INDISCH – NEDERLANDS.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Redekundig ontleden Over waarom, wat en hoe....
Advertisements

Het werkwoordelijk gezegde
Gesprekjes….
Curacao-Nederlands; huidige taalsituatie op Curacao, het Papiaments en Kennmerken van het Curacao-Nederlands.
Herhaling van hoofdstuk
Wij hebben een woord -Het Woord- voor de wereld
naamwoordelijk gezegde
H3 Industralisatie en Ismen.
Taaloefeningen. Mijn oom wil een heel mooi schilderij kopen. zin 1 Zinnen ontleden.
Taaloefeningen.
Persoonsvorm Saskia Hoekx.
STAPPENPLAN GRAMMATICUS.
De economie in de gouden eeuw
Loverboys.
8.6 Het moderne imperialisme
© De Coninck Sofie en © Onze maatschappij is multicultureel.
Werkwoordspelling Hoe ging het ook alweer?.
Geen of niet de negatie.
Paragraaf 4.5 Indonesië wordt onafhankelijk.
Nederland en Indonesië
Taalkunde Grammatica A
Kenmerk 30 De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en taatsburgerschap Les 2: Verloop van.
Indonesië.
Paragraaf 11 De Japanse bezetting.
Bezittelijk voornaamwoord
Enquête.
Grammatica Nederlands
Nederlands Woordsoorten.
LL 13: Grammatica Perfectum Passivum en PPP
Uittreksel uit een recente studie bij kinderen van ongeveer 10 jaar in verband met het onderwerp « huwelijk ».
De Nederlandse koloniën
WERKWOORDSPELLING Hoe doe je dat ?.
De doorbraak van de volkstaal Nieuwnederlands in de zestiende eeuw < Jan W. de Vries, Roland Willemyns & Peter Burger, Het verhaal van het Nederlands.
Taaloefeningen.
Voornaamwoorden Enkele opmerkingen over. Enkele opmerkingen over het en dat Voorlopig subject De Coolsingel, het/dat is een brede straat. De Coolsingel,
Brugklas Werkwoordspelling.
Taaloefeningen.
Taaloefeningen.
Hoe gaat het verder na Bethel?
Paragraaf 1: Kolonies inpikken.
Taaloefeningen.
De koloniale relatie tussen Nederland(ers) en Nederlands-Indië
De Nederlanden waren rijk aan het einde van Middeleeuwen
De koloniale relatie tussen Nederland(ers) en Nederlands-Indië
Stage: Basisschool de Klingerberg
De koloniale relatie tussen Nederland(ers) en Nederlands-Indië
Taaloefeningen.
Hoe gebruik ik -d & -t? Leren en oefenen Maar eerst…….
Woordsoorten Maud Hutten.
Taaloefeningen.
Woordsoorten benoemen
DAG VAN HET LEREN Hoe komt zo'n taal eigenlijk in je hoofd? door Henk Wolf.
Nederlands Woensdag 6 januari 2va.
 Bepaald?  Bepaald:De het  Bepaald: de het  Onbepaald?
Werkwoordspelling -d of –t?
WERKWOORDELIJK GEZEGDE
De Europese expansie begint Hoofdstuk 2. Wat gaan we doen? Portugese ontdekkers Nederlanders overzee Cornelis de Houtman.
Grammatica zinsdelen H1 t/m H6
Grammatica woordsoorten H1 t/m H6
Tijd van Regenten en Vorsten 1600 – 1700
Woordbenoemen Groep 6 en 7.
Ontdekking en verovering 2.2 De Europese expansie begint
Verschil: redekundig en taalkundig ontleden
Nederland en Indonesië
Hoofdstuk 2 Grammatica woordsoorten
Indonesisch nationalisme
Wedekerend ww en vnw Wederkerig vnw
Grammatica zinsdelen Redekundig ontleden.
Programma Welkom! Lesdoelen voor deze les
Typisch ‘optie Latijn’
Transcript van de presentatie:

INDISCH – NEDERLANDS

OVERZICHT Indische – Nederlanders positie Nederlands voorgeschiedenis en ontwikkeling kenmerken Indisch- Nederlands Petjoh Indië is niet meer

