Huisvesting Les 1.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Indeling van het dierenrijk.
Advertisements

HET RIJK VAN DE DIEREN.
Dieren Door ELIAS EN CASPER.
Ordening samenvatting.
Kennis maken met biologie
Bacteriën Schimmels Planten Dieren
Presentatie over: Konijnen
Bacteriën Schimmels Planten Dieren
Indeling van het dierenrijk
Hallo allemaal dit is de power point
Allemaal beestjes Wereldoriëntatie les 1.
Examentraining Biologie
Lief,schattig. Geliefd bij de mens
Ordening.
Ordening: Indeling in de 4 rijken
Ordening: Indeling in de 4 rijken
Dieren met een wervelkolom
Indeling van het dierenrijk
Orde scheppen in een verscheidenheid aan soorten
Ordening: Indeling in de 4 rijken
Thema 5: Erfelijkheid en evolutie
Thema 1. Vier rijken vergelijken
Dieren, gedrag en leefomgeving
Dieren, gedrag en leefomgeving
Thema 5: Evolutie (en ordening) = biodiversiteit B
13.3 Soorten veranderen Evolutie.
Ordening: Indeling in de 4 rijken
Thema 1: Ordening Boek: biologie voor jou Vwo B2 deel 1
Leskaart indelen van organismen
1B thema 4: ordening.
Geleedpotigen en gewervelden
ORDENING. celwand rijk van bacteriën rijk van de schimmels rijk van de planten rijk van de dieren celwand celkern bladgroen celwand celkern Celkern.
Bacteriën Schimmels Planten Dieren
PP Thema 2 ZW klas 3. §1 Organismen ordenen Een organisme is een levend wezen. Ordenen is organismen in groepen indelen. Je doet dit door naar de kenmerken.
Voeren en Verzorgen Blok 1 Les 1.
Klas DD31 en DD41 MBO Doetinchem
Planten Dieren Bacteriën Schimmels
Thema 4: Ordening Het dierenrijk (1).
Thema 4 Ordening.
1HA2 Ordening.
Gedrag, gedragsleer - ethologie
Gewervelde dieren.
Gedrag Aangeboren en aangeleerd Natuurlijk en in gevangenschap
Blokboek - Natuur 7 Les 1 - Zoogdieren.
Blokboek - Natuur 7 Les 2 - Roofdieren.
Huisvesting en Hygiëne
Huisvesting en Hygiëne
Huisvesting en Hygiëne
Bacteriën Schimmels Planten Dieren
Voeren en verzorgen Periode 3
Erfelijkheid en evolutie
Thema 5: : Evolutie (en ordening) ook wel biodiversiteit genoemd B
Ordening Hoofdstuk 4.
Indeling van het dierenrijk
Bouw van gewervelde dieren
Voeren en verzorgen Periode 1 – Taxonomie, rasgroepen en rassen
Ordening Hoofdstuk 4.
Woordenkist Dieren Deel 3.
Vandaag Les 6: Dieren Wat Tijd Start 5 Schimmelbrood : opdracht
Hoofdstuk 6. Afwijkend gedrag
Les 3 Gezondheid en gedrag.
Transcript van de presentatie:

Huisvesting Les 1

Leefomgeving Wat is leefomgeving? Wat is een optimale leefomgeving? Wat willen wij voor onze dieren? De aard van het beestje

De basis We moeten de basis van de dieren kennen Waar komt het dier vandaan? En wat was zijn leefomgeving? Zoals: Een konijn werpt in de natuur zijn jongen in een hol. Daarom moet je een hoogdrachtige voedster een werpkist ter beschikking stellen, of materiaal waarmee ze zelf een hol kan maken. Een parkiet behoort tot de papagaai-achtigen en klimt met behulp zijn bek, onder andere ook verticaal langs de wanden van zijn kooi. Die kooi moet dus uit horizontale spijlen bestaan voor houvast.

Opdracht Maak met onderstaande woorden een of meer korte zinnen waarbij je, zoals in voorgaande voorbeelden, een verband aangeeft tussen de aard van het dier en de verzorging. Werk in tweetallen. hond - roedel - rangorde - baas kat - solitair - territorium - krabpaal schaap - vluchtdier - jongen die direct kunnen volgen - ooi- lambinding - kraamhokje hond - werpkist - blind en doof geboren jongen

