Download de presentatie
1
Systeem aarde Hfd 2
2
Systeem aarde Hfd 1: hoe wordt de aarde gevormd?
Hfd 2: hoe wordt de aarde afgebroken? Hfd 3: weer en klimaat Hfd 4: natuurrampen
3
Systeem aarde 2.1
4
De aardkorst Bestaat uit diverse soorten gesteentes:
1. Stollingsgesteente 2. Sedimentgesteente 3. Metamorfgesteente
5
Stollingsgesteente Gevormd door afkoelend magma.
Dit is 95% van de aardkorst.
6
Sedimentgesteente Als los (gesedimenteerd) materiaal (bijv zand) in elkaar wordt gedrukt en nieuw gesteente vormt.
7
Metamorf gesteente Gesteente dat door chemische processen veranderd.
Bijv diamanten
8
Verwering Gesteente wordt voortdurend afgebroken (verwering) door:
- water - wind - ijs - temperatuursverschillen - planten
9
Verwering Mechanisch Chemisch Organogeen
10
Mechanische verwering
Ontstaat door temperatuursverschillen. Hierdoor zet gesteente uit en krimpt het. Er ontstaan scheuren waardoor de steen uiteenvalt.
11
Chemische verwering Ontstaat als gesteente oplost door chemische reactie. Kalksteen lost bijvoorbeeld op door zure regen (karstlandschappen)
12
Karstlandschap Door chemische reacties lost een deel van het gesteente op.
13
Organogene verwering De wortels van planten kunnen het gesteente uiteen doen vallen.
14
Massabewegingen Door verwering kan het materiaal gaan schuiven (massabeweging). Een lawine of aardverschuiving is een goed voorbeeld.
15
Systeem aarde 2.2
16
Verwering -> erosie
Als het verweerde materiaal wordt verplaatst, spreek je van erosie. - Wind blaast zandkorrels mee - Rivier vervoert kiezels - IJs vervoert grote stenen - Zee geeft en neemt
17
Erosie -> sedimentatie
Wanneer materiaal ergens neergelegd wordt, spreek je van sedimentatie.
18
Afbraak door rivieren In het gehele stroomgebied van een rivier, breekt het water gesteente af. Een rivier meandert.
19
Meanderen: slingeren van de rivier
In de buitenbocht erosie In de binnenbocht sedimentatie Zo schuift de loop langzaam op.
20
Meanderen
21
Sedimentatie van de rivier
Vaak legt hij kleine beetjes klei en zand neer. Harde stroming: zand. Zachte stroming: klei
22
Sedimentatie van een rivier: puinwaaier
23
Rivieren creëren valleien
24
Afbraak door de zee: klifkust
25
Afbraak door de zee
26
Sedimentatie door de zee: aanslibbingskust
27
Afbraak door ijs
28
Gletsjer IJsmassa’s die zich langzaam verplaatsen en daarbij dalen uitschuren. Smelten snel door klimaatverandering.
29
Groei en krimp
30
Warme tijden en ijstijden
Interglaciaal - ijs smelt - meer stromend water - zeespiegel stijgt - meer sedimentatie en erosie Glaciaal - meer ijs en gletsjers - zeespiegeldaling - minder erosie en sedimentatie.
31
Sedimentatie door ijs Morenemateriaal
Grote keien die door het ijs vermalen worden tot een klei-achtig materiaal. Laat nauwelijks water door. Ligt in Noord-Nederland.
32
Erosie door wind (deflatie)
33
Sedimentatie door wind
34
Allemaal onderdeel van de gesteentekringloop
35
Systeem aarde Waterstromen
36
Waterkringloop
37
Begrippen water Evapotranspiratie Transpiratie Evaporatie
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.