Bewerkingen 5de leerjaar.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
WACHT MENEER VAN DALEN NOG STEEDS OP ANTWOORD ?
Advertisements

Eigenschappen van het vermenigvuldigen van gehele getallen
Niveau 1F Paraat hebben: (selectie) Omzetten van eenvoudige breuken in decimale getallen. Optellen en aftrekken van veel voorkomende gelijknamige en ongelijknamige.
Hoofdstuk 1: Reële getallen
Presentatie vergelijkingen oplossen Deel 2
Vergelijkingen oplossen.
2.1 Rekenen K. van Dorssen.
Hoofdstuk 9 havo KWADRATEN EN LETTERS
Presentatie vergelijkingen oplossen.
GELIJKNAMIGE BREUKEN les 31.
Bewerkingen met breuken Les 37.
Breuken.
Toveren met kommagetallen
Stichting Onderwijs der EBGS MTD Workshop 2015
Gecijferdheid les 1.4 Grootst gemene deler Kleinst gemene veelvoud
Werk uit.. Methode 1)hou de teller samen door haakjes in te voeren 2)vervang de breukstreep door het deelteken 3)hou ook de noemer samen door haakjes.
verhoudingen – breuken – procenten - kommagetallen
Optellen en aftrekken met breuken. Coopertest Wat? Een uithoudingstest die meet welke afstand je kan lopen in 12 minuten.
verhoudingen – breuken – procenten - kommagetallen
Significante cijfers Wetenschappelijke notatie a • 10b
Rekenvolgorde rekenvaardigheden.
rekenen Basisvaardigheden toegepast rekenen
Inhoud Optellen en aftrekken. Vermenigvuldigen en delen.
Inhoud Breuken (optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen).
Van kommagetal naar breuk
Wiskunde voor Engineering HU / Boswell Bèta 11 augustus.
Significante cijfers Wetenschappelijke notatie
Deze les hoofdrekenen les 1 vervolg
Wat is algebra? Rekenen is het werken met getallen. Er zijn vier hoofdbewerkingen: optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. Verder ken je de bewerkingen.
IMATerials: audiomat  .
Getallenkennis 5de leerjaar.
Cijferen 5de leerjaar.
Wat is het grootste getal
Les 1: Rekenen Zonder rekenmachine
Hoofdrekenen 1.
Les 1: Rekenen zonder rekenmachine
Breuken optellen en aftrekken
Eigenschappen van het optellen van gehele getallen
Eigenschappen van het vermenigvuldigen van gehele getallen en handig rekenen © André Snijers.
Kommagetallen – De basis
Wiskunde Blok 5 les 17.
G8 2 Vergelijkingen met breuken oplossen M A R T X I © André Snijers W
Hoofdstuk 17 Breuken basis. Hoofdstuk 17 Breuken basis.
Gehele getallen optellen en aftrekken
De distributieve eigenschap
Breuken optellen en aftrekken
Info 2 Vereenvoudigen van breuken M A R T X I © André Snijers W K U N
De volgorde van de bewerkingen
De kommagetallen De kommagetallen De kommagetallen © Andre Snijers.
Info 2 Breuken gelijknamig maken M A R T X I © André Snijers W K U N E
M A R T X I W K U N E D S 2 G1 Rekenen met breuken © André Snijers.
Een product en een quotiënt tot een macht verheffen
Voorkennis Wiskunde Les 3 Appendix §A.5 en A.6.
Breuken vermenigvuldigen
Kommagetallen vermenigvuldigen en delen
De rationale getallen De rationale getallen De rationale getallen
De volgorde van bewerkingen
Machten van breuken Machten van breuken Machten van breuken
Info 2 Rationale getallen tot een positieve macht verheffen M A R T X
Bewerkingen met natuurlijke getallen
Handig rekenen met eigenschappen
Soms handig om priemgetallen te gebruiken.
Hoofdrekenen 1.
Hoofdstuk 4 Kommagetallen basis. Hoofdstuk 4 Kommagetallen basis.
Verder rekenen met kommagetallen
Vermenigvuldigen en delen. Toepassen.
Optellen, aftrekken en vereenvoudigen
Eigenschappen van het optellen en het vermenigvuldigen van rationale getallen © André Snijers.
Breuken optellen en aftrekken
Handig rekenen & rekenregels
Transcript van de presentatie:

Bewerkingen 5de leerjaar

vermenigvuldigen / delen optellen / aftrekken Volgorde van bewerkingen haakjes vermenigvuldigen / delen optellen / aftrekken Bv. 5 + 2 x 6 = 5 + 2 x 6 = 5 + 12 = 17 50 – 40 : 10 = 50 – 40 : 10 = 50 – 4 = 46 (5 + 2) x 6 = 7 x 6 = 42 30 x (50 – 40) : 10 = 30 x 10 : 10 = 30. Onthoud de volgorde van de bewerkingen heel goed!

