immuniteit En vaccinaties
Eerste besmetting met antigeen enige dagen eer voldoende antistof ziek (tot voldoende antistof) Tijd tussen besmetting en eerste ziekteverschijnselen = INCUBATIETIJD
2de besmetting Primaire reactie = antistofvorming na 1ste besmetting 2debesmetting zelfde antigeen onmiddellijk antistofvorming ( geheugencellen, B en T-lymfocyten) = secundaire reactie Hoeveelheid antistof groter Blijft veel langer in bloed geen ziekteverschijnselen immuun
waterpokken
immuniteit Reactie op binnendringen van ziekteverwekker = natuurlijke immuniteit bv waterpokken (vorige dia) Meestal levenslang Immunisatie = vaccinatie = kunstmatig opwekken van immuniteit Sinds 1798 tegen pokken Jenner : observatie : mensen die koepokken hadden gehad kregen geen pokken meer etter uit koepokken in wondje geen pokkenmeer Antistof tegen koepokken bleek werkzaam tegen dodelijke mensenpokken Vaccinatie (vacca : koe)
vaccins Tijd geduurd eer vaccinatie aanvaard Later vaccins uit dode of verzwakte ziekteverwekkers Antigenen Afweersysteem geactiveerd actieve immunisatie (antistofvorming + geheugencellen) Antistoffen afweersysteem niet geactiveerd = passieve immunisatie
Actieve en passieve immunisatie Actief: antigenen of verzwakte ziekteverwekker lichaam moet actief immuun worden Passief: alleen antistoffen Bv spinnen- en slangengif Bv hondsdolheid (dodelijk, tast hersenen aan, incubatietijd 3-7 weken) hondsdolheid slang spin
Vaccinaties, nu 12 ♀ Baarmoederhalskanker Vrijwel alle kinderen: Difterie Kinkhoest DKTP Tetanus Poliomyelitis Bof Mazelen BMR Rode hond Hib-ziekten Meningokokken C Pneumokokken Hepatitis B
vaccinatieprogramma Vrijwel alle kinderen
Passieve immunisatie Nadeel: in bloed dier verschillende antistoffen Maken van Monoklonale antistof celfusietechniek