Wat is evolutie ?. Charles Darwin (1809 – 1882)

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Wat is ‘goede’ wetenschap
Advertisements

HET ONTSTAAN DER SOORTEN
De eerste mensen Paragraaf 1 Hoofdstuk 2.
Evolutionair Denken Inhoud en opbouw van de cursus.
2.3 Evolutietheorieën Historisch overzicht Leestekst – Inleiding
Hoe het idee groeide Natuurwetenschappen werden gedomineerd door het christelijk denken. Bijbel bevatte alle kennis.
Evolutietheorie.
Tussentijdse evaluatie
Wet van Cope. Definitie  Lichaamsgrootte van organismen binnen een evolutielijn stijgt  E. D. Cope, 1871  Bij alle groepen van organismen  Wereldwijd.
Charles Darwin en de evolutietheorie
Darwins Idee Dennis Uit de Weerd.
Hoe populaties evolueren En Hoe rekenen we hieraan
“Nothing in biology makes sense except in the light of evolution“
Het ontstaan der soorten
Het ontstaan van de wereld en de mens
Darwin op de Campus Radboud Universiteit Nijmegen Alumnilezing 2009.
Natuurwetenschappen T3 Inleiding
26 februari 2009 Ludo Hellemans 1 Darwins theorie ë n Ludo Hellemans Studium Generale Universiteit Twente.
Ontstaan van soorten Naar de vragen
Evolutionair denken.
Vorige keer…. De evolutietheorie gaat uit van: - Verandering in genotypen - Natuurlijke selectie - Het ontstaan van nieuwe soorten Mutanten binnen een.
Basisstof 1: De evolutietheorie
Is de evolutietheorie des duivels oorkussen?
B. Stof 3 Hoofdthema’s in de Biologie
Tijd van jagers en boeren – – 3000 VC
Hoofdstuk 7: Erfelijkheid
Evolutionair denken.
Evolutie.
Erfelijkheid.
DEEL 2 : DE PREHISTORIE INSTAP 6.
Week 3: Systeemtheorie versus biologische psychologie
Ordening en Evolutie ‘Het is een teken van een geschoolde geest als iemand kan nadenken over een gedachte zonder ze te aanvaarden’  Aristoteles.
Terugblik BS 1 en 2 Biologie is de studie van organismen (levende wezens)
Nectar Hoofdstuk 20: Evolutie
26.4 Evolutie Meer dan tweeduizend jaar geleden: Griekenland
Darwinisme en de Nazi-Holocaust Door Cédric De Ruyck.
DNA-technologie 1 Virus plaatst zijn eigen DNA (of RNA) in het DNA van de gastheercel, waardoor deze de bouwstenen van het virus kan maken.DNAbouwstenen.
Darwin Charles Darwin ( ) 1831: 5-jarige wereldreis “The Beagle” 1859: “The origin of species” Uitgangspunt boek: Biologische/evolutionaire.
ERFELIJKHEID.
13.3 Soorten veranderen Evolutie.
Christian De Duve De lessen van het leven Marxistische Studies nr. 83, Welke identiteit voor de 99 %? Bedenkingen bij het boek Identiteit.
Charles Darwin Evolutietheorie. een geleidelijke ontwikkeling waarbij uit eenvoudig gebouwde soorten nieuwe ingewikkelder gebouwde soorten ontstaan.
De evolutietheorie VMBO – 2 kader Thema: Erfelijkheid en Evolutie Basisstof 4.
Hoofdstuk 5 Seksualiteit. Ongeslachtelijke voortplanting 1 ouder aseksueel Ontstaan identieke nakomelingen aan ouder (DNA)  Klonen Voorbeelden:  Bacteriedeling.
Evolutieleer Charles Darwin. Charles Darwin ( )
SN 2013fs Nature Physics Supernova van rode superreus
Thema Leven deel 1 Wat is wetenschap?.
ERFELIJKHEID.
6.1 Wat is genetische diversiteit?
Evolutie Thema 5 basisstof 1,2 en 3 Evolutietheorie
Charles Darwin 5 Evolutietheorie.
Wat is genetica? (hfdst 1 van ELF)
ERFELIJKHEIDSLEER.
Hoofdthema’s in de biologie
Hoofdstuk 1 Jagers en Boeren.
Wat is genetica? (hfdst 1 van ELF)
Hoofdstuk 5 Seksualiteit.
Tijd van jagers en boeren – – 3000 VC
Natuurlijke selectie.
Charles Darwin en de evolutietheorie
Studie van de levende en de niet-levende natuur
Intelligent Design dr J. M
Chromosomale mechanismen van overerving
Evolutie-simulatiepractica in de bovenbouw
6.1 Wat is genetische diversiteit?
Hoe is menselijke taal ontstaan?
Transcript van de presentatie:

Wat is evolutie ?

