Het VV Cephei dubbelstersysteem Eclipscampagne 2017/2019

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
2 Materie in 3 toestanden: vaste stof, vloeistof en gas
Advertisements

Periode 2: LICHT EN GELUID
Noorderlicht Door: Vera, Eva en Lucy.
De zon.
2.3 Kaart van het heelal, of waar komt de kosmische straling vandaan?
Radial Velocity Planets
Mira - Grimbergen, VVS – Werkgroep Veranderlijke Sterren - Patrick Wils Flare Stars.
1|20 Wat gebeurt er in N157B? Door: Jeroen Röhner.
Randstad Werkmonitor state of mind arbeidsmarkt (werknemer perspectief) juli – augustus 2007 B
Ons Melkwegstelsel.
Elektrische en magnetische velden H16 Newton 5HAVO Na2
Is cosmology a solved problem?. Bepaling van Ω DM met behulp van rotatie krommen.
Sterren Elzemieke Jongkoen & Annelot Kosman.
J.W. van Holten Metius, Structuur en evolutie van de kosmos.
Elektromagnetische inductie
FOD Volksgezondheid, Veiligheid vd Voedselketen en Leefmilieu Directoraat-General Leefmilieu 1 Selectie Potentiële Habitatrichtlijngebieden in BNZ  De.
Niet-rechtlijnige beweging Vr.1
Gegevensverwerving en verwerking
Large-scale structure
De dood van sterren Paul Groot Afdeling Sterrenkunde, IMAPP
Nijmegen Area High School Array
Het Relativistische Heelal prof.dr. Paul Groot Afdeling Sterrenkunde, IMAPP Radboud Universiteit Nijmegen.
Licht van de sterren Paul Groot Afdeling Sterrenkunde, IMAPP Radboud Universiteit Nijmegen
Kosmische Stralen Boodschappers uit het Heelal Ad M. van den Berg Kernfysisch Versneller Instituut Rijksuniversiteit Groningen
Gijs Verdoes Kleijn Kapteyn Instituut Universiteit Groningen
Ontstaan van het heelal
Vermenigvuldigen met 10 ..
Spinrag in het Heelal Door Joris Voorn The spiderweb galaxy: a forming massive cluster galaxy at z ≈ 2 (Miley et al. 2006)
Het DI Herculis Mysterie Naar het artikel: ‘Misaligned spin and orbital axes cause the anomalous precession of DI Herculis’ Simon Albrecht, Sabine Reffert,
De Dubbele dans der Sterren
GfK PS Retail NLGfK Supermarktkengetallen augustus 2014 GfK Supermarktkengetallen Antwoord op deze vragen vindt u op: bij “GfK Publicaties”
Deeltjestheorie en straling
Door : Lucas Van Der Haven
Samenvatting H 8 Materie
Newton klas 4H H3 Lichtbeelden.
Solar Influences Data analysis Center / Royal Observatory Belgium Waarom zonnetelescopen boven op een toren plaatsen? Wat is deze vreemde structuur?
4) De Relatie Zon - Aarde De Zon heeft een continue en sterk variabele invloed op onze planeet, de Aarde. Deze invloed gebeurt via 3 kanalen: electromagnetisch.
Ontstaan En Levensloop Van Sterren
A high stellar velocity dispersion for a compact massive galaxy at redshift z = Joris Hanse
De zon.
DAG De tijd die de aarde erover doet om één volledige beweging om zijn as te maken. Dit is 23 uur en 56 minuten óf De tijd die ligt tussen twee opeenvolgende.
Gemaakt door Juan en Hero
van MICRO tot MACRO cosmos
Samenvatting CONCEPT.
Samenvatting.
Samenvatting CONCEPT.
2 Het ongrijpbare neutrino Piet Mulders Vrije Universiteit Amsterdam
Workshop C verhouding van inhoud, lengte en oppervlakte &
1 VWO Hoofdstuk 2 Klimaat § 2-5
Sterrenkunde Klas 7. NaamSymbool Astrologisch teken Zon in teken vanaf ca. Astronomisch sterrenbeeld Zon in sterrenbeeld volgens IAU.
Straling van Sterren Hoofdstuk 3 Stevin deel 3.
Het atoommodel van Rutherford-Bohr (1913)
Het Klimaat: Temperatuur, Luchtdruk, Wind en Neerslag
Mark Bentum Het leven van een ster Slide 1 Het Leven van een Ster.
Kosmologie Het is maar hoe je het bekijkt... Marcel Haas, Winterkamp 2006.
Het heelal Door Pascal Masson.
Thema Zonnestelsel - Heelal
Thema Zonnestelsel & Heelal Paragraaf 3 Sterren en materie
Het HADS-Project en andere (mogelijke) waarnemingsprojecten
Natuurkunde Overal Hoofdstuk 11: Bouw van ons zonnestelsel.
Thema Zonnestelsel & Heelal
HC-7i Exo-planeten “Wat houdt ons tegen om te geloven dat, net als onze zon, elke ster omringd is door planeten?” – Chr. Huygens, 1698 CE.
Geert Hoogeveen Werken Met AVE Geert Hoogeveen
Paragraaf 3. Temperatuurverschillen op aarde Een deken over de aarde
§11.3: Spectraalanalyse In de wereld om ons heen treffen we twee soorten objecten aan: straling materie Straling is opgebouwd uit stralingsdeeltjes: fotonen.
Analyse van waarnemingen
VVS Werkgroep Veranderlijke Sterren - Patrick Wils
HOOFDSTUK 6 ZONNESTELSEL
MAANECLIPS 21 januari 2019.
Equivalentie principe van Einstein m.b.t. gravitatie
Transcript van de presentatie:

Het VV Cephei dubbelstersysteem Eclipscampagne 2017/2019 Spectroscopie Dag Tivoli Observatorium 18. Nov. 2017 Ernst Pollmann International Working Group Active Spectroscopy in Astronomy http://astrospectroscopy.de Nederlandstalige versie: Marc Trypsteen

Eén van de best gekende en grootste sterren binnenin een donkere interstellaire stofwolk in het sterrenbeeld Cepheus, is de buitengewone variabele dubbelster VV Cephei met visuele magnitude 4.9 3 VV Cephei V=4.9 mag Indien het licht van VV Cephei niet zou gedimd worden door stofwolken zou de visuele magnitude 2.91 zijn ! 1 1 2

VV Cep is een eclipserende dubbelster die bestaat uit een M2 Iab type superreus als hoofdster en een hetere, waarschijnlijk een vroeg B-type hoofdreeksster als begeleider De hete B begeleider met een straal van ongeveer 13x die van de Zon, draait rond de M2 Superreus op een gemiddelde afstand van 19-20 AE en dat over een periode van 20.4 jaar. De omloop is getypeerd door een ec-centriciteit e = 0.34-0.35 en een inclinatie van 76-77° met het ongewone gegeven dat deze omgeven is door een uitgestrekte waterstof wolk. 2

VV Cep is een buitengewoon en unieke soort eclipserend sterrensysteem met een massauitwisseling tussen de componenten tijdens het periastron, waarbij een sterk uitgedeinde heldere M2 superreus met een uitgestrekte atmosfeer omcirkeld wordt door een veel zwakkere hete blauwwitte hoofd-reeksster van spectrale klasse B0Ve… … die reeds haar thermonucleaire waterstoffusie naar helium heeft ingezet. Deze krachten veroorzaken getijdestoringen bij de beduidend grotere, maar minder compacte primaire ster. 3