Indische – Nederlanders Indische ‘ totoks ’ Indische meisjes/jongens Indo – Europeanen ( Indo’s) Kenmerk : wortels in Indië en hun Nederlands beïnvloed door de inheemse talen van Indonesie, vooral door het Maleis

Positie Nederlands Nederlands geen wereldtaal: a. lingua franca’s Portugees en Maleis b. winst belangrijker dan verspreiden cultuur Portugees met maleise elementen einde 16e eeuw lingua franca archipel voertaal Bataviase gezinnen in kerk naast Nederlands en Maleis Na 1750 Maleis meer aanzien Maleis dialectisch rijk geschakeerde moedertaal bewoners rond straat Malakka voor 1600 al lingua franca in archipel Contacttaal Portugezen en Nederlanders basis latere Bahasa Indonesia

Voorgeschiedenis 1595 Cornelis Houtman >Sumatra,Java,Molukken 1602 VOC 1611 Handelspost Jakarta ( fort Jacatra ) 1618 Jan Pieterszoon Coen sticht Batavia 1629 fundament handelsimperium. VOC monopolie op handelsverkeer; Batavia administratief centrum en stapelmarkt

17e eeuw serieuze pogingen bevordering van het Nederlands ; privileges in opdracht Staten – Generaal oprichting enkele scholen Batavia: voertaal Nederlands ; Molukken: Maleis 5000 Nederlanders in dienst VOC, merendeel in Batavia ambtenaren met beperkt dienstverband afgezwaaide soldaten en handelaren blijven, trouwen inheemse vrouwen

18e eeuw meeste scholen op de Molukken voertaal Maleis > Maleise bijbelvertaling Leydekker Batavia: scholen voornamelijk voor kinderen VOC ambtenaren op school: Nederlands ; thuis: Portugees of Maleis

19e eeuw na Franse revolutie veranderen opvattingen over onderwijs en opvoeding: onderwijs voor iedereen gebrek aan geld en goed gekwalificeerd personeel: alleen scholen voor Europeanen binnen kazerne : Tangsi-Maleis kazerne omstandigheden > groeiende kloof binnen Indische samenleving toename aantal blijvers en trekkers. Vanaf jaren ’70 komen vrouwen mee Inlanders van adel op beperkte schaal naar school geen verbetering van het Nederlands; bezorgdheid (Huet)

20e eeuw blijvers bepalen niet meer aanzien koloniale maatschappij veranderingen door: 1.economische vooruitgang 2.stroom nieuwe migranten 3.gewijzigde opvattingen over de koloniale samenleving harmoniegedachte verstoord Maleis steeds belangrijker 1942 Japanse bezetting: Nederlands verboden 1945 Hatta en Soekarno : Indonesie onafhankelijk ruim 200.000 Nederlanders,waaronder Indische – Nederlanders vertrekken. Honderdduizenden met een goede beheersing van de Nederlandse taal blijven

Kenmerken Indisch- Nederlands 1. Uitspraak 2. Grammatica 3. Klemtoon en Zinsmelodie 4. Woordenschat

1. Uitspraak Medeklinkers d,b>dd,bb r>rollende r v,z>f,s g>als in het engels k>op einde woord of lettergreep vaak zwak t>vaak aan het einde van een woord weglaten: mond>mon w>dik aangezet (eng. when ,why) ● klinkers ui>eu ei/ij>eu/e : uit>eut, ijs>es ● uitspraak is formeel: klameniebuhdonduhruh > ik-laat-me-niet-bedonderen voornaamwoorden worden meestal nadrukkelijk gearticuleerd: we>wij, ze>zij d’r> haar wederkerend werkwoord: je vergist je > jij fergist jou

