Geld Inleiding.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Weetjesquiz over geld Grote Rekendag Dag 2009.
Advertisements

Hoofdstuk 2: Thuis in geldzaken
Hoofdstuk 2: Geld en ruil
H4 Kopen is kiezen 4.1 Kopen en betalen 4.2 Consumeren en behoeften
G E L D.
Betaalmiddelen Niveau 2 Kerntaak 3 Blz. 23.
Hoofdstuk 2.
Geldzaken.
Geldschepping door banken
Geld speelt (g)een rol Kennislunch, 20 mei 2014
Module 6: Kantoortechnieken
stijging van het algemeen prijspeil
Hoofdstuk 17 De Geldmarkt
Girale geldschepping 10 personen deponeren elk EUR bij een financiële instelling. De kans bestaat dat 1 persoon zijn geld komt ophalen (kasreservecoëfficiënt.
Achtergronden van de kredietcrisis SHEET 1. SHEET 2 (neo)liberaal denken “Vrije markt is goed voor ieders welvaart.” Privatisering van –Gezondheidszorg.
Wat is geld?.
Kijk op kredietcrisis!
Inkomen les 10 Zelftest Inzichtvragen
Korte schets kredietcrisis Fieke van der Lecq Feministische salon Amsterdam,
Hoofdstuk 18: Geld en het bankwezen
Inflatie oftewel stijging van het algemeen prijspeil
Inkomen les 8 37 t/m 46.
Weetjesquiz over geld Grote Rekendag Dag In welk jaar is de euro ingevoerd? Vraag 1.
Samenvatting Wat moet je leren/ oefenen? Heel hoofdstuk 2
Hoofdstuk 2: geld en ruil
Balans 1AP Kas50.000Zichtdeposito’s Geld in omloop = EUR (giraal geld) Balans 2AP Kas2.500 Zichtdeposito’s Klanten Geld.
Economie Paragraaf
Geldzaken. Inhoud Hoofdstuk 1: Wat is geld: vandaag Hoofdstuk 2: munten: 3 juni Hoofdstuk 3: bankbiljetten: 4 en 5 juni Hoofdstuk 4: giraal geld: 10 en.
Hoofdstuk 1 Waar blijft je geld?
FINNIUS | page 1 Regulering bitcoin in Nederland NVvIR 12 juni 2014.
Welkom bij het vak economie!
Hoofdstuk 1 Geld en Welvaart
Herhaling Hoofdstuk 1.
1.2 Binnenkomst Nakijken herhaling 1.1 Uitleg 1.2 Lezen 1.2
§2.1 Hoe betaal je? In deze PowerPoint-presentatie leer je over:
Verkopen en kassa H5 Betalen en administratie Ondernemer detailhandel.
Geldzaken.
Fase 3 Kassawerkzaamheden
Geschiedenis van het geld
Basisboek Marketing Hoofdstuk 10 Inkomenselasticiteit.
Op zoek naar antwoord.
Geld Thomas Beeftink.
Verkoop en advies Hoofdstuk 3 Verkoopafhandeling.
Schaarste en ruilen 1 Kern Onderzoek Afsluiting
Spreekbeurt van [jouw naam].
Exameneenheid: Consumptie
Welkom havo 4..
en liquiditeitspercentage
Vraag en Aanbod van financiële middelen & nominale en reële rente
Economie De kredietcrisis.
Instructie hoofdstuk 8 Internationale ontwikkelingen
Welkom havo 4..
Hoofdstuk 7.2 Les 1.
Maximale geldschepping
Welkom havo 4..
“Bad money always drives out good money.”
Welkom VWO 5..
De bank en jouw geld Hoofdstuk 3 Geheel.
Welkom VWO 5..
BV en NV: kapitaal Maatschappelijk kapitaal Geplaatst kapitaal
Geld 10c + 50c + 20c = 10c + 10c + 50c = 20c + 20c + 20c =
Geld en geldschepping.
Maatschappelijke geldhoeveelheid
Hoofdstuk 3 Verkoopafhandeling
Geldschepping: publiek of privaat?
Maatschappelijke geldhoeveelheid
voorbeeld volgende bladzijde terug
ik zie….ik zie…..wat jij niet ziet
Havo 4 Hoofdstuk 1 Schaarste en welvaart.
EEN REKENSPEL ONTWERPEN
Transcript van de presentatie:

Geld Inleiding

Intro Maak aantekeningen over het ontstaan van geld.

Ontstaan geld bij ruil Eerst directe ruil Schelpen / Graan / Zout Moeilijk verplaatsen Houdbaarheid soms probleem Match behoeften nodig Deelbaarheid is een probleem Schelpen / Graan / Zout “Iedereen” kan het maken Edelmetaal Gewicht bepalen Zwaar Papier Geen echte waarde Digitaal

Eisen aan geld Moeilijk na te maken Deelbaar Houdbaar Licht / makkelijk verplaatsbaar Waarde of vertrouwen in ruil

Functies geld Ruilmiddel Rekenmiddel Oppotmiddel / Spaarmiddel =

Waarde van geld Hoeveel is dit geld waard? Welke wil je liever? Bedrag op geld = nominale waarde Echt belangrijk is hoeveel goederen je ervoor kan kopen = reële waarde Maar hoeveel zijn de biljetten eigenlijk écht waard? Materiaalwaarde = intrinsieke waarde Vertrouwen noodzakelijk!

Soorten geld Chartaal geld Giraal geld Munten en Bankbiljetten Uitgegeven door de Centrale Bank (ECB / DNB) Giraal geld Geld op betaalrekening van mensen en bedrijven Uitgegeven door banken (RABO / ING / ABN-AMRO) Maatschappelijke Geldhoeveelheid Alle chartale en girale geld in handen van het publiek (mensen en bedrijven) !! Geld in handen van banken telt niet mee in maatschappelijke geldhoeveelheid !!