De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Soorten werkwoorden.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Soorten werkwoorden."— Transcript van de presentatie:

1 Soorten werkwoorden

2 Soorten werkwoorden Zelfstandig werkwoord

3 Soorten werkwoorden Zelfstandig werkwoord Hulp- werkwoord

4 Soorten werkwoorden Zelfstandig werkwoord Hulp- werkwoord Koppel-

5 Soorten werkwoorden Zelfstandig Actie werkwoord Hulp- werkwoord
Koppel- werkwoord

6 Soorten werkwoorden Zelfstandig werkwoord Actie Hulp- werkwoord
Koppel- werkwoord Koppelt eigenschap

7 Soorten werkwoorden Zelfstandig werkwoord Actie Hulp- werkwoord Helpt
Koppel- werkwoord Koppelt eigenschap

8 Soorten werkwoorden Zelfstandig werkwoord Actie Hulp- werkwoord Helpt
Werkwoordelijk gezegde Hulp- werkwoord Helpt Koppel- werkwoord Koppelt eigenschap

9 Soorten werkwoorden Zelfstandig werkwoord Actie Hulp- werkwoord Helpt
Werkwoordelijk gezegde Hulp- werkwoord Helpt Naamwoordelijk gezegde Koppel- werkwoord Koppelt eigenschap

10 Soorten werkwoorden Twee soorten zinnen

11 Soorten werkwoorden Twee soorten zinnen Onderwerp Actie Eigenschap

12 Soorten werkwoorden Twee soorten zinnen Onderwerp Actie Eigenschap
Werkwoordelijk gezegde Naamwoordelijk gezegde

13 Even oefenen…

14 Even oefenen… 1 2 3 4 5 6 7 8

15 Even oefenen… 1 De grote man fietst. 2 3 4 5 6 7 8

16 Even oefenen… 1 De grote man fietst. Actie 2 3 4 5 6 7 8

17 Even oefenen… 1 De grote man fietst. Actie 2 De oude vrouw is lief. 3
4 5 6 7 8

18 Even oefenen… 1 De grote man fietst. Actie 2 De oude vrouw is lief.
Eigenschap 3 4 5 6 7 8

19 Even oefenen… 1 De grote man fietst. Actie 2 De oude vrouw is lief.
Eigenschap 3 Het vogeltje is van de tak gevallen. 4 5 6 7 8

20 Even oefenen… 1 De grote man fietst. Actie 2 De oude vrouw is lief.
Eigenschap 3 Het vogeltje is van de tak gevallen. Actie 4 5 6 7 8

21 Even oefenen… 1 De grote man fietst. Actie 2 De oude vrouw is lief.
Eigenschap 3 Het vogeltje is van de tak gevallen. Actie 4 De winkel is open. 5 6 7 8

22 Even oefenen… 1 De grote man fietst. Actie 2 De oude vrouw is lief.
Eigenschap 3 Het vogeltje is van de tak gevallen. Actie 4 De winkel is open. Eigenschap 5 6 7 8

23 Even oefenen… 1 De grote man fietst. Actie 2 De oude vrouw is lief.
Eigenschap 3 Het vogeltje is van de tak gevallen. Actie 4 De winkel is open. Eigenschap 5 De winkel is gisteren open geweest. 6 7 8

24 Even oefenen… 1 De grote man fietst. Actie 2 De oude vrouw is lief.
Eigenschap 3 Het vogeltje is van de tak gevallen. Actie 4 De winkel is open. Eigenschap 5 De winkel is gisteren open geweest. Eigenschap 6 7 8

25 Even oefenen… 1 De grote man fietst. Actie 2 De oude vrouw is lief.
Eigenschap 3 Het vogeltje is van de tak gevallen. Actie 4 De winkel is open. Eigenschap 5 De winkel is gisteren open geweest. Eigenschap 6 De winkel zal morgen pas open zijn. 7 8

26 Even oefenen… 1 De grote man fietst. Actie 2 De oude vrouw is lief.
Eigenschap 3 Het vogeltje is van de tak gevallen. Actie 4 De winkel is open. Eigenschap 5 De winkel is gisteren open geweest. Eigenschap 6 De winkel zal morgen pas open zijn. Eigenschap 7 8

27 Even oefenen… 1 De grote man fietst. Actie 2 De oude vrouw is lief.
Eigenschap 3 Het vogeltje is van de tak gevallen. Actie 4 De winkel is open. Eigenschap 5 De winkel is gisteren open geweest. Eigenschap 6 De winkel zal morgen pas open zijn. Eigenschap 7 De tak is gebroken. 8

