Methodiek T1 Analyse van het verpleegkundig proces

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Leren in vijf dimensies
Advertisements

Visie op verplegen  .
Klinische Bouwsteen Project Generieke Overdrachtsgegevens OverdrachtProblemen (v1.0)
Extra les maken verpleegplannen
Kennis maken met Opbrengstgericht werken
Het verpleegkundig consult in de thuisverpleging
Intercultureel vakmanschap
Deel 1 Het managen van mensen en organi-saties.
Management van gedrag Hoofdstuk 8 Leiderschap 1.
Organisatiestructuur en
Hoofdstuk 4 Omgaan met stress en tijd
Hoofdstuk 12 Beoordeling en ontwikkeling van medewerkers
Vragen bij leven en dood: aandacht voor levensvragen in de palliatieve zorg Mw. M. Meevis, netwerkcoördinator Mw. J. Teeuwen, coördinator LPZ.
Competent van kop tot teen! Studiedag 8 juni 2010
Taalstoornissen bij Fronto-temporale dementie
Kernprocessen van de Act methodiek
Is participatie te meten?
DIVERSITEIT: OBSTAKEL OF UITDAGING?
Wet Maatschappelijke Ondersteuning Januari Achtergronden (1) Vermaatschappelijking van de zorg. Mensen met veel zorgbehoeften willen in de maatschappij.
Kennis verbreden en verdiepen
Visie informatievoorziening
Gespreksvaardigheden
Dossier Empowerment.
Audit van de OCMW's in het kader van de door de POD MI gesubsidieerde materies.
Afnemende en toenemende verantwoordelijkheid
Door: Gerard Rozing (CvTE)
Kritisch denken ‘vertaald’
Organisatie en Beleid Bijeenkomst 1: Werken in een organisatie I
Verpleegkundig redeneren
Reminiscentie Levensboeken
Determinanten en andere beïnvloedende factoren bij medicatiegebruik
Oriëntatie op het beroep Kwartaal 1 Week 4
Klinische les medisch maatschappelijk werk
Wat is een verstandelijke beperking en wat zijn de gevolgen ervan?
Plancyclus, les 4  Actualiteit  Vragen naar aanleiding van vorige les  Vragen over hoofdstuk 4 en 5  Observeren met een plan; het verschil tussen observeren.
Seksualiteit Het bespreekbaar maken van seksualiteit in het contact met de cliënt als onderdeel van de hulpverlening.
Doelen van deze presentatie:
Paulien Verschoren Groep psychische stoornissen 1BaOC4
Beroepshouding en beroepscode
Coping Scholing NAH i.s.m. Hilverzorg. Coping  Uit het Engels ‘to cope with’  omgaan met…  De manier waarop iemand met stress, problemen en veranderingen.
Ouderbetrokkenheid 3.0© E-book Van informeren naar samenwerken
Zelfmanagement Longpunt
Zelfmanagement Deel 3: Serious soaps over ouderen Verpleegkundige.
Aandoeningen/ziektes Functies & anatomische eigenschappen Activiteiten en participatie Omgevingsfactoren Persoonlijke factoren InschikkelijkheidIk ben.
Evaluatie Cursus.
Inzoomen op de competenties  Beantwoord de volgende vragen: -Wat zijn competenties? -Wat is de norm? -Waarom kijken we naar competenties in een procesgericht.
Toezicht op de kwaliteit van onderwijs en de doorlopende leerlijnen 1. Waarom toezicht? 2. Hoe werkt toezicht? 3. Hoe houden we toezicht op doorlopende.
Het zorgproces in de VVT Het zorgleefplan. Programma Les voor de vakantie: theorie Huiswerk en college Opdracht.
Behoeften van de doelgroep & activiteiten
Psychopathologie v0or 1e jaars BBL 2017
7de specialisatiejaar Thuis en bejaardenzorg / zorgkundige
Gezondheid en gezond gedrag
De NOODZAAK van een PARADIGMASHIFT
Coping.
Begeleiden van een zorgvrager
Welkom Workshop Ervaringsdeskundigheid Werken binnen het I.H.T.
Door: Gerard Rozing (CvTE)
Methodiek T1 Analyse van het verpleegkundig proces
Na 25 jaar Samenwerken: 1 gezin 1 plan
Methodiek Observeren.
Psychopathologie v0or 1e jaars BBL 2017
Leerfase 1 Periode 1 BOL Docent 1 Bouke Cuperus Les 1
Doelgroepen Adolescentie
Info klinisch onderwijs
Startgroep nieuwe HR-cyclus
Transcript van de presentatie:

