Brief van keizer Claudius aan de Alexandrijnen

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Blok 2 Grieken en Romeinen
Advertisements

DE GROEI VAN HET ROMEINSE RIJK
Verhoudingen tussen joden en christenen in de eerste eeuw
Paragraaf 1: Het ontstaan van de polis, Athene als voorbeeld.
ONTSPAN JE..., LUISTER ..., EN BEWONDER
Kenmerk 16 De expansie van de christelijke wereld naar buiten toe, onder andere in de vorm van de Kruistochten Les 3: Het Grote Schisma van 1054.
Macht, recht en protest Over macht en misbruik. • Na de dood van David volgt zijn zoon Salomo hem op. • Hebreeuws: שלמה - Sjelomo/Shlomo • Regeringsperiode.
Het rijk en de stad Grieken en Romeinen Vroegmoderne tijd Moderne tijd
Geluk heb je zelf in de hand!
The shortest history of Europe
De historische Jezus….
Huiswerk gemaakt!?.
Hoofdstuk 1 De grote lijn..
Seneca. Lucius Annaeus Seneca (4 v. Chr. – 65 na Chr.) Geboren in Cordoba Vooraanstaande, ontwikkelde familie Na een paar jaar naar Rome verhuisd.
Lucius Annaeus Seneca 4 v. Chr – 65 n. Chr © LAD.
Rome De Vroege Keizertijd (27 v.Chr. – 193 n.Chr.) Mounir Lahcen
Uit: Trouw 16 september 2009.
Kenmerk 3 Het Ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen / samenlevingen Les 2: Het Ontstaan.
Kenmerk 3 Het Ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen / samenlevingen Les 3: Mesopotamië:
De ontwikkeling van het Christendom
6 oktober 2013 Den Haag 1. tijd: ± 60 AD plaats: Caesarea 2.
KLEOPATRA Rolf Strootman 12 juni 2012
Romeinen en Germanen.
De Grieks-Romeinse wereld
1 opdracht 2 a. Ze was koningin van Egypte (51-30 v. Chr.). b. Sinds de verovering van Egypte door Alexander de Grote (332) maakte Egypte deel uit van.
Het ontstaan en bestuur van het keizerrijk
Keizers: Julisch-Claudische huis: 27 v.C. – 68 n.C.
Deel 1 van 4 “HET PROFETISCH WOORD” Door Feike F. ter Velde
De Romeinen en hun staatsvorm
De Romeinen § 2.
“Met Christus gezeten in de hemel”
Hoofdstuk 3 De Romeinen.
Paragraaf 5.5 Historisch overzicht
De Romeinen, Van stad tot wereldrijk
Zelfs Romeinen hebben BV’s.
Jezus de Galileeër P63-78.
Hoofdstuk V: Rome Les 4: Veroveringen en Caesar
Evangeliënkring Sliedrecht
Cisca Hoogendijk, Papyrologisch Instituut
Hoofdstuk V: Rome Les 2 - par 1B Het bestuur
Hoofdstuk V: Rome Les 5: Keizer Augustus
ONTSPAN , LUISTER EN LEES
Geschiedenis Mevr. Liefting
Geschiedenis Proefwerk oefenen.
Mare nostrum ’onze zee’
H2 De tijd van Grieken en Romeinen
Wat moet je weten aan het einde van de les?
Docent: Hans Bruning.
Tijd van jagers en boeren
POLITIEK BIJ DE GRIEKEN EN ROMEINEN
De Oudheid Grieken en Romeinen in de context van de wereldgeschiedenis Hoorcollege propedeuse semester I blok II F.G. Naerebout.
De Oudheid Grieken en Romeinen in de context van de wereldgeschiedenis Hoorcollege propedeuse semester I blok II F.G. Naerebout.
Docent: Hans Bruning. Jezus / Isa  Vier evangeliën geschreven door 4 evangelisten  De Zoon van God  Gekruisigd  Aan Gods rechterhand  Vorstelijk.
H2.1 De Griekse Democratie
H2.2 Het Romeinse Rijk Grieken en Romeinen.
De cultuur van het rijk 4.3 De tijd van de Grieken en de Romeinen.
Hoofdstuk 4 De Romeinen.
Samenvatting 4.5 Opkomst steden en staten
De verbreiding van de islam
Tijd van Grieken en Romeinen v.Chr. – 500 na Chr.
Tijdvak 2 De tijd van Grieken en Romeinen
Hoofdstuk 4 De Romeinen.
4.1 van stad tot wereldrijk
Kenmerk 16 De expansie van de christelijke wereld naar buiten toe, onder andere in de vorm van de Kruistochten Les 32: Het Grote Schisma van 1054.
Blok 2 Grieken en Romeinen
Kenmerk 3 Het Ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen / samenlevingen Les 6: Het Ontstaan.
Kenmerk 5: De groei van het Romeinse imperium, waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Les 13: Octavianus a.k.a. Augustus.
DE GROEI VAN HET ROMEINSE RIJK
§2.3 De opkomst van het christendom
Romulus sticht Rome in 754 v. Chr.
Transcript van de presentatie:

