Digitale gegevens Drs. Ing. Rainier Kock 1
Vorige les 2 Computers werken met elektrische schakelingen Schakelaar aan = 1, uit = 0 Tekst, geluid en beeld worden vertaald in enen en nullen(Digitaliseren). Voor het opslaan van een cijfer, letter of leestekens, 8 bits nodig. Bv ‘A’ = en ‘P = Bv
Vorige les 3 Bestandsgroote 1 byte= 8bits 1kB (Kilobyte)= 1024bytes 1 MB (Megabyte) =1024kB 1 GB (Gigabyte)= 1024MB 1 TB(Terabyte)= 1024GB
Vandaag 4 Computerarchitectuur
Leerdoelen 5 De leerling kan de processor (CPU) beschrijven. De leerling kan schematisch de onderdelen van een computer tekenen en beschrijven De leerling kan de twee delen van interne geheugen noemen. De leerling weet het verschil tussen ROM en RAM
6 Invoer Extern geheugen Processor (CPU) Uitvoer Intern geheugen (ROM, RAM
CPU (Central Processing Unit 7 CVE = Centrale Verwerkings Eenheid Verantwoordelijk voor de verwerking. Processor bevindt zich op het moederbord. De gegevens die door de processor worden verwerkt, worden altijd bewaard in het interne geheugen. Definitief opgeslagen, gekopieerd naar een opslagmedium.
8 Invoer Extern geheugen Processor (CPU) Uitvoer Intern geheugen (ROM, RAM
ROM 9 ROM = Read Only Memory Gegevens zijn vastgelegd(fabrikant) Blijven bewaard als de computer wordt uitgezet. Alleen lezen.(Niet opslaan) Rom wordt gebruikt bij het opstarten van de computer.
RAM 10 RAM = Random Access Memory Bewaart de computer gegevens waarmee hij op dat moment werkt. (werkgeheugen) Gegevens in het RAM gaan verloren als de pc wordt uitgeschakeld.
Geheugen 11 Veel programma’s tegelijkertijd(geheugen kan vol raken) Door geheugen toe te voegen kan men de computer sneller maken
Opdracht 12 Maak opdracht 3 CompA ict.nextted.net Cb1-> computerarchitectuur
Overzicht 13