Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdAugusta Gerritsen Laatst gewijzigd meer dan 10 jaar geleden
1
Voorbereiding post 4 Ik zie, ik zie wat jij niet ziet Groep 1-2-3
2
Welkom bij IVN Valkenswaard Dit is de Powerpointserie als voorbereiding op post 4: Ik zie, ik zie wat jij niet ziet, voor groep 1, 2 en 3. Inhoud: Algemeen Inleidend spel Verhaal over het infobord Spel Werkvel Opruimen
3
Algemeen Voor post 4 is een tafel nodig met genoeg stoelen voor de kinderen en voor de begeleider. Aan deze tafel wordt het spel gespeeld. Bij deze post is het erg instructief om wandelende takken in een terrarium te kunnen bekijken. Informeer bij IVN Valkenswaard of het mogelijk is deze samen met het project te ‘lenen’. Worden er op de post werkvellen gebruikt, zorg dan voor (kleur) potloden.
4
Voorin het werkboek dat op de post ligt vindt u op papier hoe u werkt met het inlei- dend spel en met het bord. Achter het tabblad ‘Onder- bouw’ vindt u informatie over het spel en het werkvel. Neem voor het verhaal niet meer dan 10 minuten en de rest van de tijd voor het spel. Het werkblad kan op school worden gemaakt, dit hoeft niet op de post.
5
Inleidend spel Hoe camouflage werkt is heel aanschouwelijk duidelijk te maken. Hiervoor is het inleidend spel. Het materiaal bestaat uit een spelbord in camouflagetinten en een doosje met gekleurde plastic rondjes.
6
Start Leg van tevoren op het bord wat rondjes neer, minimaal 20 van elke kleur (rood, geel, doorzichtig en natuurkleuren). Spelverloop De kinderen mogen 10 tellen lang rondjes van het bord oppakken. Let op! Niet met de hand van het bord schuiven maar echt oppakken. Daarna gaan we kijken welke rondjes het meest gepakt zijn.
7
Napraten Welke rondjes zijn het meest gepakt? Waar- schijnlijk zijn dit de rode en gele rondjes. De rondjes in natuurkleuren en de door- zichtige rondjes zullen veel minder vaak gepakt zijn, want die vallen veel minder op. Kijk maar op de foto: in iedere rode cirkel ligt een rondje! In de natuur werkt het net zo: een dier dat goed gecamoufleerd is, zal minder vaak gepakt worden – of als het een roofdier is: zal meer kans hebben om een prooi te pakken te krijgen. Voor de volgende kinderen blijven de rondjes op het bord liggen.
8
Verhaal Camouflage is verborgen zijn, onopvallend. Hierbij spelen kleur, vorm, gedrag en geur een rol. Op de post willen we de kinderen kennis laten maken met drie verschillende soorten camouflage: Defensieve camouflage: verborgen zijn voor je vijanden. Agressieve camouflage: verborgen zijn voor prooidieren. Neppers: lijken op iets wat niet eetbaar is. Van iedere soort worden voorbeelden gegeven op de borden. Eventueel zijn levende wandelende takken te zien.
9
Defensieve camouflage Op dit bord staan 6 voorbeelden van dieren die camouflage gebruiken om niet gezien te worden door roofdieren. Dit zijn: - reekalf - kievitjong - berkenspanner - kabeljauw - schol - sneeuwhaas Kies zelf twee dieren die jonge kinderen aanspreken om over te vertellen, bijv. kievitjong en sneeuwhaas.
10
Agressieve camouflage Op dit bord staan 6 voorbeelden van dieren die camouflage gebruiken om niet gezien te worden door hun prooien. Dit zijn: - tijger - hermelijn - adder - ijsbeer - krabspin - zilvermeeuw Kies zelf twee dieren die jonge kinderen aanspreken om over te vertellen, bijv. tijger en ijsbeer.
11
Neppers Op dit bord staan 7 voorbeelden van dieren die proberen om te lijken op iets wat niet te eten is (‘neppers’). Dit zijn: - nachtzwaluw - zebra - ei / jong Noordse stern - roerdomp - pop oranjetip - vogelpoepje (nachtvlinder) - tuinslak Kies zelf twee dieren die om over te vertellen, bijv. roerdomp en vogelpoepje.
12
Wandelende takken (als deze aanwezig zijn) In het terrarium wonen tientallen levende wande- lende takken. Op het bord over agressieve camou- flage hangt een gelami- neerde kaart met informatie over de dieren. Die kunt u voorlezen. U kunt de kaart van het klembord halen, dat leest wat makkelijker.
13
Maak het terrarium niet open, de kinderen kunnen de takken ook door het glas bekijken. Spannend, wie ziet de diertjes? Als de kinderen eenmaal in de gaten hebben hoe de wandelende tak eruit ziet, zullen ze hoe langer hoe meer diertjes ontdekken. wandelende takken
14
Spel Voor de groepen 1, 2 en 3 wordt het camouflagespel gebruikt. Materiaal: plastic doos met 10 doorzichtige kaarten met een dier erop en 10 plankjes met de natuur- lijke omgeving van de dieren. (In de krat zit ook een kleinere doos met gelamineerde tekstkaarten, deze worden voor groep 1-2-3 niet gebruikt.)
15
Voorbereiding Leg de 10 dieren en de 10 achtergronden open op tafel, zodat ze allemaal goed te zien zijn. Spelverloop Om de beurt mag een kind een dier uitzoeken en bedenken bij welke achtergrond het dier niet opvalt. Andersom mag ook: eerst de achtergrond kiezen en dan bedenken welk dier erbij hoort. Daarna wordt het dier op de achter- grond gelegd. In het werkboek staat welk dier bij welke achtergrond hoort. eik met nachtzwaluw
16
Werkvel groep 1-2-3 Voor groep 1, 2 en 3 is er een werkvel met verborgen dieren. Bij ieder dier dat gevonden is kunnen de kinderen een rondje inkleuren, en daarna de dieren zelf. Wilt u het werkvel bij het IVN maken, dan zijn er potloden op de post. De oplossing van het werkvel zit in het werkboek.
17
Opruimen Na de laatste groep het spelmateriaal opruimen en bij het infobord van de post terugleggen. De stoelen netjes om de tafel zetten. De materialen gaan door veel handen. We nemen aan dat iedereen hiermee voorzichtig is, maar toch kan er iets kapot gaan of kwijt raken. Meld dit s.v.p. meteen bij degene die vanuit het IVN de ochtend/middag begeleidt, of bij de leerkracht. Bedankt voor uw medewerking en veel succes en plezier met het bezoek aan Kleur om te overleven.
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.