Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
1
Ontwikkeling en de basisschool
College 2; schrijven, rekenen en kennis & inzicht Ontwikkeling en de basisschool
2
Programma Schrijven Rekenen Kennis en inzicht
3
Wie schrijft die blijft
De pen is machtiger dan het zwaard. Kan je op je buik schrijven Zwart op wit zetten Met dubbel krijt schrijven Met een schone lei beginnen De puntjes op de i zetten Zand erover Dat is niet om over naar huis te schrijven
4
Schrijfstijlen blokschrift schuinschrift
Koordschrift/lopen blokschrift
5
Schrijven Verstandelijk activiteit Motorische activiteit
Lateralisatie, samenspel van de hersenhelften Foneem-grafeem: klanken-lettertekens
6
Specifieke vaardigheden voor schrijven
Lezen en schrijven hebben een sterke samenhang, maar toch gebruik je specifieke vaardigheden Oog-handcoordinatie Fijne motoriek Beheersing laatste vingerkootjes Duim en pols kunnen draaien Opdracht: teken het volgende figuur: vierkant
7
Kinderen leren schrijven
Krabbels Steeds meer herkenbare letters Cijfers worden gebruikt (1-10) Na een tijdje komen woordjes tevoorschijn Soms in spiegelbeeld Letters verspreid op papier Fonetisch schrijven wat je hoort schrijven
8
Ontwikkeling schrift in combinatie met schrijfgerei
Rietpen…hallo.. blok Veer…hallo..blok sierlijk Kroontjesopen..hallo..schuin Balpen..hallo..kan alle kanten op
9
Opdracht: Teken een vierkant
10
Regels en voorkeuren Beginnen bij een punt bovenaan
Beginnen aan de linkerkant van een figuur Beginnen met een verticale lijn Horizontale lijn van links naar rechts Verticale lijn van boven naar beneden Voorkeur voor een ononderbroken lijn
11
Lettervormen Ballistisch schrijven Het in één keer kracht geven en afremmen tijdens het schrijven van een letter. Dit gebeurt als het kind een vaste hand heeft Proprioceptieve waarneming Waarnemen van het eigen spier, tast en evenwichtsgevoel. Steeds corrigeren. Dit resulteert in een bibberig handschrift
12
3 aspecten van leren schrijven
Onthouden van verschillende letters en de bewegingen Die kennis tijdens schrijven snel ophalen uit het geheugen Bewegingen snel en goed uitvoeren
13
Fasen in het schrijven Modelfase Bij leren schrijven wordt vaak tussendoor gestopt om letter te herinneren Etiketfase letter kan in 1x worden geschreven, zonodig met een stop wegens kramp Automatisering De sturing van de spieren gaat niet langer bewust Pas bij 9 a 10 jaar/groep 6 gaat schrijven echt vloeiend
14
Overig Linkshandigheid Schrijfstoornissen Begrijpelijk schrijven
Dysgrafie; stoornis in het LEREN schrijven Agrafie; kennis over schrijven is verloren Begrijpelijk schrijven te-leren-schrijven.html
15
Rekenen Wiskunde=de kennis van het meetbare en het voorspelbare dmv symbolen >=+-x Rekenen is het bezig zijn met getallen en aantallen Begrip is wiskunde werkwoord is rekenen Getalbegrip is de basis voor wiskundig inzicht en rekenkundig handelen.