Optellen: handige werkwijzen 234 + 476 = 234 + 400 + 70 + 6 = 634 + 70 + 6 = 704 + 6 = 710 12,64 + 3,6 = 12,64 + 3 + 0,6 = 15,65 + 0,6 = 16,24 Getal splitsen. 162 + 545 + 338 + 455 = (162 + 338) + (545 + 455) = 500 + 1 000 = 1 500 3,64 + 12,45 + 170,36 + 12,55 = (3,64 + 170,36) + (12,45 + 12,55) = 199 Van plaats wisselen en haakjes gebruiken. 365 + 197 = 365 + 200 – 3 = 565 – 3 = 562 276,34 + 8,89 = 276,34 + 10 – 1,11 = 285,23 Aanvullen en het teveel terug aftrekken.

Aftrekken: handige werkwijzen 735 – 216 = 735 – 200 – 10 – 6 = 535 – 10 – 6 = 525 – 6 = 529 15,87 – 4,25 = 15,87 – 4 – 0,2 – 0,05 = 11,67 – 0,05 = 11,62 Aftrekken splitsen. 567 – 289 = 567 – 300 + 11 = 267 + 11 = 278 0,55 – 0,085 = 0,55 – 0,1 + 0,015 = 0,45 + 0,015 = 0,465 Aanvullen en het teveel terug optellen. Denk goed na welke oplossingsmethode het meest geschikt is.

Vermenigvuldigen: handige werkwijzen 12 x 170 = (10 + 2) x 170 = (10 x 170) + (2 x 170) = 1 700 + 340 = 2 040 Splitsen en verdelen 6 x 25 x 3 x 4 = (6 x 3) x (25 x 4) = 18 x 100 = 1 800 Van plaats wisselen en haakjes zetten. 0,2 x 35,5 = x 35,5 = 35,5 : 5 = 7,1 Een factor omzetten naar een breuk, dan breuk van een getal.

Delen: handige werkwijzen 1 536 : 24 = (1 200 : 24) + (240 : 24) + (96 : 24) = 50 + 10 + 4 = 64 Het deeltal splitsen in getallen die je wel gemakkelijk deelt. 3,6 : 0,6 = 6 (want 0,6 kan 6 keer in 3,6) 36 : 1,2 = 30 (want 1,2 kan 30 keer in 36) 21 : 0,03 = 700 (want 0,3 kan 700 keer in 21) Delen door kommagetal  kijken hoeveel keer het kleinste in het grootste getal kan

Bijzondere vermenigvuldigingen 1 VERMENIGVULDIGEN MET 10 – 100 – 1 000 10 x 145 = 1 450 10 x 13,75 = 137,5 100 x 347 = 34 700 100 x 1,7 = 170 1 000 x 841 = 841 000 1 000 x 48,04 = 48 040 0 toevoegen komma 1 plaats naar rechts 00 toevoegen komma 2 plaatsen naar rechts 000 toevoegen komma 3 plaatsen naar rechts Als je de komma niet verder kan opschuiven  aanvullen met 0…

Bijzondere vermenigvuldigingen 2 VERMENIGVULDIGEN MET 5 – 50 - 25 5 x 34 = 10 x 34 : 2 4,2 x 5 = 10 x 4,2 : 2 50 x 25 = 100 x 25 : 2 3,8 x 50 = 100 x 3,8 : 2 78 x 25 = 100 x 78 : 4 25 x 24,8 = 100 x 24,8 : 4 x 5 = x 10 : 2 x 50 = x 100 : 2 Deze regeltjes leer je best uit het hoofd. x 25 = x 100 : 4

Bijzondere delingen 1 450 : 10 = 45 378 : 10 = 37,8 0 weglaten DELEN DOOR 10 – 100 – 1 000 450 : 10 = 45 378 : 10 = 37,8 0,26 : 10 = 0,026 12 000 : 100 = 120 3 450 : 100 = 34,5 1,7 : 100 = 0,017 32 000 : 1 000 = 32 63 450 : 1 000 = 63,45 0 weglaten komma 1 plaats naar links 00 weglaten komma 2 plaatsen naar links 000 weglaten komma 3 plaatsen naar links

Ook deze regeltjes leer je best uit het hoofd. Bijzondere delingen 2 DELEN DOOR 5 – 50 - 25 130 : 5 = 130 : 10 x 2 = 26 2,6 : 5 = 2,6 : 10 x 2 = 0,52 35 : 50 = 35 : 100 x 2 = 0,7 7,5 : 50 = 7,5 : 100 x 2 = 0,150 8 : 25 = 8 : 100 x4 = 0,32 600 : 25 = 600 : 100 x 4 =24 : 5 = : 10 x 2 : 50 = : 100 x 2 Ook deze regeltjes leer je best uit het hoofd. : 25 = : 100 x 4

Optellen met breuken Maak de breuken gelijknamig. Noemer behouden, tellers optellen. Zet het natuurlijk getal om in een gelijknamige breuk. Zet het kommagetal om in een breuk en maak de breuken gelijknamig.

Aftrekken met breuken Maak de breuken gelijknamig. Noemer behouden, tellers aftrekken. Zet het natuurlijk getal om in een gelijknamige breuk. Zet het kommagetal om in een breuk en maak de breuken gelijknamig.

Vermenigvuldigen met breuken De teller vermenigvuldigen, de noemer blijft gelijk.

Delen met breuken De teller delen, de noemer blijft gelijk. Wat als je de teller niet kunt delen? Zoek een gelijkwaardige breuk waarvan je de teller wel kunt delen.