De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Microscopische helpers en sluipmoordenaars

Verwante presentaties


Presentatie over: "Microscopische helpers en sluipmoordenaars"— Transcript van de presentatie:

1 Microscopische helpers en sluipmoordenaars
EASMHS01K Presentatie titel Rotterdam, 00 januari 2007 Rotterdam, november 2013

2 Habitat Staphylococcus aureus
20-30% van de gezonde mensen draagt S.aureus in (neus)slijmvlies en op de huid

3 Uiterlijk Staphylococcus aureus

4 Gram-positieve/Gram-negatieve cel-envelop
Peptidoglycaan is het materiaal waaruit de bacteriële celwand is opgebouwd HLO BML Nester et al (2007, 5th ed) Microbiology: A Human Perspective. McGrawHill, New York

5 Uiterlijk Staphylococcus aureus

6 infectie Staphylococcus aureus
Meestal via wond Hechting aan cellen Hechten aan bloedstolsels Afbraak van weefsel door Staphylococcus enzymen Lek maken van cellen

7 Infectie vereist hechting: fimbriae bevatten adhesines

8 Ziekmakende eigenschappen van Staphylococcus aureus
Celdodende eiwitten uitscheiden: exotoxines Verbindingen tussen cellen afbreken mbv enzymen Loslaten van huidcellen (schilfers) Hyperactivatie van afweercellen en daardoor aspecifieke celafbraak (toxische shock)

9 Antilichamen en immuuncellen

10 overleving Staphylococcus aureus
Endotoxines en Superantigenen: hyperactivatie van immuunsysteem, geeft ‘toxic shock syndrome’ Exotoxines: giftig voor cellen Protein A: bind antilichamen ‘verkeerd-om’ waardoor de imuuncellen niet geactiveerd worden. Kapsel: is moeilijk doordringbaar voor antilichamen en schermt eventueel toch gebonden antilichamen af voor immuuncellen

11 MRSA Methicilline resistente Staphylococcus aureus
Methicilline is een kunstmatige gemaakte variant van natuurlijk penicilline MRSA is verder niet anders dan andere S.aureus bacteriën Volgende generatie: Vancomycine resistentie (VRSA) in MRSA

12 Uiterlijk Legionella pneumophila
In Juli 1976, was er een uitbraak van longontsteking tijdens een congres van amerikaanse leger-veteranen in Philadelphia. Er werden 147 personen opgenomen waarvan er 34 overleden Copyright © Centers for Disease Control, Atlanta USA Pneumo=long, lucht

13 Uiterlijk Legionella pneumophila
Legionella bacteriën kleuren niet met de normale procedure, groeien niet op standaard voedingsbodems en kunnen variëren van kokkobacillen tot lange filamenten Copyright © Centers for Disease Control, Atlanta USA

14 Habitat Legionella pneumophila
Water IN (!!) amoebes en daardoor beschermd

15 infectie Legionella pneumophila
via inademing van microscopisch kleine druppels (aerosolen) Copyright © Lenntech BV, Delft

16 overleving Legionella pneumophila
Legionella overleeft en deelt in phagosoom Streptococcus pyogenes (keelontsteking) produceert een C5a peptidase

17 overleving Legionella pneumophila
Legionella overleeft en deelt in phagosoom

18 Ziekmakende eigenschappen Legionella pneumophila
Celdodende eiwitten uitscheiden (exotoxines) Ijzer wegvangen voor andere cellen Hierdoor sterven o.a. slijmcellen in de luchtwegen en krijg je secundaire infecties Afweercellen (fagocyten) gaan minder goed functioneren

19 Escherichia coli bijv. EHEC
Escherichia coli is een darm (colon) bacterie en werd voor het eerst beschreven in 1885 door dr. Theodor Escherich. Diarreeveroorzakende E. coli : ingedeeld in 6 verschillende groepen: enteropathogene E. coli (EPEC), enteroinvasieve E. coli (EIEC), enterotoxigene E. coli (ETEC), enteroaggregatieve E. coli (EAEC of EAggEC), diffuus-adhererende E. coli (DAEC) en Enterohemorragische (darmbloedingen) E. coli (EHEC).