Volgens Peery (1965) bedraagt de afmeting van de schijf rond de B ster minder dan 1/18 van de fotosfeerdiameter van de M ster. Hutchings & Wright toonden in 1971 aan dat deze schijf niet sferisch symmetrisch is, maar naar de evenaar toe een dichtere pakking vertoont, te vergelijken met normale Be ster. Dit lijkt zeer aannemelijk rekening houdend met de op-merkelijke gasstroom in het systeem. 4 4

De omloopbaan van VV Cephei zoals gezien aan de hemel De posities van de begeleider op het ogenblik van de 21 STIS waarnemingen zijn telkens aangeduid (IAU poster 2015 Bennett & Bauer) 5

M2 Iab Superreus 20 Zonnemassa‘s 1000-1800 Zonneradii Beide sterren, de M superreus en de B ster, bieden uitstekende gelegenheden om hun buitenste schillen of atmosferen te observeren en te bestuderen, zowel tijdens als buiten de eclipsperioden. De Primaire Eclips vindt plaats wanneer de kleinere en hetere blauwe B Ster+ Gas schijf achter de grotere en koelere rode M Ster heen beweegt. M2 Iab Superreus 20 Zonnemassa‘s 1000-1800 Zonneradii Eclips Tijdslijn T1- 04 Augustus 2017 (vooravond) T2- 27 Oktober 2017 (vooravond) T0- 01 Juni 2018 (vooravond) T3- 06 Februari 2019 (vooravond) T4- 16 Mei 2019 (vooravond) semi-transparante zone 6

Jeffrey L. Hopkins Hopkins Phoenix Observatory Phoenix, Arizona USA In 2015 werd een Fotometrische en Spectroscopische campagne opgezet door Jeff Hopkins, Phil Bennett en mezelf voor observatie van de eerstvolgende eclips, die begint in Augustus 2017 en ongeveer 650 dagen zal duren. Jeffrey L. Hopkins Hopkins Phoenix Observatory Phoenix, Arizona USA († 2015/07/28) Philip D. Bennett Department of Astronomy and Physics Saint Mary’s University Halifax, Canada Ernst Pollmann Working group Active Spectroscopy in Astronomy Leverkusen, Germany 7

Spectroscopische observaties leveren, naast fotometrische gegevens, bij-komende informatie over de duur en het middelpunt van de eclips.  Dit laat ons toe de schijfachtige roterende schil van de hete begeleider te observeren in dezelfde richting als die van de omloopbaan. 11

Hα in het spectrum van VV Cep verschijnt normaal als een emissielijn met dubbele piek, gekenmerkt door een blauw- (V) en rood- (R) verschoven component. Bij het begin van de eclips, wordt de kant van de schijf, die in onze richting beweegt en daarmee de blauw-(V) verschoven component van de emissielijnen uitzendt, het eerst bedekt. Tijdens de totaliteit worden beide emissiecomponenten onderdrukt,terwijl geduren-de de uittrede de blauwe emissiekant van de schijf het eerst verschijnt van achter de superreus. M-Ster B-Ster V-Piek Hα Profile R-Piek Hoge Resolutie Hα Spectroscopie 12

De V en R componenten, waarin de emissielijn van het VV Cep spectrum is opgedeeld, kunnen in verband gebracht worden met de straling van de gasschijf rond de B ster. Door rotatie in tegenwijzerzin rond de centrale ster, ten opzichte van de kijkrichting van de waarnemer, ont-staat een blauwverschuiving bij be-weging naar de waarnemer toe (V-component)en een rood-verschuiving bij het zich verwijderen van de waarnemer. (R-component) Het opvolgen van variaties in de intensiteit van de V en R emissie-pieken (de zogenaamde V/R verhouding) over een langere termijn levert belangrijke informatie op over de pieksterkte als maat voor de massa en/of de dichtheid van het gas in de schijf. De pieksterkte wordt hierbij uitgedrukt als equivalente breedte EW van de emissie. Verder levert het ook informatie over de bewegingsrichting van de overeen-komstige gaszone in de schijf. M-Ster B-Ster V-Piek Hα Profile R-Piek Hoge Resolutie Hα Spectroscopie 13

