Semantiek 2016-2017 week 7.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Redekundig ontleden Over waarom, wat en hoe....
Advertisements

Spelling en Schrijven en formuleren hoofdstuk 1,2&3
Deze TANTRA komt uit India.
Louis.
De mayonaisepot en de koffie
Schoolplein Rachelle Lisa Chantal Xian Leroy.
TAALPROBLEMEN ODD ONE OUT.
Lerarenopleiding Nederlands
Een lessenserie van drie lessen
Inleiding taalwetenschap
Inleiding taalwetenschap
Een instrument om ouderparticipatie te meten
De oudere stagiaire.
VERANDEREN? BLIJF VOORAL JEZELF!.
Het opbouwen van een data base
Ik doe mijn presentatie over…
Een bezoek aan de dierentuin !. Man en vrouw gaan samen een dagje uit naar de dierentuin...
Onvriendelijke spreuken over mannen en vrouwen
2.1 zit er een dokter in de cel? Nakijken (ook vorige les) Intro HC Opdracht Opdracht bespreken Huiswerk.
Veel werkwoorden hebben een vast voorzetsel
Groepsdynamica & Interactief communiceren
Week 2 Docent: COMMUNICATIE. Huiswerk Opdracht 1 Hoe is het gegaan? Wat viel je op?
Henk Heurter Docent/trainer bij Station tot Station.
VAN HRM NAAR PERSONEELSZORG 7 JUNI 2016SECTORDAG FNV OVERHEID.
LEZEN 2.4 INFORMATIEVE TEKSTEN, INTERVIEWVERSLAG, INLEIDING EN SLOT EN FUNCTIES DAARVAN.
Week 5 Pragmatiek. 1. Begrippen vorige week kort herhalen 2. Beurtwisseling in de klas: vragen stellen 3. Reacties op antwoorden leerlingen: face + repair.
Collegeweek 2 Conversatieanalyse en pragmatiek. 1. Je kunt het onderzoeksgebied van de conversatieanalyse in een breder kader plaatsen. 2. Je weet wat.
Semantiek week 4.
Uitleg bij de vragenlijst Veiligheidsbeleving
De vraag is je beste vriend
Voorleesverhaal Joep op de stoep.
Schilderijen uit de 17de eeuw
Lezen 1.2 Leesstrategieën, tekstverband/signaalwoorden onderwerp en hoofdgedachte.
RD.
Luister goed… Opdracht:
De Geleide samenvatting
Een reisverslag schrijven
De mayonaisepot en de koffie
Louis.
Men vraagt zich af waarom …??
Ouderbijeenkomst.
Welkom op school! WELKOM OP SCHOOL de 4e ouderbijeenkomst PP1
Het rode potloodje….
Ouderbijeenkomst.
Lezen in groep 3 Okt 2017.
Nee Zeggen!.
NSCCT Instructie groep 4
1. Kan je alleen aan wetenschap doen of heb je anderen nodig?
Thema 4: Zo bereik je meer
Louis.
Grammatica zinsdelen Redekundig ontleden.
NSCCT Instructie groep 5
Pragmatiek.
NSCCT Instructie groep 7
Ouderbijeenkomst ©Rezulto Onderwijsadvies in opdracht van de PO-Raad.
NSCCT Instructie groep 6
Informatieve teksten, interviewverslag
Hoofdstuk 1 Wie ben je? Wat kun je? Wat wil je?
Soorten werkwoorden.
week 2 Pragmatiek + conversatieanalyse
TAALVERZORGING STIJL B2: duidelijk en helder taalgebruik.
collegeweek 1 Conversatieanalyse en pragmatiek
Basisstof 2 In je vrije tijd.
NSCCT Instructie groep 4
NSCCT Instructie groep 5
NSCCT Instructie groep 6
NSCCT Instructie groep 7
Woordbenoemen Zelfstandig naamwoord, eigennaam, lidwoord, bijvoeglijk naamwoord, voorzetsel, telwoord.
Examen samenvatten 2010 II Hoe luidt de beoordeling van de samenvatting? Hoe ziet de samenvatting eruit?
Transcript van de presentatie:

Semantiek 2016-2017 week 7

Hoe kan het dat we soms aan een half woord genoeg hebben? 1. We zeggen veel dingen zonder ze te zeggen: veel informatie blijft impliciet tijdens het spreken en schrijven. 2. Ons brein kan moeiteloos verschillende bronnen van informatie samenvoegen om in communicatie tot een zinnige interpretatie te komen.

Opdracht 1 - inleiding Kun je op deze vragen antwoord geven? Waarom wel/niet? Eerst individueel maken, daarna in drietallen bespreken en ten slotte plenaire bespreking.

Opdracht 1 Pragmatiek  Paul Grice: coöperatieprincipe 1. Relevantie 2. Kwantiteit 3. Kwaliteit 4. Stijl

Opdr. 2 - Zinnig of onzinnig? Allemaal uitingen die grammaticaal keurig in orde zijn: voldoen aan de grammaticale selectierestricties. Toch ook hier soms weer gekke gevallen: hoe komt het dat die zinnen gek zijn? Eerst individueel maken, daarna in drietallen bespreken en ten slotte plenaire bespreking.

