Download de presentatie
1
Het werkwoord être (= zijn)
Persoonlijke voornaamwoorden Deze worden als onderwerp gebruikt. Nederlands Frans ik je jij tu hij il enkelvoud zij elle men/we on
2
Nederlands Frans wij nous jullie vous u vous meervoud zij (mannelijk) ils zij (vrouwelijk) elles Let op! Zijn ‘zij’ zowel mannen als vrouwen, of is dit onbekend, neem dan de mannelijke vorm (ils).
3
Het werkwoord être vertaling: zijn Het werkwoord is onregelmatig: er is geen logica, je moet iedere vorm apart leren! Het werkwoord kent de volgende vervoegingen:
4
vervoeging vertaling je suis ik ben tu es jij bent il est hij is elle est zij is on est men is/we zijn nous sommes wij zijn vous êtes jullie zijn/u bent ils sont zij zijn elles sont zij zijn
5
voorbeelden je suis une fille ik ben een meisje tu es un garçon jij bent een jongen il/elle/on est sympa hij/zij/men is aardig In plaats van il kun je een jongensnaam invullen. Marc est sympa Marc is aardig In plaats van elle kun je een meisjesnaam invullen. Sarah est sympa Sarah is aardig
6
nous sommes ici wij zijn hier vous êtes à Paris jullie zijn in Parijs u bent in Parijs ils sont Français zij zijn Frans elles sont Françaises zij zijn Frans In plaats van ils kun je twee jongensnamen of één jongensnaam en één meisjesnaam invullen. Marc et Julien sont Français Marc en Julien zijn Frans. Marc et Sarah sont Français Marc en Sarah zijn Frans.
7
In plaats van elles kun je twee meisjesnamen invullen
In plaats van elles kun je twee meisjesnamen invullen. Sarah et Julia sont Françaises. Sarah en Julia zijn Frans. het is/dat is = C’est het zijn/dat zijn = Ce sont
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.