G1 Rekenen met breuken Leerwerkboek p7
a. Breuken optellen 1 10 5 + = 6 10 = + p8
+ + + = = = = a. Breuken optellen 6 10 1 5 6 10 2 10 8 10 4 5 l l l l
b. Breuken vermenigvuldigen Vereenvoudigen!!!! 1 . . 3 4 4 5 3 4 4 5 3 4 5 . 3 5 = = = l l l van l 1 p8
b. Breuken vermenigvuldigen Vermenigvuldigen met het omgekeerde van de 2de breuk!!! . 4 5 4 5 1 2 4 10 = = l : 2 l l p8
Oefeningen Open de Excelfile Rekenen met breuken p8-p9
2.Som in Q Om 2 breuken op te tellen, maak je die breuken eerst gelijknamig De som vind je dan zo: behoud de noemer maak de som van de tellers Voorbeelden: 1 6 1 4 2 12 3 12 5 12 + = + = 4 7 2 5 -20 35 14 35 -6 35 - + = + = 3 4 -12 4 -3 4 -15 4 - 3 +(- ) = + = p184
Vragen en opdrachten Oef 1 3 zie Excelfile p184
- = = 1.Instap 3.Verschil in Q 3 1 2 1 8 8 4 3 8 1 8 Om 2 breuken af te trekken, maken we die breuken eerst gelijknamig Het verschil is dan de breuk met als noemer de gelijknamige noemer en als teller het verschil van de tellers p185
3.Vereenvoudigde schrijfwijze +(+ - (- +(- - (+ + - Twee opeenvolgende gelijke tekens vervang je door een + Twee opeenvolgende verschillende tekens vervang je door een - p186
Vragen en opdrachten Oef 4 9 zie Excelfile p186