

Minimumprijs 2 Consumenten kopen nu: Producenten produceren nu: Qv = -P + 100 Qa = 2P - 40 Evenwichtsprijs € 0,47 Minimumprijs € 0,60 Consumenten kopen nu: Qv = -60 + 100 = 40 (000) stuks Producenten produceren nu: Qa = 2x60 – 40 = 80 (000) stuks Er ontstaat dus een productie-overschot van 40.000 stuks 100 Qv 80 prijs (in centen) Qa Pmin 60 40 20 20 40 60 80 100 hoeveelheid × 1.000 productie-overschot

Minimumprijs 3 Bij deze minimumprijs geldt: Qv = -P + 100 Qa = 2P - 40 Evenwichtsprijs € 0,47 Minimumprijs € 0,60 Bij deze minimumprijs geldt: Qv = 40.000 stuks Qa = 80.000 stuks Aanbodoverschot = 40.000 stuks Dit overschot moet worden opgekocht (er was de boeren een minimaal bedrag per product gegarandeerd!) tegen € 0,60 Totale kosten: 40.000 x €0,60 = €24.000 100 Qv 80 prijs (in centen) Qa Pmin 60 40 20 20 40 60 80 100 hoeveelheid × 1.000 productie-overschot

Randvoorwaarden minimumprijs Aanbodoverschot: vernietigen (“doordraaien”) dumpen (ver) buiten je afzetgebied (of: exporteren met exportsubsidie) Bovendien: Buitenlandse producten niet toelaten op je markt (met invoerheffingen) Productie-uitbreiding van je eigen producenten aan banden leggen (bijv. melkquota)

Gevolgen minimumprijs Productie blijft behouden in eigen land Maar: Consumenten betalen meer dan nodig is Door het ontbreken van buitenlandse producten is er voor consumenten minder te kiezen Er is extra belastinggeld nodig voor het opkopen van de overschotten Wanneer producten worden geëxporteerd is er sprake van oneerlijke concurrentie

Verwerkingsopgave Bereken: De omvang van het aanbod-overschot Marktmodel in de uitgangssituatie: Qv = -¼P + 250 Qa = ½P – 100 Wereldmarktprijs van €350 Minimumprijs van €600 Bereken: De omvang van het aanbod-overschot De kosten voor het in stand houden van deze minimum-prijs De minimale hoogte van de invoerheffing van buitenlandse substituten 1000 Qv prijs 800 Qa 600 400 200 50 100 150 200 250 hoeveelheid × 1.000

Verwerkingsopgave Aanbodoverschot Bij een minimumprijs van € 600: 1000 Marktmodel in de uitgangssituatie: Qv = -¼P + 250 Qa = ½P – 100 Wereldmarktprijs van €350 Minimumprijs van €600 Aanbodoverschot Bij een minimumprijs van € 600: Qv = -¼x600 + 250 =100 Qa = ½x600 – 100 = 200 – Aanbodoverschot = 100 (x 1.000 stuks) 1000 Qv prijs 800 Qa Pmin 600 400 200 50 100 150 200 250 hoeveelheid × 1.000 aanbod-overschot

Verwerkingsopgave Kosten minimumprijs Marktmodel in de uitgangssituatie: Qv = -¼P + 250 Qa = ½P – 100 Wereldmarktprijs van €350 Minimumprijs van €600 Aanbodoverschot: 100.000 stuks Kosten minimumprijs Het overschot (100.000 stuks) moet worden opgekocht tegen €600 Kosten: € 60 mln. Bovendien betalen consumenten meer dan noodzakelijk is. 1000 Qv prijs 800 Qa Pmin 600 400 200 50 100 150 200 250 hoeveelheid × 1.000 aanbod-overschot

Verwerkingsopgave Invoerheffing Waar koop jij je product? Marktmodel in de uitgangssituatie: Qv = -¼P + 250 Qa = ½P – 100 Wereldmarktprijs van €350 Minimumprijs van €600 Invoerheffing Waar koop jij je product? op de wereldmarkt voor €350 of in eigen land voor €600 ?? Buitenlandse producten moeten dus minimaal €600 gaan kosten: invoerheffing minimaal € 250 1000 Qv prijs 800 Qa Pmin 600 400 Pwereld 200 50 100 150 200 250 hoeveelheid × 1.000

Afschaffen minimumprijs en invoerheffing Doordenker….. Marktmodel in de uitgangssituatie: Qv = -¼P + 250 Qa = ½P – 100 Wereldmarktprijs van €350 Minimumprijs van €600 Afschaffen minimumprijs en invoerheffing Hoeveel producten zullen dan geïmporteerd worden? Binnenlandse vraag bij €350: Qv = -¼x350 + 250 = 162,5 (x 1.000) Binnenlands aanbod bij €350: Qa = ½x350 – 100 = 75 ( x 1.000) Import: 87.500 stuks 1000 Qv prijs 800 Qa Pmin 600 400 Pwereld 200 50 100 150 200 250 hoeveelheid × 1.000 import