Brief van keizer Claudius aan de Alexandrijnen P. Lond. VI 1912 Brief van keizer Claudius aan de Alexandrijnen

Bronnen over Claudius Tacitus, Annales Suetonius, Claudius Cassius Dio Seneca Inscripties en papyri

Claudius in bronnen Geboren 10 voor Chr. Als kind vaak ziek Moeite met lopen en spreken (Suetonius) Geïnteresseerd in wetenschap, met name geschiedenis Behoorde tot ridderstand 37 (Caligula) Senator 41 Keizer (steunde op leger en ontwikkelde vrijgelatenen, t.o. senaat) 54 vergiftigd

Aanloop tot de “Joodse kwestie” in de brief van Keizer Claudius:

Begin Joodse emigratie: Babylonische ballingschap 586-538 v.Chr. Tigris Eufraat Eerst wat voorgeschiedenis: 586 voor Chr.: Nebukadnezar verovert Jeruzalem > Babylonische ballingschap: begin Joodse diaspora In die tijd al langer strijd tusse babylonië en Egypte om Palestina / Syrië

Joodse emigratie naar Egypte 5de eeuw v.Chr.: Elephantine (Aramese papyri) Ptolemaeus I verovert Palestina; Joodse krijgsgevangenen naar Egypte Ptolemaeus VI: gevluchte hogepriester Jeruzalem als lijfwacht Goede band Joden met koningshuis Steeds meer Joden uit armer Syrië naar rijker Egypte Joodse militaire nederzetting op Elephantine. De Aramese papyri staan in het boek van Porten met alle Elephantine papyri (Instituut) Ptolemaeus I verovert Palestina 3x op Seleuciden, veel Joodse krijgsgevangenen naar Egypte

Joden in Elephantine en Alexandrië

Joden in Egypte: laatste drie eeuwen v.Chr. Hellenisering Privileges Alexandrië: Joods politeuma, maar geen Alexandrijns burgerschap Verschil tussen Joden in Alexandrië en chora - Hellenisering van Joden vond in de hele hellenistische wereld plaats, dus ook in Palestina. Zo was er bijvoorbeeld een gymnasium in Jeruzalem. Waarin uit zich die hellenisering: - vertaling OT in het Grieks = Septuagint (LXX, onder Ptol. II) - vergrieksing persoonsnamen, - aannemen Grieks recht en Griekse taal - Joden hebben privileges voor uitoefening van hun eigen godsdienst en gebruiken - Politeuma: de ekklesia regelde het religieus en burgerlijk leven van de gemeenschap (met eigen rechtspraak). Ze hadden ook een eigen ethnarch, en eigen gerousia. Joden haddden officieel geen Alexabdrijns burgerschap, al waren daarop wel individuele uitzonderingen. Hierdoor bestonden spanningen in met name Alexandrië: 1) dat was een Griekse stad, en die is een heidense religieuze gemeenschap; 2) rijkdom van veel Alexandrijnse Joden wekte jaloezie op - Verschil tussen rijke, Joden in Alexandrië: meer gehelleniseerd, en armere Joden in Alexandrië en chora :meer Joods-denkend.