16
Cognitieve rijpheid is de basis van getalbegrip
Piaget: in de pre-operationele fase(2-6 jr) is getalbegrip nog niet aanwezig In de concreet-operationele fase (6-11 jr) is getalbegrip wel aanwezig
17
Uit onderzoek blijkt: Dat kinderen die god met getallen en aantallen om kunnen gaan later een grotere kans hebben op schoolsucces Aangeboren onafhankelijk van afkomst, sekse, gedrag
18
Getalbegrip Tellen..algemeen nummers noemen Correspondentie; tellen wat je ziet (te maken met objectpermanentie) Classificatie; groeperen van verzameling Seriatie Hoofdgetal (kardinale getal) totaal bv 10..hoeveel studenten Ranggetal (ordinale getal) 1,2,3,4
19
Fasen in rekenen Basisautomatismen; aanvankelijk rekenen
Optellen van getallen onder de tien Splitsen van een hoofdgetal 11= 8+3, 10+1, 9+2 Tientalpassering Bewerkingen / cijferen G10-methode; 21+17; 21+10= 31; 31+7=38 1010-methode; 21+17; =30; 1+7=8; 30+8=38
20
Verder nog lezen Realistisch rekenen; redactiesommen
Kinderen laten reken met praktijk Ongecijferdheid Soort cijfer analfabetisme Sekseverschillen Jongens beter dan meisjes..evolutie?? Geld Begrip voor kinderen niet bekend
21
Kennis en inzicht Kennis is weten inzicht is begrijpen
Verschillende verbanden: Oorzakelijk; oorzaak-gevolg Absoluut; altijd gevolg ‘de zon komt altijd op in het oosten’ Waarschijnlijk ‘als ik op het lichtknopje druk, dan gaat het licht aan’ Schijn-oorzakelijkheid
22
Piaget Concreet-operationele fase (6-11 jr)
Het kind kan zich andere gezichtspunten voorstellen Het kind kan meerdere dingen met elkaar in verband brengen Denkhandelingen voltrekken zich nog in concrete beelden, bv morsen drank/vast Begrip van omkeerbaarheid/Conservatie(inzicht in veranderingen) Besef van relativiteit en wederkerigheid Links rechts/broers
23
Vygotsky Op basis van ontwikkeling van de mens door sociale interactie
Alle psychische processen zijn sociaal Zone van naaste ontwikkeling Praten is belangrijk Leren maakt ontwikkeling mogelijk
24
Intelligentie Intelligentie omvat zoveel, dat er moeilijk een definitie van te geven is. 3 manieren van denken over intelligentie: A; potentiele intelligentie; aangeboren B; ‘levensintelligentie’;resultaat potentie en ervaring C; meetbaar deel van intelligentie;iq
25
Wetenschappers over intelligentie
Binet & Stern; intelligentietests Sternberg; drievoudige intelligentie Context(situatie), ervaring, stappen Gardner; 8 soorten specifieke intelligentie Goleman; emotionele intelligentie
26
Gardner Linguïstisch / Verbaal Logisch / Mathematisch
Visueel / Ruimtelijk Lichamelijk / Kinesthetisch Muzikaal / Ritmisch Naturalistisch Interpersoonlijk / Sociaal gericht Intrapersoonlijk / Zelfkennis
27
Binet & Stern; intelligentietest
Alfred Binet ontwikkelde een instrument om zwakbegaafden te onderscheiden van ongemotiveerde leerlingen… dat werd een intelligentietest om ‘intelligentieleeftijd’ te meten William Stern ging verder met dat idee. IQ was volgens hem de verhouding tussen de mentale leeftijd (of intelligentieleeftijd) en de chronologische leeftijd (werkelijke) Mentale leeftijd x 100 = IQ Chronologische leeftijd
28
Hoogbegaafdheid Aantal aspecten Bijna altijd op specifiek terrein
Op basisschool bij taal en rekenen Alertheid voor wat niet meteen duidelijk is Kind moet wel prestatiegericht zijn Sociale gerichtheid heeft invloed Hoogbegaafdheid is relatief
29
Metageheugen Het onthouden van strategieën die nodig zijn
om dingen te leren en te onthouden. Enkele leerstrategieën Herhalen Aantekeningen maken Onderstrepen In eigen woorden navertellen Vragen bedenken die leraar zou kunnen stellen
30
Metacognitie Metacognitie: ‘denken over denken’
Weten wat je weet (declaritive knowledge) Weten hoe je meer te weten kunt komen Weten hoe je iets moet aanpakken (executive control)
31
Intelligentietests
32
Volgende week Persoonlijkheidsontwikkeling; H5 en H6
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.