Charles Darwin (1809 – 1882)

-Darwins uitgangspunt: het “probleem van de soorten”: hoe ontstaan soorten ? -Antwoord hierop leidt tot mechanisme van de evolutie : natuurlijke selectie

Natuurlijke selectie: -Variatie tussen individuën van dezelfde soort -Meer geboorten dan dieren op voortplantingsleeftijd -“struggle for life” -De best aangepasten aan de leefomgeving hebben de grootste kansen om te overleven en zich voort te planten : natuurlijke se- lectie In tegenstelling tot de feitelijkheid van evolutie bleef het idee van natuurlijke selectie ook in wetenschappelijke kringen lang omstreden.

Darwinisme versus Lamarckisme

Seksuele selectie : kenmerken die voor individu geen grotere over- levingskansen bieden maar wel de kans op veel nakomelingen ver- groten.

Goede paarkans : meer dan 130 ogen in pauwenstaart (onderzoek van Marion Petrie) Verband tussen mooi uiterlijk en “goede genen” Gelijkenis tussen seksuele en kunstmatige selectie : de “eigenaar” bepaalt op basis van zijn voorkeur welke dieren paren – mogelijkheid van selectie van kenmerken die op eerste zicht geen grotere overlevings- kansen geven

Invloed en gevolgen van “The Origin of Species” : -Evolutiegedachte snel aanvaard in wetenschappelijke kringen -Dynamisch i.p.v. statisch wereldbeeld (zoals christendom 19 de eeuw) -Toegepast op biologie : het leven heeft een geschiedenis -Materialisme i.p.v. idealisme

Evolutie van de mens

Bijdrage aan wetenschappelijke methode Hoe “werkt ”wetenschap ? -Waarneming -Hypothese : een verifieerbare veronderstelling om de waarneming te verklaren -Experiment : verificatie van hypothese -Opbouw van theorie

Verbreding van de evolutie-idee : -Astronomie -Geologie ( in feite ging geologie biologie vooraf – o.a. Lyell) -Culturele evolutie

Culturele evolutie

Culturele evolutie : - Nieuwe ideeën/oplossingen naast oudere : variatie - Selectie van wat het best werkt -- Verspreiding van de beste bestaande oplossingen Culturele evolutie verschilt van biologische : - Werkt aan veel grotere snelheid - Accumulatie aan kennis en vaardigheden -- Lamarckiaans : nieuwe ideeën zijn eerder afkomstig van een streven naar perfectie dan van toeval

Zoals elke wetenschappelijke theorie wordt de evolutietheorie steeds verder ontwikkeld.

Synthetische evolutietheorie of neodarwinisme : gegevens uit genetica, populatiegenetica, ecologie enz. vervolledigen darwinisme Discussies, bvb. gebeurt selectie op genen ( The selfish gene – Dawkins) of op individuën ; gebeurt evolutie gradueel of sprongsgewijze

Synthetische evolutietheorie: - Lost probleem van Darwin op : mutatie als bron van variatie -- Mutatie = toevallig ; selectie = gericht

Discussie over het voorwerp van natuurlijke selectie : gen of individu Genotype = aanwezige genetische informatie (DNA) Fenotype = het individu met al zijn kenmerken - uiterlijk – fysiologie – biochemie – metabolisme – gedrag ; Het fenotype heeft een voortdurende uitwisseling met zijn omgeving “Selfish gene” = reductionisme Verdere nuancering : epigenetica (Lamarckiaans) ; ook genotype kent uit- wisseling met omgeving (bvb; beschadiging DNA)

Coëvolutie Genetisch-culturele coëvolutie : het vermogen tot cultuur is een zeer succesvolle eigenschap in darwinistische zin. Genetische constitutie die cultuur bevordert is evolutionair zeer voordelig.