Hoofdstuk VI: De Middeleeuwen Les 1: Germanen
Welke eeuwen? Waarom heten de Middeleeuwen zo? H6: §1; p100 1 400 500 600 700 900 1000 1100 1200 1300 Welke eeuwen? Waarom heten de Middeleeuwen zo? Waar denk je aan bij het begrip Middeleeuwen
H6: §1; p100 1 400 500 600 700 900 1000 1100 1200 1300 Welke eeuwen? 500 1500 │_______|________ |_______________|_________________ Oudheid Middeleeuwen Vroeg Moderne Tijd Renaissance = wedergeboorte van de klassieke oudheid Bedacht in de 15e eeuw ‘Breuk’ tussen Oudheid en Renaissance Exacte datering is lastig: overgangen gaan geleidelijk. Duidelijk is wel dat vanaf de 11e eeuw de Late Middeleeuwen starten (tijd van steden en staten), tussen 500 en 1000 wordt gesproken over de Vroege Middeleeuwen (tijd van monniken en ridders)
Germaanse samenleving 1 400 500 600 700 900 1000 1100 1200 1300 Germaanse samenleving Bestaat uit stammen en stamverbanden Zij worden gebonden door Taal Etniciteit; en een deels overlappende cultuur
Germaanse samenleving 1 400 500 600 700 900 1000 1100 1200 1300 Germaanse samenleving Cultuur Indo-Europese taal Religie Goden en goddelijke natuurverschijnselen en –krachten Brengen van offers om .. Geloof in een hiernamaals Verschillen van stam tot stam Economie Landbouw Wonen in dorpen Sociale verhoudingen Indeling Koning/stamhoofd Vrijen Vrijgelatenen n/w Eren van je voorouders En verdedigen van hun land Eer/dapperheid/wraak Lichaamskracht van belang
Naar een Frankisch Rijk 1 400 500 600 700 900 1000 1100 1200 1300 Naar een Frankisch Rijk Ca. 450 NC trekken de Romeinen letterlijk weg Vele geromaniseerde volken gaan mee c.q. verdwijnen De Franken nemen een deel van voorheen Romeins gebied over (zie dia) Dit gebied wordt continu bedreigt door nare buren Gezocht wordt naar een Frankisch leider die de stammen kan verenigen en de vijanden gaat verslaan Deze wordt gevonden in Clovis (oorspronkelijke naam Clodovech). Hij werd koning van een stam nabij Parijs (465-511?)
1 400 500 600 700 900 1000 1100 1200 1300 in grijs; het woongebied van de Franken in de vijfde eeuw. In rood; de maximale uitbreiding van de Frankisch/Germaanse taal na de vijfde eeuw. Zelfs tot ver in Noord-Frankrijk!
Clovis - van het huis der Merovingen 1 400 500 600 700 900 1000 1100 1200 1300 Clovis - van het huis der Merovingen Werd 481 koning ‘Salische’ Franken. Bekeerde zich omstreeks 496 tot het christendom Verzekerde zich van de steun van een belangrijke bevolkingsgroep (waar hebben we dat meer gezien?) Dwong zijn onderdanen zijn voorbeeld te volgen (dat lukte ook wel met 5000 zwaarbewapende krijgers…) Oorlogen als ‘verdediger van het katholieke geloof’: verdreef Visigoten naar Spanje, versloeg Allemannen, Bourgondiërs.
Koning Clovis - van het huis der Merovingen 1 400 500 600 700 900 1000 1100 1200 1300 Koning Clovis - van het huis der Merovingen Zorgde via verdeel- en heers en eliminatie dat alle Frankische stammen zich onder hem verenigden. Bouwt vanaf 508 een ‘staat’ op Parijs hoofdstad Bevestigde band tussen kerk en staat: bisschoppen worden door een synode (kerkvergadering) benoemd onder voorzitterschap van de koning. Wetboek (met nog apart onderscheid voor de Gallo-Romeinen) Introduceerde het middeleeuwse idee van koningschap dat brak met de Germaanse visie op het koningschap erfopvolging i.p.v. keuze. Na zijn dood werd het rijk onder zijn 4 zoons verdeeld; m.a.w. het viel uiteen
1 400 500 600 700 900 1000 1100 1200 1300 Rijk der Merovingen Na Clovis’ dood ontstaat er een periode van 250 jaar van verval en oorlogen, totdat de Karolingen de macht grijpen. Karel Martel was een hofmeier die de laatste Merovingische koning afzette.
Huiswerk Lees alvast het stukje over Karel in je HB (p.100) Voor de volgende les meenemen 3 bronnen over Karel de Grote = 2 afbeeldingen; 1 tekstbron Inleveren museumwerkstuk > woensdag 23 april