Opdr. 2 - Zinnig of onzinnig? Features kunnen botsen. Concept + semiotische driehoek. (Zie week 2.)

3. Typen presupposities Eerst individueel maken, daarna in drietallen bespreken en ten slotte plenaire bespreking.

3. Typen presupposities 1. iets bestaat wel of niet (existentieel) De man liep op de stoep. (er is een man, er is een stoep) 2. iets had wel of niet een bepaalde eigenschap (transpositioneel) Het kopje was gebroken. (het kopje was eerst heel) 3. iets is waar of onwaar (factief) Ik weet dat sommige mensen erg van smurfen houden. (sommige mensen houden erg van smurfen) 4. iets is wenselijk of onwenselijk (wenselijk) Als je lief bent, dan beloof ik je een ijsje. (het krijgen van een ijsje is iets wenselijks)

3. Typen presupposities 5. iets is wel of niet eerder gebeurd (frequentatief) Jan herhaalde de vraag. (er is eerder een vraag gesteld) 6. de spreker heeft een positieve of negatieve mening over iets (meninggevend) Gelukkig hebben we geen meerkoet in ons huis. (het hebben van een meerkoet in huis is onwenselijk voor de spreker) 7. de spreker en de hoorder hebben een bepaalde relatie (pragmatisch) Hé, doe es snel koffie zetten! (de spreker staat in een hogere positie dan de hoorder)

4. Samenhang en betekenis De getuige zegt tegen de agent: "De overvaller is in de keuken!"

4. Samenhang en betekenis De getuige zegt tegen de agent: "De overvaller is in de keuken!" De agent rent de keuken in, waar hij twee personen ziet: een ongeschoren type in spijkerbroek en camouflagejas en een bejaarde vrouw in een bloemetjesjurk.

4. Samenhang en betekenis De getuige zegt tegen de agent: "De overvaller is in de keuken!" De agent rent de keuken in, waar hij twee personen ziet: een ongeschoren type in spijkerbroek en camouflagejas en een bejaarde vrouw in een bloemetjesjurk. De agent werpt de man tegen de grond.

4. Samenhang en betekenis De getuige zegt tegen de agent: "De overvaller is in de keuken!" De agent rent de keuken in, waar hij twee personen ziet: een ongeschoren type in spijkerbroek en camouflagejas en een bejaarde vrouw in een bloemetjesjurk. De agent werpt de man tegen de grond. De overvaller loopt ondertussen de keuken uit.

4. Samenhang en betekenis De getuige zegt tegen de agent: "De overvaller is in de keuken!" De agent rent de keuken in, waar hij twee personen ziet: een ongeschoren type in spijkerbroek en camouflagejas en een bejaarde vrouw in een bloemetjesjurk. De agent werpt de man tegen de grond. De overvaller loopt ondertussen de keuken uit. De agent merkt zijn fout pas op als hij de getuige in de tuin hoort schreeuwen.

4. Samenhang en betekenis Andrea staat onder de douche.

4. Samenhang en betekenis Andrea staat onder de douche. Buiten zingt een merel.

4. Samenhang en betekenis Andrea staat onder de douche. Buiten zingt een merel. Andrea aait de vogel.

4. Samenhang en betekenis Andrea staat onder de douche. Buiten zingt een merel. Andrea aait de vogel. Die vliegt naar binnen.

4. Samenhang en betekenis Andrea staat onder de douche. Buiten zingt een merel. Andrea aait de vogel. Die vliegt naar binnen. Andrea ziet het niet.

4. Samenhang en betekenis Andrea staat onder de douche. Buiten zingt een merel. Andrea aait de vogel. Die vliegt naar binnen. Andrea ziet het niet. Hij blijft buiten onder de douche staan en wacht tot zijn vrouw de kraan opendraait.

4. Samenhang en betekenis Andrea staat onder de douche. Buiten zingt een merel. Andrea aait de vogel. Die vliegt naar binnen. Andrea ziet het niet. Hij blijft buiten onder de douche staan en wacht tot zijn vrouw de kraan opendraait. De beroemde operazanger doucht graag in de achtertuin.

Hoe kan het dat we soms aan een half woord genoeg hebben? 1. We zeggen veel dingen zonder ze te zeggen: veel informatie blijft impliciet tijdens het spreken en schrijven. 2. Ons brein kan moeiteloos verschillende bronnen van informatie samenvoegen om in communicatie tot een zinnige interpretatie te komen.

Hoe kan het dat we soms aan een half woord genoeg hebben? 1. Welke rol speelt het coöperatieprincipe van Grice bij de interpretatie van uitingen? 2. En welke rol spelen prototypen hierbij? 3. En welke rol spelen features hierbij? 4. Hoe verhouden features, concepten en prototypen zich met elkaar?

Praktisch Volgende week geen college: week 8 was de uitlooples. Proeftentamen + tentamenstof: op BB.