20 Escherichia coli bijv. EHEC
De laatste groep, de EHEC, behoort tot de zogenaamde shigatoxineproducerende E. coli (STEC), ook wel aangeduid als vero(cyto)toxine-producerende E. coli (VTEC). Shigatoxineproducerende E. coli-stammen (STEC) kunnen bij de mens nierfalen veroorzaken

21 Escherichia coli bijv. EHEC
STEC behoort tot de familie van de Enterobacteriaceae en het geslacht Escherichia. Het omvat gramnegatieve, asporogene, onbeweeglijke of beweeglijke (peritriche flagellen) rechte staafjes. E. coli is facultatief anaeroob, oxydase negatief en in staat te overleven op minimale basismedia. De meest toegepaste methode voor subclassificatie van E. coli-stammen is serotypering. Deze is gebaseerd op verschillen in antigenen. Er zijn buitenmembraan-suiker(O), flagellaire eiwit (H) en kapsel-suiker (K)-antigenen. Het meest frequent geïsoleerd bij nierfalen zijn E. coli O157:H7 en E. coli O157:H- (H negatief).

22 Uiterlijk Aspergillus flavus

23 Habitat Aspergillus flavus

24 Habitat Aspergillus flavus

25 infectie Aspergillus flavus
via inademen van (meestal asexuele) sporen

26 overleving Aspergillus flavus
Mycelium in longen

27 Ziekmakende eigenschappen Aspergillus flavus
Verminderde longfunctie (Aspergillose) Ook: Aflatoxine doodt levercellen Bij langdurige, lagere dosis: kankerverwekkend (lever)

28 Uiterlijk HepatitisB virus

29 Uiterlijk HepatitisB virus

30 Habitat HepatitisB virus
Menselijke lever

31 infectie HepatitisB virus
via bloed-bloed contact Sexueel overdraagbaar Virus hecht specifiek aan levercellen

32 Ziekmakende eigenschappen HepatitisB virus
Afweer reactie tegen geïnfecteerde levercellen Ijzer wegvangen van andere cellen

33 overleving HepatitisB virus
Geinfecteerde cellen scheiden een eiwit uit dat de immuuncellen “ afleidt” HepB virus zorgt voor uitscheiding van grote hoeveelheden van het virale membraaneiwit, dat “lege” deeltjes vormt. Veel activiteit van ons immuunsysteem wordt verspild aan deze eiwitdeeltjes.

34 Uiterlijk Influenza virus

35 Habitat Influenza virus
Mensen en dieren (vogels)

36 Uiterlijk Influenza virus

37 infectie Influenza virus
Via inademen Virus hecht aan cellen in longen en wordt in de cel opgenomen Hemagglutinine geeft hechting Neuraminidase (sialidase) knipt de hechtingsplaats van cellen af

38 infectie Influenza virus

39 Ziekmakende eigenschappen Influenza virus
Cellen sterven uiteindelijk af waardoor de slijmlaag wordt aangetast die onze longen beschermd tegen bacterie infecties Meestal zijn hieropvolgende infecties door bacteriën de reden voor eventueel dodelijke afloop

40 overleving Influenza virus
Oppervlakte van het virus veranderd steeds een beetje (antigene drift), en bij een combinatie van twee verschillende varianten die tegelijk in 1 cel terechtkomen veranderd het oppervlakte snel (antigene shift). Hierdoor is de afweerreactie minder goed omdat de geheugencellen van ons afweersysteem de virussen niet goed meer herkend.

41 Oppervlakte verandering Influenza virus

42 Nieuwe H1N1 variant

43 Epidemie-Pandemie nanodeeltjes als vaccin
Spaanse griep H1N1: 50 miljoen doden Aziatische griep H2N2: 1 miljoen doden Hongkong griep H3N2: doden 2009 Mexicaanse griep nieuwe H1N1: doden 2009 in NL: Mexicaanse griep: 60 doden Gemiddelde seizoensgriep in NL: doden nanodeeltjes als vaccin


Download ppt "Microscopische helpers en sluipmoordenaars"

Verwante presentaties


Ads door Google