Omrekenen eenheden lengte

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Afronden bij natuurkunde
Advertisements

Omrekenen van oppervlakte- , en inhoudsmaten
Snelheid Hoe kan ik rekenen.
Meten met Maten.
Werken met het begrip wetenschappelijk en significant.
METRIEKE STELSEL Museum Ouder-Amstel.
Grote getallen Getallen groter dan vier cijfers schrijf je meestal in groepjes van drie. Je schrijft niet maar Dit spreek je.
M3F-MATEN - Gewichten en lengtematen
Rekenen 31 januari.
Snelheid Hoe kan ik rekenen.
Meten Grootheden kun je meten in eenheden. Tijd seconde Luchtdruk bar
Energie Water stroomt.
Een manier om problemen aan te pakken
lengtematen en gewichtsmaten
Samengestelde drukwet
Wat is omtrek? Omtrek is:
Arena 5 van MathBattle Maten
Presentatie Inhouden en vergrotingen.
2.6 Welke stoffen lossen op in water?
Title Fysische grootheden
NASK – METRISCH STELSEL
5.1 Definitie van vermogen
In dit vakje zie je hoeveel je moet betalen. Uit de volgende drie vakjes kan je dan kiezen. Er is er telkens maar eentje juist. Ken je het juiste antwoord,
Meetonzekerheden In de natuurkunde moet je vaak een grootheid meten
Omrekenen eenheden Volume
Omrekenen eenheden oppervlakte
Omrekenen eenheden massa
44 Doosjes (1) Lengte, breedte, hoogte meten Inhoud berekenen
Huiswerk Rekensommen 1. Omrekenen lengte a) 1 m = 100 cm
Mechanische druk  .
M3F-MATEN - Gewichten en lengtematen
30 x 40 = 1200 m2 8.1 Omtrek en oppervlakte 40 m 30 m
2.1 Vergrotingsfactor Vergrotingsfactor cm : 40 cm = 787,5
Informatieavond OBS De Werkschuit
Oppervlaktematen en landmaten
Hoe kan je lengtematen, inhoudsmaten en gewichten herleiden?
Centrummaten en Boxplot
Rekenen 17 januari.
Grootheden & eenheden TV Elektriciteit.
Huiswerk 30 g = 3000 cg 88 kg = g 750 dag = mg
Gecijferdheid 2 (Meten 1 – ME144X) week 3 Powerpoints staan op med.hro.nl/houmj/Klas_1BCEHI_Inductief/
Gecijferdheid 2 (Meten 1 – ME144X) week 3
Gecijferdheid 2 (Meten 1 – ME144X) week 2
Gecijferdheid 2 (Meten 1 – ME144X) week 2 Powerpoints staan op med.hro.nl/houmj/Klas_1BCEHI_Inductief/
 12 dm bestaat uit 2 delen  12 is het maatgetal  dm is de maateenheid.
Blok 1A Quiz week 1 (T) Leerdoelen vr. 1 en 2: Cijferend optellen en aftrekken tot met 2 of 3 getallen; Leerdoelen vr. 3 en 4: Breuken: een deel.
Verhaalsommen groep 8. Peter doet mee aan de 10 km hardlopen. De baan is 400 m per ronde. Hoeveel ronden moet Peter lopen? a)15c) 20 b) 25d) 30.
 GROOTHEID DICHTHEID DEFINITIE SYMBOOL EENHEID g/cm3 MEETINSTRU-
Inhoud berekenen.
Lengte, oppervlakte en inhoud
Omrekenen eenheden massa
Les 5 vermenigvuldigen en delen in dagelijkse situaties
NASK – METRISCH STELSEL
Snelheid Module 3 Basisstof 3.
Meten en meetkunde les 3: omtrek, oppervlakte en inhoud
Herhaling Verhoudingen
Grootheden & eenheden TV Elektriciteit.
Les 3 verhoudingen Verhoudingen.
Rekenen Meten en Meetkunde 2f Les 3 Omtrek, oppervlakte en inhoud
Les 1 Meten en meetkunde: Schaal
Lengtematen en meetinstrumenten
Lengte en afstand Lengte en afstand Lengte en afstand © André Snijers.
Rekenen Les 6 Meten en Meetkunde in het verkeer Les 7 Meten in recepten Les 5 figuren slaan we over!
Werken met kaarten.
Omrekenen eenheden Volume
Rekenen Meten en Meetkunde 2f Les 3 Omtrek, oppervlakte en inhoud
Metriek stelsel Metriek stelsel Metriek stelsel © André Snijers.
Verder rekenen met kommagetallen
Transcript van de presentatie:

Omrekenen eenheden lengte Omdat het om lengte gaat zetten we de standaardeenheid m erachter De meeste omrekeningen gaan tussen km en mm we bespreken alleen deze. k m kladblaadje h m da m 3 naar rechts (x1000) m 125 , , Ieder trapje naar rechts is 1 plaats de komma naar rechts (x10) d m c m m m Ieder trapje naar links is 1 plaats de komma naar links (10)  m 12500 v.b. 12,5 hm = .............. dm

k m h m da m m d m c m m m kladblaadje 2 naar links (100) 25 , , vb2 k m kladblaadje h m da m 2 naar links (100) m 25 , , Ieder trapje naar rechts is 1 plaats de komma naar rechts (x10) d m c m m m Ieder trapje naar links is 1 plaats de komma naar links (10) 12500 v.b. 12,5 hm = .............. dm 2,5 v.b 250 cm = .............. m

k m h m da m m d m c m m m kladblaadje 2 naar links (100) , 078 , vb3 k m kladblaadje h m da m 2 naar links (100) m , 078 , Ieder trapje naar rechts is 1 plaats de komma naar rechts (x10) d m c m m m Ieder trapje naar links is 1 plaats de komma naar links (10) v.b. 12,5 hm = .............. dm 12500 2,5 v.b 250 cm = .............. m 0,0078 v.b 0,78 dam = .............. km

01:59 Extra oefenopgaven 25 km = m 3,8 cm dam 0,59 dm hm 300 0,045 mm 70,8 0,0010 4600 25000 0,0038 0,00059 3000000 0,00045 708000 0,10 0,46 Je krijgt 8 min. de tijd om de antwoorden in te vullen 01:59