15 Regeling van de vruchtbaarheid.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
PAV-love Relaties en seksualiteit
Advertisements

De voortplantingsorganen
Hormonale regeling van de voortplanting
ANTICONCEPTIE. ANTICONCEPTIE Natuurlijke methoden Barièremiddelen Hormonale middelen Anticonceptie Natuurlijke methoden Barièremiddelen Hormonale middelen.
Geboorteregeling Anticonceptie: geen bevruchting -Zonder hulpmiddelen
Hormonen Boodschappers in je lichaam.
De cel.
Fertiliteitscentrum Lifestyle & vruchtbaarheid IVF Inleiding
Evolutie en informatieoverdracht
Seksuele opvoeding Waar je een antwoord krijgt op (bijna) al je vragen. Waar iedereen zichzelf mag zijn. Waar je naar elkaar luistert! … Een ernstige zaak!
Voortplanting en Ontwikkeling
GAMETOGENESE Vorming van gameten.
Hormonale regeling en voortplanting
Subfertiliteit behandeling
Voortplanting en Ontwikkeling
Nieuwe voortplantingstechnieken
Hormonale regeling van de voortplanting
Anticonceptie middels NUVA ring
1 Stageverslag 2 BD OHO Silke Van der Stockt Stage: Dierenartspraktijk Jaar:
Evolutie en informatieoverdracht
EVOLUTIE en INFORMATIEOVERDRACHT
Embryonale ontwikkeling
Embryonale ontwikkeling
Thema 3 Voortplanting.
Menstruatie.
Thema 2: Voortplanting.
Vorige keer….
AIDS =? = Acquired immune deficiency syndrome
Menstruatie.
Vorige keer… Seksueel Overdraagbare Aandoeningen.
P. 76 De menstruatiecyclus {.
Thema 4 Het hormoonstelsel
Bevruchting Coïtus: lwb.p.64 Orgasme Bevruchting.
Menstruatie cyclus.
Thema 3 Seksualiteit & Voortplanting
Preimplantatie Genetische Diagnostiek (PGD) Marfan syndroom Drs. Guusje de Krom, IVF/PGD arts, MUMC+ Prof. dr. Christine de Die-Smulders, Klinische genetica.
Thema 4 Seksualiteit en relaties § 6 Veilig vrijenHoe zit het met vruchtbaarheid?
Hoofdstuk 9 Voortplanting
Ontstaan van nieuw leven
SEKSUALITEIT SEKSUALITEIT SO 1: dia 3 t/m 14 SO 2: dia 15 t/m 21 SO 3: dia 22 t/m 37 SO 4: dia 38 t/m 43.
ZW3 H3 Voortplanting. Geslachtskenmerken: Hieraan kun je zien van welk geslacht iemand is. Primaire geslachtskenmerken: Zijn er al bij de geboorte, bijvoorbeeld.
Je lijf en zo.
Seksualiteit.
Hoe rijpt een eicel?.
Je lijf en zo.
De menstruatiecyclus.
Barrière middelen en andere voorbehoedsmiddelen
Voortplanting Basisstof 2 en 3.
Geboorte regeling Anticonceptie/voorbehoedsmiddelen
Zwangerschapsproces: Zo groeit een foetus
8.3 Relaties + Geslachtsdelen
Voortplanting.
Nanotoets menstruatie
B. Stof 4 Hormonen Basisstof 5 Zwanger
Hormonale regeling van de voortplanting
Hormonen & voortplanting
Doelen Aan het einde van de les weten jullie:
Transcript van de presentatie:

15 Regeling van de vruchtbaarheid

A Periodieke onthouding B Hormonale middelen C Mechanische middelen D Intra-uteriene anticonceptiva E Oplossing voor noodgevallen

A Periodieke onthouding ‘natuurlijke’ methoden onbetrouwbaar: ZC +10 ! rekening houden met: Ovulatie 14 dagen voor einde cyclus Eicel overleeft 24u in eileider Zaadcel overleeft 3 dagen in de eileiders

A.1 Kalendermethode cyclusduur gedurende 6 maanden langste en korste cyclus noteren de dagen waarop de ovulatie zou kunnen plaatsvinden worden bepaald + extra veiligheidsdagen berekening bevruchtbare periode: 1ste dag : kortste cyclus - 20 dagen 2de dag : langste cyclus - 10 dagen

‘(be-)vruchtbare periode’: 25 – 20 : na dag 5 32 – 10 : tot dag 22

De kalendermethode wordt vooral gebruikt om de vruchtbare periode te bepalen voor vrouwen die WEL zwanger wensen te worden!

A.2 Temperatuurmethode De lichaamstemperatuur stijgt 0,4 tot 0,8 °C vlak voor de ovulatie. (basale ochtendtemp.)

