Paragraaf 3 Honger en ellende

Cultuurstelsel Voor de Nederlanders was het een groot succes! Herhaling, cultuur betekent: akkers Cultuurstelsel: De Javaanse boeren waren verplicht tegen lage lonen op 1/5 deel van hun land exportgewassen als tabak, koffie, suiker en de kleurstof indigo te verbouwen. Zo kwam Nederland aan gratis producten die in Europa duur verkocht werden. 1850-1860: 40% van Nederlandse staatsinkomsten. Voor de Javaanse bevolking was het een ramp!

Lokale bevolking: Moeilijk systeem: Sommige grond was niet geschikt voor koffie, indigo, tabak of suiker. Dan moest de boer op een andere manier de pacht betalen. 66 dagen per jaar herendiensten verrichten: Klusjes voor de heer: gebouwen bouwen, wegen aanleggen, op plantages werken. Gratis werknemers voor de Nederlandse staat!

Plantages: De bevolking moest hard werken op grote landbouwbedrijven die van de Nederlanders waren: voor goedkope producten die naar Europa werden vervoerd. ( Nederlandse Handels Maatschappij) Boeren kregen plantloon: als je meer oogst inleverde dan je eigenlijk moest betalen, dan kreeg je wat loon. In sommige gebieden was een eerlijk bestuur; dan kregen de boeren plantloon waarmee ze textiel of voedsel kochten. Dit konden ze doorverkopen. Een boer had dan een iets beter leven.

Door het cultuurstelsel werden de verschillen tussen rijke Nederlanders en arme Indiërs groter.

Nederlanders:

Lokale bevolking

Nadelen cultuurstelsel: Vaak meer dan 66 dagen werken Boeren raakten land kwijt aan fabrieken, en kregen er slechter land voor terug, ergens anders. Boeren moesten vaak meer dan 1/5 van hun gebruiken voor tabak enz. De Nederlandse bestuurder wilde zelf namelijk ook wat overhouden. ( cultuurprocenten)

Vaak moesten boeren ook belasting betalen aan eigen koningen Vaak moesten boeren ook belasting betalen aan eigen koningen. (dubbel dus) Kregen te weinig plantloon voor hun oogst. Boeren hielden door alle klusjes, te weinig tijd over voor de eigen oogst. Veel hongersnoden.

In 1870 werd het Cultuurstelsel afgeschaft en mochten de boeren op Java zelf bepalen wat ze op hun akkers verbouwden. De Nederlandse overheid verkocht leeg gebied aan rijke Nederlandse ondernemingen die er grote plantages op bouwden. Suikerrietoogst op Java, 1912 Hollanders met bedienden, Batavia, 1914

Einde paragraaf 3