De Republiek in een tijd van vorsten De Republiek verliest haar voorsprong § 4.3
4.4 Het einde van de Gouden Eeuw - Economische teruggang Het Rampjaar 1672 maakte duidelijk waar de Republiek stond. Absoluut bleef de economie goed draaien, maar de concurrenten Engeland en Frankrijk haalden de Republiek in. –De Republiek ondervond grote hinder van mercantilistische maatregelen: Acte van Navigatie (1651) Invoerheffingen door Lodewijk XIV Denemarken (lees: Noorwegen) en Zweden voorboden de export van onderbewerkt hout –Daarnaast nam de internationale handel van andere landen (ten koste van de Hollandse handelaren) ook toe. –Hetgeen ook gold voor de opkomende visserij van de Schotten en Scandinaviërs.
4.4 Het einde van de Gouden Eeuw - Economische teruggang Sommige bedrijfstakken gingen snel ten onder. Het probleem van een vermindering van de handel is dat dit een sneeuwbaleffect kent binnen allerlei bedrijfstakken. –Minder handel is minder nijverheid! Niet alle bedrijfstakken gingen achteruit: –VOC bleef groeien, ondanks sterke concurrentie BIC (Britten)
4.4 Het einde van de Gouden Eeuw - Ondraagbare schuldenlast Het voeren van de vele oorlogen kostte enorm veel geld –Om dit te dekken gaf de staat obligaties uit –En hief zij hoge belastingen –Hiervan profiteerden de elite, die de obligaties opkochten en veel jaarrente vingen –De gewone bevolking betaalde de rekening –In 1715 kon de staat echter de lasten niet meer dragen en werden de rentebetalingen gestopt. De Republiek was feitelijk failliet. De elite bleef echter onverminderd zeer rijk
4.4 Het einde van de Gouden Eeuw - Het Bestuur Na de dood van Willem III werd wederom geen stadhouder benoemd, het Tweede Stadhouderloze Tijdperk (45 jaar lang). De Staten Generaal kromp het leger en de vloot in. Toch slaagde zij er niet in de schuldenlast naar beneden te brengen. Oorzaak: –De machthebbers (regenten) profiteerden juist van staats’ schuld. De Republiek werd onmachtig, en wel zodanig dat zij midden 18 e eeuw een neutraliteitspolitiek ging voeren In de 18 e eeuw kreeg de Republiek dan ook een aantal maal met een invasie van buitenlandse troepen te maken. Zij bepaalde niet meer haar eigen internationale koers