Methodiek T1 Analyse van het verpleegkundig proces Marloes vd Broek Fontys Hogeschool Mens en Gezondheid

Doelstellingen bijeenkomst 3 De student beargumenteert het belang van kritisch denken en het onderscheid tussen objectieve gegevens / interpretatie tijdens het verzamelen van gegevens. De student benoemt het belang van gegevensverzameling ten behoeve van de besluitvorming over verpleegkundige resultaten en interventies en gegevensverzameling tijdens de afronding van de verpleegkundige zorgverlening

Anamnese ‘’De verpleegkundige anamnese is de activiteit van het verzamelen en interpreteren van gegevens over iemands gezondheidstoestand (Gordon, 1995).’’

Methodisch verpleegkundig proces Bron: Wilkinson (2008)

Anamnese Anamnese; Verzamelen Verifiëren Ordenen Vastleggen

Anamnese fase Verzamelen van objectieve en subjectieve gegevens van de zorgvrager; Algemene gegevens; denk ook aan allergieën, donorregistratie, sociale gegevens. Metingen: (RR, P, T, gewicht) Informatie medicatiegebruik Zorg en zorgbehoeften. Leg nadruk op verschil anamnese gesprek en anamnese fase.

Het eerste contact Quick scanning Prioriteiten stellen Strategie voor verdere gegevensverzameling Biedt de patiënt controle en stimuleer actieve participatie (welke gegevens in een bepaalde setting heb je nodig als vpk).

(Bijzondere) omstandigheden Voorbeeld: Een matige uitdrukkingsvaardigheid en woordenschat. Het spreken van een andere taal Een laag bewustzijnsniveau Ademhalingsproblemen Slechthorendheid Achterdocht.

Anamnese gesprek Doel is verzamelen van subjectieve gegevens van de zorgvrager. Verzamelt met name gegevens die nodig zijn om de zorgvrager te kunnen verplegen. Eerste aanzet voor het opbouw van een vertrouwensrelatie. Onderdeel van de anamnese

Subjectieve en objectieve gegevens Subjectieve gegevens; Symptomen (symptoms). Wat vertelt de patiënt. Gegevens kunnen alleen door de patiënt worden waargenomen en geverifieerd. Objectieve gegevens; Verschijnselen (signs). Gegevens kunnen door andere anderen worden geobserveerd of worden gemeten. Wilkinson (2008)

Gegevens verifiëren Extra controle of gegevens kloppen. Waarom? Er zeker van zijn dat anamnese gegevens volledig, nauwkeurig en op feiten gebaseerd zijn. Eigen fouten, vooroordelen en misvattingen uit de gegevens te verwijderen Ter voorkoming van te snel, verkeerde conclusie trekken uit gegevens. Wanneer? De subjectieve en objectieve gegevens komen niet overeen. De patiënt zegt op verschillende momenten in het anamnesegesprek verschillende dingen. De gegevens lijken erg abnormaal Er zijn factoren die een nauwkeurige meting belemmeren.

Gegevens ordenen/clusteren Classificatie is het sorteren van zaken in voor gedefinieerde categorieën; Gegevens die met elkaar in verband staan in van te voren vast gestelde categorieën onderbrengen (Wilkinson, 2008) Soms standaard anamneseformulieren gebaseerd op categorieën. Zo niet beschrijven van gegevens in het gekozen classificatiemodel. Vergelijk gegevens met de normaalwaarden (bestaande standaarden en normen). Cluster gegevens die verband met elkaar lijken te hebben (professionele kennis voor nodig). Stel ontbrekende gegevens vast + tegenstrijdigheden.