Spectroscopische Campagne: Doelstellingen voor de Hoge resolutie Een LHires III spectrograaf (of gelijkwaardig) met een 2400 L/mm rooster wordt aanbevolen voor het hoge resolutie spectroscopisch werk met als doel de eigenschappen van de schijf te bestuderen. Hα equivalente breedte (EW) Hα lijnprofieldynamiek (V/R verhouding) 14

Monitoring van de Hα-EW vanaf 1996 tot heden De Hα emissie is de enige aanwijzing voor de aanwezigheid van de schijf. De eclips van de emitterende Be sterrenschijf door de M superreus begon in Maart 1997 (JD 2450511) en eindigde 673 dagen later. Eclips 1997-99 De periode tussen het begin van het 1ste - tot het 2de contact duurde 128 dagen, tussen het 3de - tot het 4de contact 171 dagen. De periode van volle eclips was 373 d. Het volledige gebeuren bestreek een tijdspanne van ongeveer 1000 dagen. 15 13

EW Fluctuatie buiten de eclipsperiode hoe hoger de EW en omgekeerd De Hα emissie varieert over korte en langere tijdsschalen. De trage variabiliteit ontstaat in correlatie met de onderlinge afstanden tussen de twee sterren, waarbij een grotere emissieflux optreedt wanneer de begeleider zich in de nabijheid van het periastron bevindt. De korte tijdschaal wordt veroorzaakt door onregelmatig variërende massa accretie van de M super-reus naar de accretieschijf zoals beschreven door Wright (1977) en Stencel et al. (1993) en door fotometrische varia-biliteit Vmag van het continuum onder de Hα emissie. Hoe zwakker de Vmag, hoe hoger de EW en omgekeerd Dit is te zien op de onderste figuur Periastron Hoe zwakker de Vmag, hoe hoger de EW en omgekeerd 16 14

en de bewegingsrichting van de overeenkomstige gas-zone in de schijf. Lange termijn monitoring van de intensiteitsvariaties van de V en R emissiepieken (de zogenaamde V/R verhouding) levert belangrijke informatie op over: De pieksterkte als maat voor de massa en/of de gas-dichtheid in de schijf, uitge-drukt als equivalente breedte EW van de emissie. en de bewegingsrichting van de overeenkomstige gas-zone in de schijf. M-Star B-Star V-Peak Hα Profile R-Peak High Resolution Hα Spectroscopy 17

De gasatomen in de schijf bewegen rond de centrale ster in benaderende banen, overeenkomstig de 3de wet van Kepler. De omloopsnelheid K neemt af met toenemende straal r van de schijf, waardoor we kunnen uitgaan van een differentiële rotatie van de schijf. υK(r) = υ0(r/r*) -0.5 Bij het zijaanzicht a.h.w. doorheen de schijf (i = 90 °), verschijnt het lijnprofiel met een dubbele piek en de waargenomen verbreding ontstaat door zelfabsorptie in de gezichtslijn. 18

De hoogte van de V-piek is een maat voor het aantal atomen van het element dat naar ons toe beweegt (blauwverschuiving); de hoogte van de R piek is een maat voor het aantal atomen van het element dat zich van ons verwijdert. (roodverschuiving) De verhouding V / R van deze twee pieken geeft informatie over de asymmetrie van de deeltjesdistributie in de roterende schijf. 19

De lange termijn Hα-V/R monitoring sinds 1956 tot nu April 1956 Sedert April 1956 werden tijdens de observaties indruk-wekkende veranderingen vastgesteld in de V/R verhouding De data bevestigen duidelijk de tijdsevolutie van de V/R verhouding. De V/R variatie vraagt een meer gedetailleerde evaluatie van haar cyclisch karakter 20

