De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De incubatiethese herzien: Bedrijvendynamiek op stedelijke werklocaties Anet Weterings & Otto Raspe.

Verwante presentaties


Presentatie over: "De incubatiethese herzien: Bedrijvendynamiek op stedelijke werklocaties Anet Weterings & Otto Raspe."— Transcript van de presentatie:

1 De incubatiethese herzien: Bedrijvendynamiek op stedelijke werklocaties Anet Weterings & Otto Raspe

2 Incubatiethese  Hoover & Vernon (1959): broedplaats  Centrale stad als incubatiemilieu voor nieuwe bedrijven  Goedkope huisvesting en noodzaak tot veel contacten met klanten, toeleveranciers  Leone & Struyck (1976): groeiplaats  Groeiende bedrijven verhuizen naar de rand van de stad  Behoefte aan groter en/of meer representatief pand

3 Incubatiethese  Veranderingen sinds de incubatiethese:  ‘Verdienstelijking’ van de economie  Mogelijkheden informatie- en communicatietechnologie  Toename van het aantal kleine bedrijven (ZZP’ers)  Incubatiethese is veelvuldig bekritiseerd, maar wijst op het proces achter bedrijvendynamiek in steden:  Door veranderde locatievoorkeuren is een bedrijf gevestigd op verschillende werklocaties in de stad  75% van alle verhuizende bedrijven verhuist binnen dezelfde gemeente

4 Incubatiethese herzien  Meeste nieuwe bedrijven worden tegenwoordig in woonwijken gestart  lage huisvestingskosten, het beperken van de risico’s en het gemakkelijk kunnen combineren met andere taken  Meeste bedrijven gestart in de diensten; formeel bedrijfspand in eerste instantie niet meer noodzakelijk  Groeiende bedrijven verlaten de woonwijk, maar waar gaan ze heen?  bedrijventerreinen en kantoorlocaties bieden ruimte en goede bereikbaarheid  Maar, toename van bedrijven die voorkeur geven aan de uitstraling van de omgeving en voorzieningen

5 Vraagstelling  Welke werklocaties in de stad functioneren tegenwoordig als broedplaats of als groeiplaats?  In hoeverre is er sprake van een proces van ruimtelijke uitsortering en specialisatie op de stedelijke werklocaties?

6 Broedplaatsen  Broedplaatsen worden gekenmerkt door veel oprichtingen van bedrijven  Maar op locaties waar veel bedrijven worden gestart, stoppen ook vaak veel bedrijven  Daarom: wat is het saldo van oprichtingen en opheffingen op stedelijke werklocaties?

7 Oprichtingen en opheffingen per locatietype

8 Groeiplaatsen  Op groeiplaatsen vestigen zich veel bestaande bedrijven  Er moeten zich meer bestaande bedrijven vestigen dan er vertrekken (vestigingsoverschot)  Daarom: wat is het saldo van vertrekkende en vestigende bedrijven op stedelijke werklocaties?

9 Verhuisdynamiek per locatietype

10 Verhuisdynamiek per werklocatie Bestemming Bedrijven- terreinen Kantoren- locatieWoonwijk Detailhandel en horecaBinnenstad Stations- locatieOverig Herkomst Bedrijventerrein7,37%0,80%3,56%0,14%0,30%0,65%1,24% Kantorenlocatie0,77%0,42%0,58%0,03%0,11%0,22%0,17% Woonwijk8,47%0,98%33,71%1,15%2,24%3,21%7,01% Detailhandel horeca0,32%0,08%1,07%0,61%0,07%0,15%0,20% Binnenstad0,69%0,19%2,41%0,08%2,52%0,56%0,34% Stationslocatie1,29%0,34%3,03%0,13%0,55%1,82%0,66% Overig2,14%0,20%4,05%0,17%0,21%0,46%2,53%

11 Verhuisdynamiek per werklocatie Bestemming Bedrijven- terreinen Kantoren- locatieWoonwijk Detailhandel horecaBinnenstad Stations- locatieOverig Herkomst BedrijventerreinxxxXxxx Kantorenlocatie-0,03%xxXxxx Woonwijk4,92%0,40%xXxxx Detailhandel horeca0,18%0,05%-0,09%Xxxx Binnenstad0,39%0,08%0,17%0,02%xxx Stationslocatie0,64%0,13%-0,19%-0,02%-0,01%xx Overig0,91%0,03%-2,96%-0,03%-0,13%-0,20%x

12 Broedplaats of groeiplaats?

13 Conclusies  Broedplaatsen: woonwijken, hoogste oprichtingensaldo en grootste vertrekoverschot  Groeiplaatsen: alleen bedrijventerreinen en kantoorlocaties  Woonwijken zijn een startlocatie, die groeiende bedrijven verruilen voor formelere werklocaties  Woonwijken karakteriseren zich ook door veel interne dynamiek  Andere werklocaties ook vooral broedplaatsen, maar in mindere mate dan woonwijken

14 Jaarlijkse groei van werklocaties 1999-2006

15 Ruimtelijke selectie en uitsortering  Maar groeien bepaalde type bedrijven op bepaalde locaties sneller? Verandert de ‘kleuring’ van de werklocaties?  Gemiddelde jaarlijkse groei van het aantal vestigingen op de werklocaties uitgesplitst naar:  Sector  Omvang

16 Selectie en uitsortering naar sector?

17 Selectie en uitsortering naar omvang?

18 Conclusies  Mate van specialisatie van werklocaties neemt eerder af dan toe, vooral door ontwikkeling op formele werklocaties  Daar neemt zowel het % kleine bedrijven (minder dan 5 medewerkers) als het % bedrijven in de zakelijke diensten en consumentendiensten toe  Samenstelling van bedrijven op bedrijventerreinen steeds minder eenzijdig: nog altijd vooral grote industriële en logistieke bedrijven, maar steeds meer kleine en dienstenbedrijven

19 Beleidsimplicaties  Ten eerste neemt de heterogeniteit van het type bedrijven op bedrijventerreinen toe.  Sommige bedrijven kunnen op zowel bedrijventerreinen als kantoorlocaties terecht: gevaar voor overaanbod  Ten tweede een trend van toename van het aandeel bedrijven op werklocaties aan de rand van de stad en afname in de stad  Waarom is een openstaande vraag:  Mogelijkheden voor bedrijven om te groeien?  Beleid: uitplaatsing of binnenstedelijk bouwen?

20 Beleidsimplicaties  Deze studie toont dat er sprake is van een grote mate van dynamiek in woonwijken: veel starters en veel vertrekkers.  Kan/moet het beleid de vertrekkende bedrijven tegenhouden?  Het behoud van snelgroeiende bedrijven in woonwijken vereist een grondige aanpassing van de inrichting van dat soort locaties, mismatch met binnenstedelijk bouwen  Is het nodig die bedrijven in de woonwijk te behouden of is het voldoende er steeds nieuwe bedrijven in de wijken ontstaan?


Download ppt "De incubatiethese herzien: Bedrijvendynamiek op stedelijke werklocaties Anet Weterings & Otto Raspe."

Verwante presentaties


Ads door Google