Meewerkendvoorswerpzin Bijzin als zinsdeel Meewerkendvoorswerpzin
Aan het einde van deze les weet je Wat een meewerkendvoorwerpszin is en hoe je die herkent. Met welke woorden een meewerkendvoorwerpszin meestal begint.
Even herhalen wat we geleerd hebben: Enkelvoudige zin: zin met 1 persoonsvorm. Samengestelde zin: zin met meer dan 1 persoonsvorm. Hoofdzin: het onderwerp en persoonsvorm staan naast elkaar. Bijzin: tussen het onderwerp en persoonsvorm kunnen ook andere zinsdelen staan. Onderschikking: een samengestelde zin die bestaat uit een hoofd- en bijzin. Nevenschikking: een samengestelde zin die bestaat uit twee of meer hoofdzinnen
meewerkendvoorwerpzin Een BIJZIN is ALTIJD een ONDERDEEL (zinsdeel) van de HOOFDZIN. Wat is een meewerkendvoorwerpszin ? Een meewerkendvoorwerpszin is een BIJZIN die het meewerkend voorwerp is bij de hoofdzin. Een meewerkendvoorwerpszin begint meestal met de woorden aan/voor/wie
gezegdezin Wie het nu nog niet begrijpt, leg ik het met liefde nog eens uit. Ontleed altijd eerst de hoofdzin en bepaal dan de functie van de bijzin! Leg= pv ik= ow Leg uit= wg Het= lv Wie het nu nog niet begrijpt= meewerkendvoorwerpszin bijzin hoofdzin
Wat zijn hier de meewerkendvoorwerpszinnen? We verkopen hier geen sigaretten aan wie nog geen achttien is. Wie van deze muziek houdt, verwijs ik door naar muzieklokaal. Aan iedereen die het maar wilde horen, vertelde hij het grapje.
Wat zijn hier de meewerkendvoorwerpszinnen? We verkopen hier geen sigaretten aan wie nog geen achttien is. Wie van deze muziek houdt, verwijs ik door naar muzieklokaal. Aan iedereen die het maar wilde horen, vertelde hij het grapje.