VELEN DENKEN DAT HET EEN GROOT VOORRECHT ZOU ZIJN DE PLAATSEN TE BEZOEKEN WAAR CHRISTUS ALS MENS HEEFT GELEEFD, OM TE WANDELEN WAAR HIJ HEEFT GEWANDELD;
TE KIJKEN NAAR DE HEUVELS EN DALEN WAAROP ZIJN OGEN ZO VAAK HEBBEN GERUST.
MAAR WIJ HOEVEN NIET NAAR NAZARET, NAAR BETANIË OF NAAR KAFERNAÜM TE GAAN OM IN DE VOETSTAPPEN VAN JEZUS TE WAN- DELEN.
WE ZULLEN ZIJN VOETSPOREN VINDEN NAAST HET ZIEKBED, IN DE ARMOEDIGE KROTTEN, IN DE DICHT- BEVOLKTE STEGEN VAN DE GROTE STAD EN OP IEDERE PLAATS WAAR MENSENHARTEN BEHOEFTE HEBBEN AAN TROOST.
DOOR TE DOEN ZOALS JEZUS GEDAAN HEEFT, TOEN HIJ OP AARDE WAS, ZULLEN WE IN ZIJN VOET- SPOREN WANDELEN. ( D.B.H.W. / P-170 ). Y.M.E.