4.1 Zonder verplaatsing is er geen arbeid

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
HOOFDSTUK 3 : ELEKTRISCHE POTENTIAAL.
Advertisements

§3.7 Krachten in het dagelijks leven
Dit is de kracht waarmee een planeet aan een voorwerp trekt
Krachten Voor het beste resultaat: start de diavoorstelling.
Energie Wanneer bezit een lichaam energie ?
Arbeid.
toepassingen van integralen
Kracht.
Newton - HAVO Energie en beweging Samenvatting.
Uitwerkingen blok 4 hoofdstuk 3 versie 2
Arbeid en energie Hoofdstuk 6.
Vermogen 1.
Natuurkunde V6: M.Prickaerts
Title Fysica Energie FirstName LastName – Activity / Group.
Hoofdstuk 1 Om te beginnen
Hoe je een kracht kan weergeven. De gevolgen van een kracht
Energie.
3.1 Zwaartekracht, massa en gewicht
Massa, Kracht en gewicht.
VERMOGEN Een jongen en een meisje rennen zo snel mogelijk onderstaande heuvel op. Dit doen ze met een constante snelheid. Geg: s = 500m vm= 5,00 m/s vj.
Warmte herhaling hfd 2 (dl. na1-2)
Newton - VWO Arbeid en energie Samenvatting.
Newton - VWO Energie en beweging Samenvatting.
Newton - VWO Arbeid en warmte Samenvatting.
Title Fysica Arbeid FirstName LastName – Activity / Group.
Title Fysica Vermogen FirstName LastName – Activity / Group.
KLIK NU MET JE MUISKNOP OP: -VOORSTELLING WEERGEVEN!
5.1 Definitie van vermogen
1. Wat is een kracht? 1.1 Inleiding
Arbeid.
Krachten.
Arbeid en kinetische energie
Schema massa GROOTHEID Massa Het aantal deeltjes in een stof bepaald
4.1 verrichten van arbeid Om arbeid te kunnen verrichten heb je energie nodig Beweging energie (kinetische energie) Warmte Elektrische energie Zwaartekracht.
Als je een veer wilt uitrekken dan zul je daar een kracht op
Er zijn technische beroepen waarbij krachten belangrijk zijn:
Eigen gewicht hefboom Tot nu toe hebben we het gewicht van een hefboom verwaarloosd. 5 m 2 m De bovenstaande balk zou voorheen dus niet gaan draaien. Als.
Kracht en Energie Inhoud
2e Wet van Newton: kracht verandert beweging
Opgave 1 Krachten kunnen het volgende met een voorwerp doen: 1.Kracht verandert soms de snelheid van een voorwerp 2.Kracht vervormt soms een voorwerp -
Warmte inhoud 1. Inleiding (deze les dus) 2. Warmtecapaciteit
Newton - HAVO Arbeid en energie Samenvatting.
Newton – HAVO Statica Samenvatting.
Kracht teken je als een pijl. Lengte pijl: grootte kracht.
1.1 Krachten Hoe werken krachten?.
3.4 Rekenen met energie 4T Nask1 H3 Energie.
Op de maan opdracht 10.
Arbeid en Energie (Hoofdstuk 4)
Fit!vak rijkserkende opleidingen
Vergelijkingen oplossen
Arbeid.
Momenten Havo: Stevin 1.1 van deel 3.
kracht arbeid vermogen energie
Samenvatting.
Wat is evenwicht? hoe kun je met krachten tekenen en rekenen?
Hoofdstuk 3: Kracht en Beweging. Scalars en vectoren Grootheden kun je verdelen in 2 groepen  Scalars  alleen grootte  Vectoren  grootte en richting.
 GROOTHEID DICHTHEID DEFINITIE SYMBOOL EENHEID g/cm3 MEETINSTRU-
Energie in het elektrisch veld
Hoofdstuk 7 Kracht en evenwicht.
Hoofdstuk 6: Natuurkunde Overal (vwo 4)
Hoofdstuk 1 - Krachten Paragraaf 5 – Druk
Herhaling H8 : arbeid Arbeid: de energie die door een krachtbron geleverd wordt bij verplaatsing van een voorwerp. Dit geeft energie toename/afname ALGEMENE.
Kracht Module 3 Basisstof 5.
H1 §2 krachten meten §3 netto kracht
Massa, Kracht en gewicht.
H1 §4 krachten in werktuigen
LEERDOELEN Uitleggen wat het begrip moment inhoudt
Drijven zinken zweven basisstof 6.
Wet van Newton F = P  A Kracht (N) = Druk (N/m2)  Oppervlakte (m2)
Hoofdstuk 1 Krachten Wat gaan we doen vandaag? Terugblik
Transcript van de presentatie:

4.1 Zonder verplaatsing is er geen arbeid Thema 5: Kracht, arbeid, vermogen en energie 4 Arbeid 4.1 Zonder verplaatsing is er geen arbeid Zoek in een woordenboek de betekenis van arbeid op: Arbeid = werk, uitwerking van een kracht (Prisma woordenboek, 2006) In natuurwetenschappen: Zonder verplaatsing is er geen arbeid

Thema 5: Kracht, arbeid, vermogen en energie 4.2 Definitie Arbeid verrichten als een kracht zorgt voor een verplaatsing of vervorming W F  s

4.3 Wiskundige formule van arbeid Thema 5: Kracht, arbeid, vermogen en energie 4 Arbeid 4.3 Wiskundige formule van arbeid W = F .  s Symbool grootheid Naam grootheid Naam eenheid Symbool eenheid W F  s arbeid joule J kracht newton N verplaatsing meter m Opmerkingen W = 0 als F   s  s FZ

4 Arbeid 4.4 Eenheid van arbeid Thema 5: Kracht, arbeid, vermogen en energie 4 Arbeid 4.4 Eenheid van arbeid Hoe lees je [ W ] ? De eenheid van arbeid is W = F .  s [ F ] = N [ W ] = N . m [  s ] = m [ W ] = Joule = J We leveren een arbeid van 1 Joule als we Brits natuurkundige 1818 - 1889 met een kracht van 1 N een verplaatsing van 1 m, met dezelfde richting en dezelfde zin als die kracht veroorzaken

4 Arbeid 4.5 Oefeningen Thema 5: Kracht, arbeid, vermogen en energie Ga bij elke figuur na of er arbeid verricht wordt door de kracht die getekend is De zwaartekracht verricht geen Je spierkracht verricht arbeid, de arbeid op de lantaarn. fiets verplaatst zich. De lantaarn wordt niet verplaatst

4 Arbeid 4.5 Oefeningen Thema 5: Kracht, arbeid, vermogen en energie Je gewicht oefent een kracht uit De stoel brengt het oudje omhoog op de stoel. Deze wordt niet Er is arbeid want er is een verplaat- verplaatst, dus geen arbeid sing in de richting van de kracht

4 Arbeid 4.5 Oefeningen Thema 5: Kracht, arbeid, vermogen en energie Een boot wordt met een kracht van 4000 N zo’n 8,0 m uit het water omhoog gehesen. Bereken de verrichte arbeid. gegeven F = 4000 N  s = 8,0 m gevraagd W oplossing W = F .  s W = 4000 N . 8,0 m W = 32 000 Nm W = 32.103 J antwoord De kraan verricht een arbeid van32.103 J

4 Arbeid 4.5 Oefeningen Thema 5: Kracht, arbeid, vermogen en energie 3. Hoeveel kracht moet je op een spijker uitoefenen als je erin slaagt die spijker 2,0 cm in de muur te boren met een arbeid van 1,0 J? gegeven  s = 2,0 cm = 0,020 m W = 1,0 J gevraagd F oplossing W = F .  s F = W /  s F = 1,0 J / 0,020 m F = 50 N antwoord Op de spijker moet men een kracht van 50 N uitoefenen worden.

4 Arbeid 4.5 Oefeningen Thema 5: Kracht, arbeid, vermogen en energie 4. De tandarts verricht 12 mJ arbeid wanneer hij de naald van de spuit in je tandvlees boort. Hij gebruikt hiervoor een kracht van 0,80 N. Hoe diep dringt de naald in je tandvlees. gegeven F = 0,80 N W = 12 m J = 12.10-3 J gevraagd  s oplossing W = F .  s  s = W / F  s = 12.10-3 J / 0,80 N  s = 0,015 m = 1,5 cm antwoord De naald dringt 1,5 cm in je tandvlees

4 Arbeid 4.5 Oefeningen Thema 5: Kracht, arbeid, vermogen en energie 5. Een ophaalkraan verricht een arbeid van 3,6 . 106 J om een massa van 4,0 . 103 kg op te tillen. Bereken de hoogte waarover de massa verplaatst werd. gegeven m = 4,0 . 103 kg W = 3,6.106 J gevraagd  s oplossing W = F .  s  s = W / F  s = 3,6.106 J / (4,0.103 kg.9,81 N / kg)  s = 92 m antwoord De massa werd over een hoogte van 92 m verplaatst.