Huidmiddelen Hoofdstuk 8 Farmacotherapie in de apotheek Okt 2015.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
ACNE.
Advertisements

Bouw en functies van de huid
Verjong uw huid, revitaliseer uw hoofdhuid en perfectioneer uw lichaam.
Marc Bremer Scheikunde Marc Bremer
ZALVEN EN CREMES.
Huidbehandeling Corien Dekkers MANP Amphia Ziekenhuis Breda
Make-up.
Presentatie Sk 1.3 Soorten mengsels.
De huid en het onderhuidse bindweefsel
ontleedbarestoffen (bestaan uit moleculen dus meerdere atoomsoorten)
Hoofdstuk 4 Moleculaire stoffen
Mengen & Scheiden.
Title Fysica Faseovergangen FirstName LastName – Activity / Group.
De huid.
Deeltjesmodel 3.4 aggregatietoestand.
FlexCrème™.
Stoffen en hun eigenschappen
Stoffen en hun eigenschappen
Uitzetten en krimpen Faseovergang
Natuurkunde paragrafen 3.1 en 3.2
4.5 Samenstelling van mengsels
FTTO RADA Leiden e.o. FTO voorbeeldpresentatie casuïstiek Regionale Afspraken Dermatologische Apotheekbereidingen In de hiernavolgende casussen worden.
1.14 Smeermiddelen en smering
Therapietrouw voor topica Apr. Marc Dooms.
Huid Vacht.
Aveant thuiszorg Utrecht
Zuivere stof Dezelfde bouwstenen, meestal moleculen
Herhaling belangrijke punten EHBO
3de graad Verzorging 6de jaar Verzorging
Gemaakt door : stefan en roelof uit H2B Paragraaf 3.1 en3.2
Herhaling belangrijke punten EHBO
Veterinaire apotheek Farmacokinetiek.
Hoofdstuk 10 Paragraaf 2: je huid. Wat gaan we doen vandaag?  Bespreken paragraaf 2  Maken paragraaf 2.
PB Deel 1 Hfst 1 Bouw en functie van huid,slijmvliezen en gebit
Par Bescherming aan de buitenkant: De huid
VPH Les 2.
De huid vQsIiLK0.
Anatomie & Fysiologie Voeding & gezondheid V21.
Eerst water de rest komt later
Je huid bedekt je hele lichaam
Herhaling belangrijke punten EHBO
Geneesmiddelenkennis voor doktersassistenten
De Huid
Herhaling belangrijke punten EHBO
Hst. 3 De huid: het grootste orgaan!
Chemie Overal , hoofdstuk 2.5
De huid Grootste orgaan
Boek: Geneesmiddelenkennis voor doktersassistenten
De Huid Bijgesteld
Geneesmiddelenkennis voor doktersassistenten
Eerst water de rest komt later
Hst. 3 De huid: het grootste orgaan!
Smul gezond.
Thema Zintuigen.
Basisstof 4 module 1 verkennen
Huid anatomie en fysiologie
Herhalings les module 1 Basisstof 1 t/M 4.
Hoofdstuk 14 Farmaceutische patientenzorg
Brandwonden
Hoofdstuk 2 Wat gaan we doen? Terugblik Doel van vandaag Nieuwe stof
Hoofdstuk 2 Wat gaan we doen? Terugblik Doel van vandaag Nieuwe stof
Scheikunde, een wetenschap
Wondverzorging.
De grens met de buitenwereld!!
VPH Les 2 medicate.
Scheikunde, een wetenschap
Transcript van de presentatie:

Huidmiddelen Hoofdstuk 8 Farmacotherapie in de apotheek Okt 2015

Inhoud  De huid  Toedieningsvormen  Keuze toedieningsvorm

De huid (Latijn: cutis)  Grootste orgaan; oppervlak: 1,5 tot 2 m 2  Bestaat uit:  Opperhuid (epidermis)  Bescherming tegen invloeden van buitenaf  Lederhuid (dermis)  bevat bloedvaatjes, talgklieren, lymfekliertjes, zenuwuiteinden  Onderhuids bindweefsel (subcutis)  warmte, energieopslag, bescherming tegen stoten

De huid

Toedieningsvormen  Vloeibaar  Halfvast (smeerbaar op de huid)  Vast (niet smeerbaar)

Toedieningsvormen: vloeibaar  Oplossingen (solutio)  Oplossingen in water, alcohol of propyleenglycol  Bijv. depvloeistof  Schudsels (lotion)  Combinatie vaste stof en vloeistof  Bijv. zinkoxideschudsel  Smeersel (linimentum)  Vet verdeeld in water (vloeibare emulsie)  Bijv. Lanettesmeersel voor op behaarde hoofdhuid

Toedieningsvormen: halfvast  Gel (mucilago)  Vloeistoffen die verdikt zijn tot een halfvaste massa  Vaak dik genoeg voor in een tube  Vb. carbomeerwatergel  Crème (cremor)  Mengsel van water en vetten met emulgator  Gemakkelijk afwasbaar  > 20% vaseline  vette creme

Toedieningsvormen: halfvast  Zalf (unguentum)  Vastere massa dan crèmes, bevat geen water  Onderverdeling:  Vette zalf  alleen vet (+ gnm) watervrij met vaseline en paraffine  Emulgerende zalf  vet + emulgator (+ gnm) water opneembaar, hechten makkelijk op vochtige huid, makkelijk afwasbaar, bv. Lanettezalf  Hydrofiele zalf  macrogolzalf water opneembaar, indrogend effect  Uitzondering: Koelzalf  Vet + emulgator + water = crème

Toedieningsvormen: halfvast  Pasta (pastae)  Hoog gehalte vaste stof (vaak meer dan 50%)  Onderverdeling:  Stijve pasta  vaste stof + vet bijv. zinkoxidepasta  Weke pasta  vaste stof + olie (+ evt. water) bijv. zinkoxide-kalkwaterzalf (ZOK-zalf)  Waterige pasta  vaste stof + water

Toedieningsvormen: vast  Strooipoeders (conspergentia)  Resorbeerbare strooipoeders, mogen (na sterilisatie) gebruikt worden op wonden, bv. resorbeerbaar strooipoeder  Niet-resorbeerbare strooipoeders, bevatten vaak talk, op intacte huid, bv. strooipoederbasis

Keuze toedieningsvorm  De gouden regel: Nat op nat Vet op droog

Keuze toedieningsvorm  Nattende huid  indrogend zinkoxidesmeersel of ZOK-zalf  Na behandeling huid afdekken; na wisseling verband de huid schoonmaken met olie (bv. paraffine)  Omslag gedrenkt, in bv. Water  Droge huid  Uitdroging tegengaan, bv. Vette crème, (vette) zalf  Zalf geeft huid glanzend laagje, dus overdag crème en ‘s nachts zalf

Keuze toedieningsvorm  Behaarde (hoofd)huid  Behandelen met oplossingen en gelen: makkelijk afwasbaar  Bv. lanettesmeersel  Mondslijmvlies  Moet goed hechten aan slijmvlies  Hypromellosezalf