2. Grammatica zelfstandig naamwoord kan van geslacht veranderen; het-woorden worden de-woorden:de varken, de kantor verbuiging bijvoeglijk naamwoord samen met het gebruik lidwoord een: een mooie boek verleden tijd regelmatig vervangen door voltooid tegenwoordige tijd en zelfs door tegenwoordige tijd: gisteren hebben wij die jongen nog gezien toen wij naar school gaan gebruik deelwoord geworden in lijdende zinnen: ik ben geslagen geworden regelmatig weglaten koppelwerkwoord: die jongen pienter, seg voornaamwoord het wordt vaak weggelaten: trek jou niet aan, seg het en er zijn samen weggelaten: ik heb niet voor over wederkerend werkwoord vaak zonder wederkerend voornaamwoord:zij vergissen vaak, ik scheer altijd voornaamwoorden die naar vrouwen verwijzen worden vervangen door voornaamwoorden die niet naar vrouwen verwijzen: mijn sus, hij so pienter, want sijn rapport so mooi omkering onderwerp en het verbogen werkwoord vaak niet: straks hij gaat naar de pasar. Jij lust geen doerian? vaak zelfstandig naamwoord voorop, pauze en dan herhalend voornaamwoord: mijn sus, hij so pienter achtervoegsel isatie wordt Indisch- Nederlands isasi: komputerisasi

3. Klemtoon en Zinsmelodie Klemtoon van een woord minder belangrijk dan in het Nederlands Wanneer toch klemtoon, dan op de laatste lettergreep in een woord bestaande uit twee lettergrepen, vooral wanneer de voorlaatste lettergreep een stomme e is: besár, telór Met stopwoorden als toch en ja wordt een uitroepende en vragende zinsmelodie versterkt; vervelend toch en jij gaat weg, ja? In bovenstaande gevallen gaat de toon wat omhoog en wordt het laatste woord langer aangehouden

4. Woordenschat Woorden van Maleise oorsprong en soms Javaanse oorsprong Woorden, uitdrukkingen van Nederlandse oorsprong maar die alleen in het Indisch- Nederlands voorkomen Nederlandse woorden en uitdrukkingen die in het Indisch- Nederlands iets anders betekenen Ongeveer 5000 Nederlandse leenwoorden

Woorden van Maleise oorsprong en soms Javaanse oorsprong Soesa Pidjetten/ pidjitten Gladak Klapper Goena- goena Tjitjak Mata gelap Obat Barang- bagage Baboe- huisbediende Kaki- voet, poot, been (kaki telandjang) Pedis- scherp gekruid

Woorden, uitdrukkingen van Nederlandse oorsprong maar die alleen in het Indisch- Nederlands voorkomen leestrommel bultzak naar boven gaan een muskietenvestje aantrekken

Nederlandse woorden en uitdrukkingen die in het Indisch-Nederlands iets anders betekenen handschoentje stroop platje erf boei vendutie onderneming dood neervallen

Ongeveer 5000 Nederlandse leenwoorden 20% alledaagse leven, 30% wetenschap en techniek, 40% openbare leven dah-dag! kulkas-koelkast iritasi-irritatie apotik-apotheek sosiolog-socioloog amtenar-ambtenaar oposisi-oppositie kasasi-cassatie haatzaai-nu: wetsartikel kasbuk-kasboek

Petjoh/Petjok Petjoh is een echte pidgin, een soort Maleis- Nederlands. Ontstaan in de kazernes en gebruikt: A. door Indische militairen met een verschillende moedertaal B. als omgangstaal tussen blanke ‘meerderen’ en inheemse ‘minderen’. C. tussen Europeanen en hun inheemse vrouwen D. door kinderen (ook blanken) op straat en schoolplein E. onderkant van de Indo- Europese samenleving in de kampong Grammatica simpel Maleis Symbooltaal

Indië is niet meer… R.Cress: 1942 feitelijke eind Indische samenleving Na 1945 en opeenvolgende jaren: vertrek ongeveer 300.000 Indische Nederlanders De specifieke omstandigheden van de samenleving van voor 1945 zijn niet meer aanwezig waardoor het Indisch- Nederlands verdwijnt.

literatuur Richard Cress (1998). Petjoh. Woorden en wetenswaardigheden uit het Indische verleden. Amsterdam: Prometheus. Jan W. de Vries (2005). Indisch- Nederlands. In: Nicoline van der Sijs (red.,2005) Wereldnederlands. Oude en jonge variëteiten van het Nederlands pp.59-79. Den Haag: Sdu Uitgevers. Jan de Vries, Roland Willemijns & Peter Burger (2003). Het verhaal van een taal. Amsterdam: Prometheus. Joop van den Berg (1991). Soebatten, sarongs en sinjo’s. Indische woorden in het Nederlands. ‘s Gravenhage: Bzztôh.