16 Bodem, ondergrond, gesteenten

Presentatie over: "16 Bodem, ondergrond, gesteenten"— Transcript van de presentatie:

1 16 Bodem, ondergrond, gesteenten
Eric Goyvaerts François Verspagen 16.1 Bodem en ondergrond 16.2 Losse gesteenten 16.3 vaste gesteenten 16 Bodem, ondergrond, gesteenten

2 + LOSSE GESTEENTEN VASTE 16.1 Bodem en ondergrond Bodem Ondergrond
Meridiaan 1 Blz. 64 het bovenste deel van de aardkorst waarin planten kunnen groeien opgebouwd uit + Bodem LOSSE GESTEENTEN VASTE bevindt zich onder de bodem Ondergrond

3 bestaan uit KORRELS voelt  korrelig
16.2 Losse gesteenten Meridiaan 1 Blz. 64 bestaan uit KORRELS Zand voelt  korrelig

4 bestaan uit KORRELS  Op de kleibodem blijft langer water staan
16.2 Losse gesteenten Meridiaan 1 Blz. 64 bestaan uit KORRELS 16.2 Zandbodem 16.3 Kleibodem Foto’s genomen kort na regenbui. Verschil?  Op de kleibodem blijft langer water staan

5 16.2 Losse gesteenten groter / kleiner
Meridiaan 1 Blz. 64 De grootte van de gesteentekorrels bepaalt de DOORLAATBAARHEID Grote korrels  grote openingen tussen korrels doorlaatbaarheid groter / kleiner 4 cm grind 4 µm kleikorrels

6 16.2 Losse gesteenten Gesteente Diameter korrels grind > 2mm zand
Meridiaan 1 Blz. 64 Gesteente Diameter korrels grind > 2mm zand tussen 0,05 en 2 mm leem tussen 0, en 0,05 mm klei < 0,002 mm 4 cm grind 4 µm kleikorrels

7 16.2 Losse gesteenten Hoe groter de korrels hoe
Meridiaan 1 Blz. 65 Hoe groter de korrels hoe sneller / trager water doordringt minder / meer water doordringt Hoe kleiner de korrels hoe beter / slechter de doorlatendheid groter / kleiner de poriën tussen korrels water zeer traag traag snel zeer snel zeer snel zeer traag snel traag

8 Op de kleibodem blijft langer water staan
16.2 Losse gesteenten Meridiaan 1 Blz. 65 Op de kleibodem blijft langer water staan Verklaring 16.2 Zandbodem 16.3 Kleibodem Klei heeft kleine korrels en is daardoor slecht doorlatend.

9 16.3 Onderzoek vaste gesteenten
Meridiaan 1 Blz. 65 zandsteen kalksteen leisteen kleur * breukvlak (ruw/glad) * schieferachtig (ja/neen) krijt dioriet marmer hardheid (zacht/hard/zeer hard) * kalk (ja/neen)

10 16.3 Onderzoek vaste gesteenten
Meridiaan 1 Blz. 65 Aantonen van kalk door zuurproef zuur Waarneming:  Het gesteente bruist als er kalk aanwezig is. kalksteen

11 16.3 Onderzoek vaste gesteenten
marmer 16.3 Onderzoek vaste gesteenten leisteen krijt kalksteen dioriet zandsteen Meridiaan 1 Blz. 66 gesteente kleur Glad/ruw schiefers hardheid kalk zandsteen kalksteen leisteen krijt dioriet marmer diverse ruw neen z. hard neen wit ruw neen hard ja blauw glad ja zacht neen wit glad neen zacht ja grijs ruw neen z. hard neen diverse ruw neen z. hard ja

12 Losse en vaste gesteenten
16 1. De bodem of bovengrond is de bovenste laag van aardkorst waarin planten kunnen groeien. De ondergrond bevindt zich onder de bodem. 2. Losse gesteenten bestaan uit korrels. Hoe groter de korrels, hoe groter de poriën en hoe beter de doorlatendheid voor water. 3. Als een gesteente kalk bevat, bruist het wanneer je er zuur op laat druppelen. 4. Vaste gesteenten zijn zacht, hard of zeer hard.