Download de presentatie
1
Passieve en actieve zinnen
Taalverhaal blok 4 les 5
2
Passieve zinnen In een passieve zin doet het onderwerp niets. Het wordt door iemand gedaan. Vaak is de persoonsvorm ‘worden’ of ‘zijn’; De brief | wordt | door de secretaresse | getypt. Het onderwerp | wordt | door iemand | gedaan. Persoonsvorm: wordt Onderwerp: de brief Deelwoord: getypt
3
Actieve zinnen In een actieve zin is het onderwerp actief en voert hij iets uit of is hij iets; De secretaresse | typt | de brief. Het onderwerp | doet| iets. Persoonsvorm: doet Onderwerp: de secretaresse Lijdend voorwerp: de brief
4
Even testen… Juf Meggie geeft les. Passief X Actief √
De tekstboekjes voor de musical Passief √ Actief X worden door de conciërge gekopieerd. Het huiswerk word door de kinderen Passief √ Actief X van groep 8 gemaakt. Meneer Wouter kijkt het huiswerk na Passief X Actief √ Passief Actief Passief Actief Passief Actief Passief Actief
5
Hoe maak je een passieve zin actief?
Het onderwerp uit de (passieve) zin word nu het lijdend voorwerp. Het onderwerp verandert dus. Het onderwerp gaat nu iets doen. (namelijk de brief schrijven). De brief word door de secretaresse getypt. (Passief) De secretaresse typt de brief. (Actief)
6
Even testen… (Passief):De tekstboekjes van de musical worden door de conciërge gekopieerd. (Actief): De conciërge kopieert de tekstboekjes van de musical. (Passief): De rollen worden verdeeld door de leerkrachten vóór het einde van de maand. (Actief): De leerkrachten verdelen de rollen voor het einde van de maand. Antwoord Antwoord
7
Maar nu andersom… Het lijdend voorwerp uit de actieve zin word nu het onderwerp. Juf Meggie geeft les. De les word gegeven door juf Meggie. Het onderwerp is nu niet meer actief. Het onderwerp wordt door iemand gedaan. (de les word gegeven door juf Meggie)
8
Nog een keertje testen… (van actief naar passief)
(Actief): Roos bakt taart. (Passief): De taart word gebakken door Roos. (Actief): Jasper leest een boek. (Passief): Het boek word gelezen door Jasper. Antwoord Antwoord
9
Het werkblad maken Het werkblad maak je samen met je schoudermaatje. Hiervoor krijg je 15 minuten! BEN JE EERDER KLAAR? Maak de tekening. Als je deze afhebt, lever je deze in. Je werkblad hou je op je tafel. screen/
10
Antwoorden opdracht 1 1. (Passief): De computer word gekocht door een man. 2. (Passief): Het brood word geroosterd door Vicky 3. (Passief): Het woordenboek word gezocht door de kinderen. 4. (Passief): De PowerPoint presentatie word gemaakt door juf Meggie
11
Antwoorden opdracht 2 5. (Actief): De jarige geeft een feest.
6. (Actief): Dj Hardwell draait de muziek op het feest. 7. (Actief): Myrthe en Viktor versieren de zaal. (Actief): De fotograaf maakt de foto’s.
12
Antwoorden opdracht 3 Zin 1: PV: koopt Zin 2: PV: roostert Gez: koopt Gez: roostert Ond: de man Ond: Vicky Ldv: een computer Ldv: het brood Zin 3: PV: zoeken Zin 4: PV: maakt Gez: zoeken Gez: maakt Ond: de kinderen Ond: Juf Meggie Ldv: het woordenboek Ldv: een PowerPoint presentatie
13
Antwoorden opdracht 3: Zin 5: PV: word Zin 6: PV: word Ond: het feest Ond: de muziek Dw: gegeven Dw: gedraaid Zin 7: PV: word Zin 8: PV: worden Ond: de zaal Ond: de foto’s Dw: versierd Dw: gemaakt
14
EINDE
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.