Economische vooruitzichten voor België G. Quaden Gouverneur Persconferentie, 7 december Embargo 13u.
Recente activiteitsontwikkeling: internationale vergelijking (veranderingspercentages van het bbp, voor seizoen- en kalenderinvloeden gezuiverde volumegegevens) Kwartaalgegevens K/K-1 K/K K32008K42009K12009K22009K3 België-0,2-2,1-1,8-0,10,5-3,5 Duitsland-0,3-2,4-3,50,40,7-4,8 Nederland-0,7-1,0-2,4-1,00,4-4,0 Italië-0,8-2,1-2,7-0,50,6-4,6 Frankrijk-0,2-1,5-1,40,3 -2,4 Eurogebied-0,4-1,9-2,4-0,20,4-4,1 Verenigd Koninkrijk-0,7-1,8-2,5-0,6-0,3-5,1 VS-0,7-1,4-1,6-0,20,7-2,5 Japan-1,7-3,0-3,20,71,2-4,4 Bronnen: EC, INR. 2
Indicatoren van het ondernemers- en consumentenvertrouwen (gestandaardiseerde gegevens 1 ) Consumentenvertrouwen Bronnen: EC, Thomson Reuters Datastream, NBB. 1 Deze reeksen werden bekomen door van de basisgegevens het gemiddelde af te trekken en te delen door de standaardafwijking sinds januari Ondernemersvertrouwen (verwerkende nijverheid)
Opeenvolgende voorspellingen voor de bbp-groei van 2009 Bron: Consensus Economics. 4
5 Opeenvolgende voorspellingen voor de bbp-groei van 2010
Bbp en conjunctuurindicator (seizoengezuiverde gegevens) Bbp naar volume 1 (linkerschaal) Algemene synthetische conjunctuurindicator (rechterschaal) Veranderingspercentages t.o.v. het overeenstemmende kwartaal van het voorgaande jaar Veranderingspercentages t.o.v. het voorgaande kwartaal Afgevlakte reeks Brutoreeks Bronnen: INR, NBB. 1 Voor kalenderinvloeden gezuiverde gegevens. * Flash-raming voor het derde kwartaal van Jaarlijkse veranderingspercentages 3,12,0 0,8 -3,12,8 1,0 * 6
Bestedingscomponenten (veranderingspercentages, voor kalenderinvloeden gezuiverde volumegegevens) r2010r Consumptieve bestedingen van de particulieren 1,81,61,0-1,60,8 Consumptieve bestedingen van de overheid 1,02,63,32,21,1 Bruto-investeringen in vaste activa 2,75,73,8-4,1-1,3 Woningen 3,4-0,8-1,6-2,7-1,9 Overheid -12,43,63,47,62,6 Ondernemingen 4,58,76,1-5,8-1,6 Totaal van de binnenlandse bestedingen, ongerekend voorraadwijziging 1 1,72,62,1-1,20,4 Voorraadwijziging 1 0,60,1-0,2-1,30,4 Netto-uitvoer van goederen en diensten 1 0,40,2-1,0-0,60,2 Uitvoer van goederen en diensten 5,04,41,4-12,13,0 Invoer van goederen en diensten 4,74,42,7-11,52,7 Bbp 2,8 0,8-3,11,0 Bronnen: INR, NBB. 1 Bijdrage tot de verandering van het bbp. 7
Reëel bbp: positieve groei, maar lange weg te gaan (indexcijfers, K = 100) 8 Bronnen: INR, NBB. -4,2 pct. -2,5 pct.