28 Even oefenen… 1 De grote man fietst. Actie 2 De oude vrouw is lief.
Eigenschap 3 Het vogeltje is van de tak gevallen. Actie 4 De winkel is open. Eigenschap 5 De winkel is gisteren open geweest. Eigenschap 6 De winkel zal morgen pas open zijn. Eigenschap 7 De tak is gebroken. Actie 8

29 Even oefenen… 1 De grote man fietst. Actie 2 De oude vrouw is lief.
Eigenschap 3 Het vogeltje is van de tak gevallen. Actie 4 De winkel is open. Eigenschap 5 De winkel is gisteren open geweest. Eigenschap 6 De winkel zal morgen pas open zijn. Eigenschap 7 De tak is gebroken. Actie 8 De winkel is geopend.

30 Even oefenen… 1 De grote man fietst. Actie 2 De oude vrouw is lief.
Eigenschap 3 Het vogeltje is van de tak gevallen. Actie 4 De winkel is open. Eigenschap 5 De winkel is gisteren open geweest. Eigenschap 6 De winkel zal morgen pas open zijn. Eigenschap 7 De tak is gebroken. Actie 8 De winkel is geopend. Actie

31 OW + actie =

32 OW + actie = WWG

33 OW + actie = WWG Alle werkwoorden

34 OW + actie = WWG Alle werkwoorden OW + eigenschap =

35 OW + actie = WWG Alle werkwoorden OW + eigenschap = NWG

36 Alle werkwoorden + eigenschap
OW + actie = WWG Alle werkwoorden OW + eigenschap = NWG Alle werkwoorden + eigenschap

37 Alle werkwoorden + eigenschap
OW + actie = WWG Alle werkwoorden ZWW OW + eigenschap = NWG Alle werkwoorden + eigenschap

38 Alle werkwoorden + eigenschap
OW + actie = WWG Alle werkwoorden ZWW OW + eigenschap = NWG Alle werkwoorden + eigenschap KWW

39 Alle werkwoorden + eigenschap
OW + actie = WWG Alle werkwoorden ZWW HWW OW + eigenschap = NWG Alle werkwoorden + eigenschap KWW HWW

40 Werkwoordelijk gezegde

41 Werkwoordelijk gezegde
ZWW (+ HWW)

42 Werkwoordelijk gezegde
ZWW (+ HWW) De man fietst.

43 Werkwoordelijk gezegde
ZWW (+ HWW) z De man fietst.

44 Werkwoordelijk gezegde
ZWW (+ HWW) z De man fietst. De man fietste.

45 Werkwoordelijk gezegde
ZWW (+ HWW) z De man fietst. z De man fietste.

46 Werkwoordelijk gezegde
ZWW (+ HWW) z De man fietst. z De man fietste. De man heeft gefietst.

47 Werkwoordelijk gezegde
ZWW (+ HWW) z De man fietst. z De man fietste. z De man heeft gefietst.

48 Werkwoordelijk gezegde
ZWW (+ HWW) z De man fietst. z De man fietste. h z De man heeft gefietst.

49 Werkwoordelijk gezegde
ZWW (+ HWW) z De man fietst. z De man fietste. h z De man heeft gefietst. De man gaat fietsen.

50 Werkwoordelijk gezegde
ZWW (+ HWW) z De man fietst. z De man fietste. h z De man heeft gefietst. z De man gaat fietsen.

51 Werkwoordelijk gezegde
ZWW (+ HWW) z De man fietst. z De man fietste. h z De man heeft gefietst. h z De man gaat fietsen.

52 Werkwoordelijk gezegde
ZWW (+ HWW) z De man fietst. z De man fietste. h z De man heeft gefietst. h z De man gaat fietsen. De man zal gaan fietsen.

53 Werkwoordelijk gezegde
ZWW (+ HWW) z De man fietst. z De man fietste. h z De man heeft gefietst. h z De man gaat fietsen. z De man zal gaan fietsen.

54 Werkwoordelijk gezegde
ZWW (+ HWW) z De man fietst. z De man fietste. h z De man heeft gefietst. h z De man gaat fietsen. h h z De man zal gaan fietsen.

55 Werkwoordelijk gezegde
ZWW (+ HWW) z De man fietst. z De man fietste. h z De man heeft gefietst. h z De man gaat fietsen. h h z De man zal gaan fietsen. De man zal gefietst kunnen hebben.

56 Werkwoordelijk gezegde
ZWW (+ HWW) z De man fietst. z De man fietste. h z De man heeft gefietst. h z De man gaat fietsen. h h z De man zal gaan fietsen. z De man zal gefietst kunnen hebben.