Majory Gordon Marjory Gordon is een vooraanstaand Amerikaanse verpleegkundige en verpleegwetenschapper. Eerste president van de North American Nursing Diagnosis Association (NANDA) Systeem ontwikkeld om inzicht te krijgen in de gevolgen van gezondheidsproblemen voor zorgvragers.

11 Gezondheidspatronen GORDON (Hesselink, 2010) Gezondheidspatroon 1: Gezondheidsbeleving en Instandhouding Dit patroon omvat datgene wat de cliënt van zijn gezondheid vindt en hoe hij voor zijn gezondheid zorgt. Gezondheidspatroon 2: Voeding/stofwisselingspatroon. Het voeding/stofwisselingspatroon omvat de opname van vocht en voedsel in verhouding tot de fysiologische behoeften, en ook de indicatoren van de plaatselijke (geografisch) aanwezige voedingsmiddelen. Gezondheidspatroon 3: Uitscheidingspatroon Het uitscheidingspatroon omvat de uitscheidingsfunctie van : darmen, blaas en de huid.

11 Gezondheidspatronen GORDON Gezondheidspatroon 4: Activiteitenpatroon Het activiteitenpatroon omvat het geheel van lichaamsbeweging, ontspanning, recreatie en vrijetijdsbesteding. Datgene wat dus energie kost. Gezondheidspatroon 5: Slaap/rustpatroon Het slaap/rustpatroon omvat het patroon van perioden van : slaap, rust en ontspanning verspreid over het etmaal. Inbegrepen zijn ook de subjectieve belevingen. Gezondheidspatroon 6: Waarneming/cognitiepatroon Het waarnemings-/cognitiepatroon omvat de zintuiglijke waarneming en de cognitieve functies. Gezondheidspatroon 7: Zelfbelevingspatroon De beleving van de eigen vaardigheden, het zelfbeeld, de eigen identiteit, het gevoel van eigenwaarde en het algemene patroon van emoties.

11 Gezondheidspatronen GORDON Gezondheidspatroon 8: Rollen/relatiepatroon Het rollen/relatiepatroon omvat de belangrijkste rollen en de verantwoordelijkheden van de cliënt in zijn huidige levenssituatie en zijn familie,-gezin,-werk en sociale relaties met de bijbehorende verantwoordelijkheden. Gezondheidspatroon 9: Seksualiteit/voortplantingspatroon Het seksualiteits/voortplantingspatroon omvat de seksuele relaties, seksualiteitsbeleving en het voortplantingspatroon. Gezondheidspatroon 10: Stressverwerkingspatroon Het stressverwerkingspatroon omvat de manier waarop iemand in het algemeen met problemen en stress omgaat. Gezondheidspatroon 11: Waarden/overtuigingspatroon Het waarden/overtuigingspatroon omvat de waarden, normen doelstellingen en overtuigingen (ook geestelijke) waarop iemand zijn keuzes en beslissingen maakt.

Functioneel en disfunctioneel Van ieder gezondheidspatroon kan een verpleegkundige vaststellen in hoeverre een gezondheidspatroon bij de zorgvrager functioneel of disfunctioneel is. Functioneel: Zorgvrager heeft voldoende draagkracht om de verrichtingen die bij een bepaald patroon horen in voldoende mate uit te voeren. Disfunctioneel: Zorgvrager heeft niet voldoende draagkracht om de verrichtingen die bij een bepaald patroon horen zelfstandig uit te voeren.

Functioneel en disfunctioneel Of een patroon functioneel of disfunctioneel is, kun je bepalen door gegevens uit je beoordeling te vergelijken met een of meer van de volgende: Individuele uitgangswaarden Vaste normen voor leeftijdsgroepen en/of Culturele, sociale of andere normen.

Afronding anamnese Voorlopige afspraken over uit te voeren activiteiten. Genereren van gezondheidsproblemen  VPK diagnosen. Aandacht functies en vaardigheden voor verdere besluitvorming. Aan het eind van de anamnese hoef je dus nog niet onmiddellijk met diagnosen te komen.

Bronnen Hesselink, J (2010) Zo maak je en verpleegplan. Groningen/Houten: Noordhoff uitgevers Wilkinson, J.M. (2008) Kritisch denken binnen het verpleegkundig proces. Amsterdam: Pearson Education Benelux.