Hst. 3 De huid: het grootste orgaan!
3.1 De anatomie van de huid Diverse functies: 1. Vorm geven 2. Binnen lichaam houden van - nuttige stoffen - water (voorkomen van uitdrogen) 3.Barrière - tegen ziekteverwekkers - tegen mechanisch geweld - tegen zonlicht 4. Handhaving lichaamstemperatuur 5. Opvangst van signalen (pijn, druk, temperatuur) 6. Opslag vetweefsel (isolatie) 7. Aanmaak vitamine D
3.1 De anatomie van de huid De huid bestaat uit drie lagen: Opperhuid (epidermis) Lederhuid (dermis) Onderhuid (hypodermis)
De opperhuid (epidermis) wordt gevormd vanuit het basaalmembraan De opperhuid (epidermis) wordt gevormd vanuit het basaalmembraan. Dochtercellen verhoornen door de aanmaak van keratine (plaveisel epitheel). De buitenste laag van de epidermis wordt de hoornlaag genoemd, deze bestaat uit afgestorven cellen, de schilfers noem je roos.
De lederhuid (dermis) betsaat uit bindweefsel met relatief veel cellen en weinig tussencelstof waarin zenuwen en bloedvaatjes lopen. De bloedvaatjes regelen de lichaamstemperatuur door te vernauwen of te verwijden i.c.m. met de zweetklieren en haren (wintervacht, rillen) Pigmentvormende cellen (melanocyten) maken BIJ MENS onder invloed van UV licht kleurstoffen aan ter bescherming van de huid.
De onderhuid (hypodermis) bestaat uit bindweefsel met relatief weinig cellen en veel tussencelstof. Het bindweefsel heeft vet opgeslagen dat als isolator, stootkussen en reservevoedsel functioneert. Elastische vezels zorgen ervoor dat de hypodermis goed aansluit om de beweeglijke onderliggende structuren.
Andere huidstructuren: nagels
neusspiegel
klieren