Periodieke Variabiliteit van de Hα V/R verhouding De bovenste figuur toont een PDM periode analyse van de volledige V/R data set, met als dominante periode 3916 dagen. In de onderste figuur is het fasediagram van de 3916 d periode afgebeeld. Het lijkt erop dat dit overeen-stemt met de helft van de om-loopperiode, ongeveer 7450 d. Een mogelijke verklaring voor dit verloop zou een getijden- werking kunnen zijn, uit-geoefend door de M superreus op de schijf van de B ster ge-durende elk periastron. Disciminante factor PDM Power Spectrum Periode = 3916 d (±42) T0 = 2435135 (±186) Hα V/R verhouding Phase 19

Korte termijn variabiliteit van de Hα V/R verhouding ARAS-groep V/R tijdserie sinds April 2017 Deze variabiliteit was tot op heden onbekend Om een periodieke data-analyse mogelijk te maken wordt de lange termijn component van de eclips afgetrokken van de tijdserie. 22

Korte termijn variabiliteit van V/R Periode = 42.3 d PDM Periodieke analyse levert een zeer duidelijke en overheersende periode op van 42.3 dagen OORZAKEN ? Precessie van de rotatie-as van de schijf ? Fasediagram 23

OPEN VRAAG Het lijkt hoogst onwaarschijnlijk dat pulsaties van de M ster regelmatige dichtheidsvariaties zouden veroorzaken in de buitenste atmosfeer van de ster, die de 42 daagse V/R periode van de gedeeltelijk geëclipseerde schijf kunnen verklaren. Echter, schommelende oscillaties van de schijf, veroorzaakt door precessie van de rotatie-as, zoals ondervonden is bij decretieschijven van Be sterren (Martin et al., 2011; Schaefer et al., 2010), kunnen een aannemelijke verklaring vormen voor de periodieke V/R variatie. De oorzaken van de precessies zijn niet duidelijk, maar Hummel (1998) suggested dat ze mogelijks geïnduceerd worden door getijdenwerking binnen het dubbelstersysteem. De duidelijk gedetecteerde periode van “slechts" ongeveer 42 dagen kan betekenen dat de massa en/of de diameter van de accretieschijf “overeenkomstig klein” zou moeten zijn. 24

Vergelijking met de schijf van de Be dubbelster ζ Tau H2-Schijf Centrale ster 25

Precessie van de rotatie-as van de schijf veroorzaakt variaties van de centrale absorptie CA Een 440-dagen precessieperiode van de rotatie-as van de schijf werd ontdekt in ζ Tau (Pollmann, 2017, IBVS No. 6208) tijdens een periode van schijfmassaminimum. 26

~ 1.2*10^-10 massa van de primaire ster ARAS Hα-CA observaties, toevallig en simultaan met onderzoeken van Tycner & Sigut (2015) tijdens het schijfminimum: ~ 1.2*10^-10 massa van de primaire ster Aangezien de massa van de primaire ster = 11.3 SM (Carciofi et al. 2009), was de massa van de schijf in ζ Tau 11.3 SM * 1.2 *10^-10 = 1.356*10^-9 SM CA observaties 27

440 dagen precessieperiode Periode = 440 d 440 dagen precessieperiode schijfmassa 1.356*10^-9 SM Periode = 440 d 29

Over het algemeen is de precessie van schijf van Be sterren evenredig met hun massa en diameter (Martin et al. 2011). De precessieperiode van de accretieschijf in VV Cep, met de 42 dagen, is één tiende van de precessieperiode van de schijf in ζ Tau (440 d). Aangezien de massa van de B ster in VV Cep (18.6 SM; Bennett et al. 2004) ongeveer van dezelfde orde is als de massa van de Be ster ζ Tau … … kunnen we dan zeggen dat de massa van de VV Cep accretieschijf dan ook één tiende is van de schijfmassa in ζ Tau = 1.356 *10^-10 SM ? 30

…klaar voor de observaties?