A.3 Ovulatiemethode Steunt op de verandering in viscositeit van het slijm in de vagina (Billingsmethode)

B Hormonale middelen B.1 De combinatiepillen Bevatten oestrogeen én progesteron

Eénfasepil elke pil bevat progesteron en oestrogeen 21 dagen pil – 7 dagen stop (menstruatie) soms bijwerkingen 3-voudige bescherming:

Seqeuntiepil (driefasepil) meest gebruikte anticonceptiepil elke kleur andere hormoonverhouding leunt best aan bij natuurlijke cyclus minder bijwerkingen vereist stipte ‘innamegetrouwheid’

B.2 Hormonale middelen met enkel progestageen Minipil ovulatie en slijmwandopbouw mogelijk slijmprop baarmoederhals blijft ondoordringbaar voor zaadcellen mogelijk onregelmatige bloedingen extra bescherming tijdens borstvoeding

Prikpil werking zoals minipil injectie progestageen om de drie maand géén pil maar injectievloeistof! moet door een arts gebeuren duurt lang (min. 6 maand) eer de vruchtbaarheid zich herstelt)

Implantaat (staafje) onderhuids ingeplant geef constant progestageen af werkt 3 jaar bijwerking: onregelmatige bloedingen

B.3 Vaginale ring en patch bevat oestrogeen en progestageen werking cfr. combinatiepil na 3 weken verwijderen

Anticonceptiepleister (patch) id. vaginale ring om de 7 dagen een nieuwe pleister (3x)

C Het condoom theoretische betrouwbaarheid : ZC = 3 werkelijke betrouwbaarheid : ZC = 5  van de 100 vrouwen die gedurende één jaar gebruik maken van een condoom zijn er na een jaar 5 zwanger

D Intra-uteriene anticonceptie Het spiraaltje lichaamsvreemd voorwerp (met koper) werkt in op baarmoederslijmvlies innesteling van eitje is niet mogelijk ook hormoonspiraaltjes (progestageen)

hormonenspiraaltje

E Oplossingen voor noodgevallen E.1 Morning-afterpil bevat zeer hoge dosis progestageen geen innesteling van bevrucht eitje maximaal na 72 uur innemen werkt niet na innesteling van het eitje

E.2 Abortuspil pil in combinatie met injectie van prostaglandinen (contractie uterus) degeneratie uterusslijmvlies tot 7 weken na uitblijven regels

F Sterilisatie man : vasectomie vrouw : via laparoscopie (onder narcose)

±16% van de paren heeft problemen! Bevorderen van de vruchtbaarheid ±16% van de paren heeft problemen!

MAN obstructie zaadleider stoornissen in zaadcelvorming zaadcellen niet actief genoeg mogelijke oplossing : 1. chirurgisch 2. donorsperma (bij steriliteit) 3. concentraat van zaadcellen

afwijkingen aan de baarmoeder VROUW afwijkingen aan de baarmoeder aandoeningen van de eileiders stoornissen in menstruele cyclus oplossingen : 1. Chirurgisch 2. Hormonaal 3. Intra-uteriene / In vitro inseminatie 4. Donorembryo’s

Intra uterine inseminatie Meestal met ovariële stimulatie (FSH) Dikwijls met zaadcelconcentraat

IVF: In Vitro Fertilisatie Stap 1: onderdrukken van eigen hypofysehormonen gevolgd door een gecontroleerde hormonale sitmulatie van de eierstokken

IVF: In Vitro Fertilisatie Stap 2: Eicelpunctie of ‘Pick-up’ Rijpe follikels zichtbaar door echoscopie ‘vroeger’

IVF: In Vitro Fertilisatie Stap 3: Inseminatie en bevruchting in een glazen schaaltje  ‘in vitro’

IVF: In Vitro Fertilisatie Stap 4: Inseminatie van de eicel als de fusie met een zaadcel niet zelfstandig verloopt; ICSI (intracytoplasmatische sperma injectie)

IVF: In Vitro Fertilisatie Stap 5: Laboratoriumtechnieken + eerste eiceldelingen in gecontroleerde omstandig-heden

IVF: In Vitro Fertilisatie Stap 6: Preïmplantatie Genetische Diagnose (eventueel)

IVF: In Vitro Fertilisatie Stap 7: Embryotransfer: één of meerdere embryo’s worden met een katheder in de uterus gebracht

IVF: In Vitro Fertilisatie Stap 8: restembryo’s invriezen (evt.) stikstofvat Cryopreservatie van embryo's

IVF: In Vitro Fertilisatie Overzicht:

EINDE HOOFDSTUK 15