Het dierenrijk Rangschikking volgens overeenkomsten in eigenschappen Die wetenschap heet: Taxonomie Binominale systeem: het systeem van dubbele namen Ingedeeld op grond van overeenkomsten in bouw en gedrag Dan ontstaan groepen dieren (families) die ongeveer dezelfde verzorging nodig hebben Opdeling in bijv. zoogdieren en reptielen Zoogdieren deel je dan weer op in bijv roofdieren, die je verder kunt splitsen in landroofdieren en uiteindelijk kom je dan bij de hondachtigen Hondachtigen zijn: beren, marterachtigen en honden Honden zijn: vossen, wolven, echte honden Echte honden zijn dan weer verdeeld in wilde honden en huishonden

Taxonomie Ierse rat

Soort Wanneer is een dier een soort? Onderafdeling van geslacht Alle individuen die bij een vrije partnerkeuze een natuurlijke voorplantingsgemeenschap vormen en vruchtbare nakomelingen voortbrengen Er is dus een belangrijke voorwaarde om tot een soort te behoren, namelijk kunnen paren en vruchtbare nakomelingen voortbrengen Er moet daarbij sprake zijn van een vrije partnerkeuze, er mag niet ingegrepen worden door de mens.

Opdracht Probeer samen met je buurman of buurvrouw een uitleg te geven over de onderstaande woorden. Wat bedoelen we met: Leefomgeving: Natuurlijk gedrag: Comfortgedrag: Dier welzijn: Klimaat:

Uitleg begrippen Bij natuurlijk gedrag heb je te maken met: Leefomgeving: levenswijze, bepaald door omgevingsfactoren Natuurlijk gedrag: Alles wat het dier doet in zijn natuurlijke leefomgeving Bij natuurlijk gedrag heb je te maken met: Sociaal gedrag, groepsgrootte en samenlevingsvorm; Eetgedrag; Vluchtgedrag; Voortplantingsgedrag; Overig gedrag: comfortgedrag en exploratiegedrag. Comfortgedrag: is gedrag dat het dier vertoont om zijn welzijn te vergroten, om zich prettig te voelen dus (bijv: zandbad nemen, krabben)

Uitleg begrippen Dier welzijn: het welbevinden van het dier Als een dier weinig moeite hoeft te doen om zich aan te passen aan zijn levensomstandigheden en natuurlijk gedrag kan vertonen, is het welzijn goed. Klimaat: temperatuur, luchtvochtigheid, licht

Taxonomie hond Rijk: bacteriën, schimmels, planten en dieren Afdeling: Eencellige dieren, sponzen, holtedieren, wormen, weekdieren, geleedpotigen, stekelhuidigen, gewervelden Klassen: Vissen, amfibiën, reptielen, vogels, zoogdieren Orden: zoogdieren zijn warmbloedig, hebben longen, zijn levendbarend, en hebben een huid bedekt met haren. Onder te verdelen in 5000 soorten. Bijv: roofdieren Families: roofdieren bestaan uit 15 families. Wij kiezen hondachtigen Geslacht: canis (hond) Soort: huishond (canis familiaris)

Taxonomie kat Rijk: bacteriën, schimmels, planten en dieren Afdeling: Eencellige dieren, sponzen, holtedieren, wormen, weekdieren, geleedpotigen, stekelhuidigen, gewervelden Klassen: Vissen, amfibiën, reptielen, vogels, zoogdieren Orden: zoogdieren zijn warmbloedig, hebben longen, zijn levendbarend, en hebben een huid bedekt met haren. Onder te verdelen in 5000 soorten. Bijv: roofdieren Families: roofdieren bestaan uit 15 families. Wij kiezen katachtigen Geslachten: panters, lynxen, poema’s, katten Soorten: huiskat, wilde kat

Dierenwelzijn Wat was dat ook alweer? Dier welzijn: het welbevinden van het dier Als een dier weinig moeite hoeft te doen om zich aan te passen aan zijn levensomstandigheden en natuurlijk gedrag kan vertonen, is het welzijn goed. Dierenwelzijn en huisvesting

Dierenwelzijn en huisvesting

Opdracht Je gaat nu een opdracht maken die te maken heeft met de verrijking van de hond of de kat Deze week en volgende week mag je hier aan werken. Lees eerst de opdracht goed door. Omgevingsverrijking

Wat is de opdracht Sociale verrijking Stuk verrijkingsmateriaal Voerverrijking Twee mogen bestaand zijn. Eén ontwerp je zelf. Zoek foto’s van de bestaande verrijkingen. Maak voor de verrijking die je zelf bedenkt een ontwerptekening en/of een model (je mag het dus echt maken!)

Opdracht Vergelijk de drie verrijkingen met elkaar: Van welke verwacht je het grootste effect op het dierenwelzijn? Welke kun je het beste in de praktijk toepassen? Presenteer de verrijkingen voor de klas. Toon foto’s en laat je eigen ontwerp zien. Vertel hoe je het gebruikt en wat voor effect het heeft.