Inflatie (HICP-veranderingspercentages t.o.v. de overeenstemmende periode van het voorgaande jaar) Bronnen: EC; FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie; NBB. 1 Nationale consumptieprijsindex ongerekend de producten die schadelijk worden geacht voor de gezondheid, namelijk tabak, alcoholhoudende dranken, benzine en diesel. Totale inflatie Voornaamste componenten van de HICP Totale inflatie p.m. Gezondheidsindex r2010r r2010r
Geharmoniseerde werkloosheidsgraad (procenten van de beroepsbevolking) Bronnen: EC, NBB. 10 Eurogebied Realisaties Projecties België r VS
Werkgelegenheid in personen en arbeidsvolume in uren (veranderingspercentages t.o.v. het voorgaande jaar) Bronnen: INR, NBB. 11
Aanbod van en vraag naar arbeid (jaar-op-jaarveranderingen in duizenden personen, tenzij anders vermeld) Bronnen: ADSEI, INR, RVA, NBB. 1 Landbouw, industrie, bouwnijverheid, handel en horeca, vervoer en communicatie, financiële diensten, vastgoed en diensten aan ondernemingen, met uitzondering van dienstenchequebanen. 2 Procenten van de beroepsbevolking. Deze reeks stemt overeen met de resultaten van de arbeidskrachtentelling die, overeenkomstig de Eurostat-methodologie, maandelijks worden aangepast aan de hand van de nationale administratieve gegevens. 3 Werkzame personen in procenten van de bevolking op arbeidsleeftijd (15-64 jaar) r2010r Beroepsbevolking+47,2+18,9+56,7+25,6+24,7 Totale werkgelegenheid+52,7+72,1+82,5-27,3-64,7 Loontrekkenden (incl. grensarbeiders)+48,2+64,7+72,3-30,0-59,3 waarvan: conjunctuurgevoelige bedrijfstakken 1 +32,5+49,0+48,7-55,0-79,9 Zelfstandigen+4,5+7,4+10,1+2,6-5,4 Niet-werkende werkzoekenden-5,5-53,2-25,8+53,0+89,4 p.m. Geharmoniseerde werkloosheidsgraad 2 8,37,57,07,99,0 p.m. Geharmoniseerde werkgelegenheidsgraad 3 61,062,062,461,660,4
Consumptie, beschikbaar inkomen en spaarquote van de particulieren (volumegegevens, veranderingspercentages t.o.v. het voorgaande jaar, tenzij anders vermeld) Bronnen: INR, NBB. (linkerschaal) 13
14 Overheidsfinanciën: België en eurogebied 1 (procenten bbp) Bronnen: EC, INR, NBB. 1 Volgens de in het kader van de procedure bij buitensporige overheidstekorten gebruikte methodologie. Financieringsbehoefte (-) of -vermogen Geconsolideerde brutoschuld = 39 pct. bbp
Bronnen: EC, NBB (België). Overheidsfinanciën: internationale vergelijking van het financieringssaldo (procenten bbp) r2010r Finland5,2-2,8-4,5 Duitsland0,2-3,4-5,0 Italië-1,5-5,3 België-0,2-6,1-5,4 Nederland0,2-4,7-6,1 Eurogebied-0,6-6,4-6,9 Frankrijk-2,7-8,3-8,2 Spanje1,9-11,2-10,1 Ierland0,3-12,5-14,7 Verenigd Koninkrijk-2,7-12,1-12,9 Verenigde Staten-2,7-11,3-13,0 15
Overheidsfinanciën: internationale vergelijking van de overheidsschuld (procenten bbp) r2010r Finland35,2 41,3 47,4 Nederland45,5 59,8 65,6 Spanje36,1 54,3 66,3 Duitsland65,0 73,1 76,7 Frankrijk63,8 76,1 82,5 Ierland25,1 65,8 82,9 Eurogebied66,0 78,2 84,0 België84,2 98,1 102,0 Italië103,5 114,6 116,7 Verenigd Koninkrijk44,2 68,6 80,3 Verenigde Staten61,9 84,8 93,6 16 Bronnen: EC, IMF (Verenigde Staten), NBB (België).
Rendementsverschillen van de staatsleningen op tien jaar t.o.v. de Duitse bund (daggegevens, basispunten) 17 Bron: Thomson Reuters Datastream
Recente vooruitzichten voor België BbpInflatie 1 Begrotingssaldo NBB (december 2009) 3 -3,11,00,01,6-6,1-5,4 Federaal Planbureau (september 2009) 4 -3,10,40,01,5 n.b. Consensus primary dealers (september 2009) -3,01,10,11,1-4,7-5,4 IMF (oktober 2009) 5 -3,20,00,21,0-5,9-6,3 EC (november 2009) 6 -2,90,60,01,3-5,9-5,8 OESO (november 2009) 7 -3,10,8-0,11,0-5,7-5,6 Consensus Economics (november 2009) -3,40,60,20,9 n.b. 1 HICP, behalve Federaal Planbureau: NICP. 2 Procenten bbp. 3 Hypothesen voor 2010: wisselkoers 1 euro = 1,49 $, olieprijs = 81,4 $. 4 Hypothesen voor 2010: wisselkoers 1 euro = 1,42 $, olieprijs = 76,5 $. 5 Hypothesen voor 2010: wisselkoers 1 euro = 1,41 $, olieprijs = 76,5 $. 6 Hypothesen voor 2010: wisselkoers 1 euro = 1,48 $, olieprijs = 76,5 $. 7 Hypothesen voor 2010: wisselkoers 1 euro = 1,49 $, olieprijs = 77,0 $ 18