Joden in Egypte: begin Romeinse tijd Octavianus gesteund door Joden Invoering laographia: Joden betalen, Alexandrijnse burgers niet Tiberius volgt politiek Augustus Caligula wil goddelijke verering: protest Joden Nu komen we op de gebeurtenissen die de aanloop vormden op de Claudius-brief. Octavianus = Augustus (30 voor - 14 na Chr,) verovert Egypte met steun Joden (handhaaft hun privileges) Bij Invoering laographia: Joden betalen, Alexandrijnse burgers niet (dus willen Joden nu helemaal graag officieel Alexandrijns burger worden). Tiberius (14-37) volgt de politiek van Augustus. Maar: Caligula (37-41) eist voor zichzelf goddelijke verering als hellenistisch vorst - past niet in Joodse religie.

“De Joodse kwestie” 38 na Chr.: bezoek Joodse koning Agrippa Scherts-tegenoptocht door anti-semitische Alexandrijnen Prefect kiest kant van Alexandrijnen: Joden in getto gedreven 38 na Chr., ten tijde van regering Caligula. Tegenoptocht met dorpsgek als koning; Alexandrijnen eisen dat er beelden van de god-keizer in de synagogen worden geplaatst Haast een pogrom: de Joden worden gedwongen binnen hun wijk (Wijk “Delta” ) te even (ze woonden daar altijd al een beetje bij elkaar).

Alexandrië Wijk “Delta”

Gezantschappen (beschreven door Philo en Josephus) Joods gezantschap (o.l.v. Philo) naar Caligula Tegen-gezantschap Alexandrijnen Joodse gehelleniseerde bovenlaag zendt gezantschap naar keizer Caligula in Rome (o.l.v. Philo). Die worden vermeld in de geschriften van Philo en Josephus. PHILO “Judaeus” (c. 30 voor - 45 na Chr.) Grieks-Joodse geschiedschrijver Lid hoogggeplaatste familie in Alexandrië JOSEPHUS ( geboeren c. 37/8 na Chr.) Joodse geschiedschrijver Joods leider ten tijde van een opstand in de tijd van Nero Ook legerleider in galilea geweest, gevangen genomen door de Romeinen Raakte bevriend met (keizers) Titus en Vespasianus, bracht de rest van zijn leven in Rome door. PHILO dus lid van het gezantschap naar caligula, o.m.protest tegen opleggen keizerverering aan Joden. Alexandrijnen zenden tegen-gezantschap Beide gezantschappen in Rome slecht ontvangen.

Geweld in Alexandrië Nationalistische Joden verzamelen wapens en manschappen > onlusten januari 41: Caligula vermoord > Claudius Na troonswisseling vallen Alexandrijnse Joden de Alexandrijnse Grieken aan, Romeinse troepen maken einde aan geweld Nationalistische Joden verzamelen wapens en manschappen > geweld op straat. Steeds meer Joden kwamen uit Palestina (sterk anti-Romeins) naar Alexandrië. Joods gezantschap in Rome dus slecht ontvangen, tegengezantschap ook. En voor Caligula uitspraak kon doen, werd hij vermoord; moesten gezantschappen onderrichterzake terugkeren. januari 41: Caligula vermoord >opgevolgd door Claudius Na troonswisseling vallen Alexandrijnse Joden de Alexandrijnse Grieken aan, Romeinse troepen maken einde aan geweld.

Nogmaals gezantschappen Alexandrijnen sturen gezantschap om Claudius geluk te wensen en optreden tegen Joden te verzoeken Joden zenden hun eigen gezantschap Claudius antwoordt met deze brief: Papyrus Lond. 6. 1912 = The New Papyrological Primer 16

P.Lond. 1912, onderkant kolom V Onderkant van de laatste = vijfde kolom

Schreef Claudius de brief zelf? Hield zich bezig met details van rijksbestuur Brief aan een der belangrijkste steden rijk Ging om belangrijke zaken: - goddelijke eerbewijzen - verzoek Alexandrijnen om senaat - vijandschap Grieken-Joden Dus: Claudius verantwoordelijk voor inhoud brief Administratie rechtspraak, als censor (invoering nieuwe letters in het alfabet)

Karakteristieke trekjes r. 25f. herinnering aan Germanicus r. 29: persoonlijke noot bij accepteren eerbewijzen (“hoewel ik niet inschikkelijk sta tegenover zulke dingen”) Toon van aansporingen aan Alexandrijnen en Joden (boosheid; besmettelijke ziekte)

P. Lond. 1912 Eerste grote administratieve beproeving: Geen spoor van zwakheid van geest Houding diplomatiek Beslissingen redelijk en goed gefundeerd