57 Werkwoordelijk gezegde
ZWW (+ HWW) z De man fietst. z De man fietste. h z De man heeft gefietst. h z De man gaat fietsen. h h z De man zal gaan fietsen. h z h h De man zal gefietst kunnen hebben.

58 Naamwoordelijk gezegde

59 Naamwoordelijk gezegde
KWW (+ HWW)

60 Naamwoordelijk gezegde
KWW (+ HWW) De man is ziek.

61 Naamwoordelijk gezegde
KWW (+ HWW) k De man is ziek.

62 Naamwoordelijk gezegde
KWW (+ HWW) k De man is ziek. De man wordt ziek.

63 Naamwoordelijk gezegde
KWW (+ HWW) k De man is ziek. k De man wordt ziek.

64 Naamwoordelijk gezegde
KWW (+ HWW) k De man is ziek. k De man wordt ziek. De man blijft ziek.

65 Naamwoordelijk gezegde
KWW (+ HWW) k De man is ziek. k De man wordt ziek. k De man blijft ziek.

66 Naamwoordelijk gezegde
KWW (+ HWW) k De man is ziek. k De man wordt ziek. k De man blijft ziek. De man is ziek geweest.

67 Naamwoordelijk gezegde
KWW (+ HWW) k De man is ziek. k De man wordt ziek. k De man blijft ziek. k De man is ziek geweest.

68 Naamwoordelijk gezegde
KWW (+ HWW) k De man is ziek. k De man wordt ziek. k De man blijft ziek. h k De man is ziek geweest.

69 Naamwoordelijk gezegde
KWW (+ HWW) k De man is ziek. k De man wordt ziek. k De man blijft ziek. h k De man is ziek geweest. De man zou ziek kunnen worden.

70 Naamwoordelijk gezegde
KWW (+ HWW) k De man is ziek. k De man wordt ziek. k De man blijft ziek. h k De man is ziek geweest. k De man zou ziek kunnen worden.

71 Naamwoordelijk gezegde
KWW (+ HWW) k De man is ziek. k De man wordt ziek. k De man blijft ziek. h k De man is ziek geweest. h h k De man zou ziek kunnen worden.

72 Naamwoordelijk gezegde
KWW (+ HWW) k De man is ziek. k De man wordt ziek. k De man blijft ziek. h k De man is ziek geweest. h h k De man zou ziek kunnen worden. De man zou ziek kunnen zijn geweest.

73 Naamwoordelijk gezegde
KWW (+ HWW) k De man is ziek. k De man wordt ziek. k De man blijft ziek. h k De man is ziek geweest. h h k De man zou ziek kunnen worden. k De man zou ziek kunnen zijn geweest.

74 Naamwoordelijk gezegde
KWW (+ HWW) k De man is ziek. k De man wordt ziek. k De man blijft ziek. h k De man is ziek geweest. h h k De man zou ziek kunnen worden. h h h k De man zou ziek kunnen zijn geweest.

75 Naamwoordelijk gezegde
KWW (+ HWW) k De man is ziek. k De man wordt ziek. k De man blijft ziek. h k De man is ziek geweest. h h k De man zou ziek kunnen worden. h h h k De man zou ziek kunnen zijn geweest. De man lijkt ziek.

76 Naamwoordelijk gezegde
KWW (+ HWW) k De man is ziek. k De man wordt ziek. k De man blijft ziek. h k De man is ziek geweest. h h k De man zou ziek kunnen worden. h h h k De man zou ziek kunnen zijn geweest. h De man lijkt ziek.

77 Naamwoordelijk gezegde
KWW (+ HWW) k De man is ziek. k De man wordt ziek. k De man blijft ziek. h k De man is ziek geweest. h h k De man zou ziek kunnen worden. h h h k De man zou ziek kunnen zijn geweest. h k De man lijkt ziek (te zijn).

78 Aanpak

79 Aanpak Zin

80 Aanpak Zin Actie Eigen-schap

81 Aanpak Zin Actie Eigen-schap WWG

82 Aanpak Zin Actie Eigen-schap WWG Eén ZWW

83 Aanpak Zin Actie Eigen-schap WWG Eén ZWW (+ HWW)

84 Aanpak Zin Actie Eigen-schap WWG NWG Eén ZWW (+ HWW)

85 Aanpak Zin Actie Eigen-schap WWG NWG Eén ZWW Eén KWW (+ HWW)

86 Aanpak Zin Actie Eigen-schap WWG NWG Eén ZWW Eén KWW (+ HWW) (+ HWW)


Download ppt "Soorten werkwoorden."

Verwante presentaties


Ads door Google