Wiskunde op het VWO Kies je voorzichtig of wil je meer? En waarom zou je dat willen?
Welke wiskunde hoort bij welk profiel? C&M Wiskunde C of A E&M Wiskunde A of B N&G Wiskunde A of B N&T Wiskunde B
En dan is er ook nog Wiskunde D * alleen voor mensen die wb kiezen * keuzevak
Hoe komen we aan zoveel wiskunsten ? Tweede Fase (1998) wiskunde A1, A12, B1 en B12; ieder profiel een eigen wiskunde met veel uren Herziening Tweede Fase (2007) wiskunde A, B, C en D met minder uren wiskunde B en A en een nieuw keuzevak wiskunde D cTWO: nieuwe vakinhouden, vooral voor wiskunde C; voor onze school is dat nu al ingegaan. Landelijk is eerste examen nieuwe stijl in 2014
Wiskunde C Wiskunde C zit alleen in C&M (480 slu) Je kiest het als je een studie gaat doen waarin wiskunde niet zo belangrijk is: Juridische, taal- en cultuur- en gedrags- en maatschappijwetenschappen Wiskunde C is echt goed te doen Nu heeft wiskunde C een passende invulling Basisanalyse met een beperkt aantal algebraïsche vaardigheden Statistiek en kansen Vorm en inhoud Logica Rekenen met patronen Tonen en verhoudingen Grafen en matrices GR gebruik
Wiskunde C
Wiskunde A Je kiest het als je een studie wilt doen waarin meer dan basiskennis wiskunde nodig is (520 slu); in C&M, E&M en N&G Alle economische- en biomedische studies vallen daaronder. Voor deze richtingen is minimaal wiskunde A vereist. Voor geneeskunde laat men de keuze wiskunde A of B open. Met wiskunde B ben je inhoudelijk in het voordeel. Als je moet loten misschien weer niet. Voor economische studies is wiskunde B een voordeel. (voor econometrie een must) basisanalyse met een flink aantal algebraïsche vaardigheden Tellen en kansen Statistiek en kansrekening Differentiëren en toepassingen Grafen en matrices GR gebruik
Wiskunde A
Wiskunde B Wiskunde B is een profielvak (600 slu) in E&M, N&G en N&T Wiskunde B sluit het beste aan bij vakken als natuurkunde en scheikunde (ondersteunt elkaar) Moeilijker dan wiskunde A maar.. minder gekoppeld aan teksten; het vergt veel inzet Je kiest het als je een studie wilt doen waarin veel wiskunde nodig is: alle bèta- en technische wetenschappen en econometrie. Ook voor studie economie is wiskunde B een goede basis Als je wiskunde B kiest kun je alle studierichtingen nog kiezen. Minder aansluitingsproblemen Basisanalyse met veel algebra Differentiëren en integreren Goniometrie en krommen Meetkunde en algebra Keuze onderwerp (40 slu)
Wiskunde B.
Wiskunde D Wiskunde D is geen profielvak, maar een keuzevak (440 slu) Wiskunde D kan alleen gekozen worden naast wiskunde B (wiskunde D en A overlappen) Wiskunde D heeft geen centraal examen Het geeft betere aansluiting voor de technische studies Omdat het vak verbredend is én verdiepend Niet veel moeilijker dan wiskunde B en dus niet alléén voor getalenteerden. Statistiek en kansrekening Vlakke meetkunde en analytische meetkunde Dynamische modellen (ict-gericht) Keuzeonderwerpen (complexe getallen, cryptografie, speltheorie, computer analyse)
Wiskunde D
Mentale en vaardigheidsverschillen A(C) 1. Minder algebra 2. Toepassingsgericht en altijd in een context 3. Veel kansrekenen en statistiek 4. Niet alleen maar volgen van recepten, zelf denken en interpreteren 5. Gezond verstand en ijver 6. Affectie met economische contexten B(D) 1. Veel algebra 2. Redelijk abstract en vaak niet in contexten 3. Veel stof in een beperkt aantal lesuren, dus veel zelfstudie en veel oefenen 4. Inzicht en rekenvaardigheden nodig 5. Doorzettingsvermogen noodzakelijk
Wiskunde A of B (en D) of C? wiskunde C eigen programma in C&M, leuk en goed te doen wiskunde A meer algebra, veel statistiek en kansen, veel in contexten wiskunde B heel veel algebra, vraagt veel oefening en extra inspanning wiskunde D vind je wiskunde best leuk en kun je er wat van?
Zoek de verschillen