Download de presentatie
GepubliceerdGuus Vedder Laatst gewijzigd meer dan 10 jaar geleden
1
Biologie Voortplanting en ontwikkeling Havo
Docent: A. Sewsahai Henry N. Hassankhan Scholengemeenschap Lelydorp (HHS-SGL)
2
Boek: 4H Doelstellingen De student
moet de delen het voortplantingsstelsel van zowel een man als een vrouw kunnen noemen, alsook de functies en de kenmerken hiervan moet de werking kunnen beschrijven van de hormonen die bij de voortplanting een rol spelen moet de symptomen, besmetting en genezingsmogelijkheden kunnen noemen van de meest voorkomende geslachtsziekten
3
De voortplanting bij de mens
-mannelijk- en vrouwelijk voortplantingsstelsel -begrip puberteit -begrip menstruatie (cyclus) -vgl.zaadcel en eicel -bevruchting en ontwikkeling -bevalling en geboorte -voorbehoedsmiddelen -SOA’S
6
Delen van het voortplantingsstelsel van een man met de functies:
• Teelballen (testes): produceren zaadcellen (spermacellen) en testosteron. • Bijballen: opslag van zaadcellen. – In het zure milieu van de bijballen zijn de zaadcellen bewegingloos. • Balzak (scrotum): huidplooi waarin teelballen en bijballen liggen. –De temperatuur in de balzak is ongeveer 2 °C lager dan die in de buikholte. • Zaadleiders: vervoeren zaadcellen. • Zaadblaasjes: produceren basisch vocht dat de zaadcellen activeert. • Prostaat: produceert vocht met voedingsstoffen voor de zaadcellen. • Urinebuis: vervoert urine en sperma. – Sperma bestaat uit zaadcellen met vocht uit de zaadblaasjes en uit de prostaat. • Penis: brengt sperma in een vagina in. – Eikel: gevoelig voor seksuele prikkels. – Voorhuid: huidplooi om de eikel. – Zwellichamen: bevatten holten die zich met bloed kunnen vullen,waardoor de penis in erectie komt.
7
Zoek de volgende begrippen op:
Menstruatie Vruchtbare periode Masturbatie Ovulatie Bevruchtingsmembraan Besnijdenis
8
Voortplantingsorganen en geslachtskenmerken van een man
primair = van bij de ge- boorte aanwezig (uit- wendig : penis + balzak) - secundair = puberteit
10
Besnijdenis
11
Delen van het voortplantingsstelsel van een vrouw met de functies:
• Eierstokken (ovaria): produceren eicellen, oestrogenen en progesteron. – Bij de geboorte zijn in de eierstokken reeds alle cellen aanwezig die zich tot eicel kunnen ontwikkelen. – Eicellen ontwikkelen zich in follikels. • Eileiders: vervoeren eicellen. • Baarmoeder (uterus): hierin vindt de ontwikkeling van een embryo plaats. – De baarmoeder heeft een dikke gespierde wand, die met slijmvlies is bekleed. • Vagina (schede): – bij geslachtsgemeenschap (coïtus) komt hierin het sperma terecht; – bij menstruatie wordt een deel van het baarmoederslijmvlies via de vagina verwijderd; – bij de geboorte komt het kind via de vagina ter wereld. • Clitoris (kittelaar): gevoelig voor seksuele prikkels. • Kleine schaamlippen: klieren kunnen slijm produceren, waardoor de toegang tot de vagina glad wordt. • Grote schaamlippen.
12
Voortplantingsorganen en geslachtskenmerken van een vrouw
- primair=van bij de ge- boorte aanwezig( uit- wendig: schaamlippen en schaamspleet) - secundair = puberteit
15
rondere lichaamsvormen
grotere gestalte bredere schouders hoekige lichaamsbouw meer haar op de schedel rondere lichaamsvormen sterkere beharing breder bekken
16
Laatste menstruatieperiode: 3 jan. t/m 7 jan.
Waarschijnlijkheid vruchtbareperiode berekenen Voorbeeld: Laatste menstruatieperiode: 3 jan. t/m 7 jan. Eerste dag laatste menst.period.: 3 jan. Eerst volgende ovulatie: 3 jan dgn = 17 jan * ovulatie: 14 dagen na de eerste dag van de laatste menst.period. Vruchtbare periode: 14,15,16,17,18 jan. *vruchtb. Period,: 3 dagen voor t/m 1 dag na de ovulatie (omdat een zaadcel 3 dagen in het lichaam van de vrouw kan leven; eicel blijft 12uren tot 24 uren in leven na de ovulatie)
17
Enkele belangrijke begrippen:
Een hormoonklier is een klier die hormonen afgeeft aan het bloed. • Geslachtshormonen: stoffen die via het bloed de werking van de voortplantingsorganen regelen. • De hypofyse is een hormoonklier die de hormonen FSH en LH afgeeft aan het bloed. • Bij mannen: zaadcellen worden gevormd onder invloed van FSH en testosteron. – FSH heeft invloed op de vorming van zaadcellen. – Testosteron wordt onder invloed van LH gevormd in de interstitiele cellen en heeft invloed op de ontwikkeling van zaadcellen. • De concentratie testosteron in het bloed wordt geregeld door terugkoppeling.
18
De menstruatiecyclus
19
Uitleg m.b.v. boek blz. 114 & 115 ; afb 24, 25
menstruatie de opbouw en afbraak van het baarmoeder- slijmvlies
20
Voor een overzicht van de hormonen, klikken op de Hyperlink hieronder:
!!! Afb. 24 en afb. 25 hormonale regeling en staat van het baarmoederslijmvlies bij bevruchting en geen-bevruchting Voor een overzicht van de hormonen, klikken op de Hyperlink hieronder: ..\..\Havo\Voortplanting en ontwikkeling\Overzicht hormonen.pdf
21
de zaadcel of sperma- tozoïde : - gevormd in de testi- kels of teelballen - 0,05 mm groot - voortbeweging door golvende bewegingen van een staartje - 300 tot 500 miljoen per zaadlozing - levensduur : 48 tot 72 uur
23
de eicel - gevormd in de eierstokken - 1 eicel om de 28 dagen - 0,2 mm groot ( . ) - vanaf de puberteit tot de leeftijd van 45 – 50 jaar - wordt voortbewogen door fijne trilhaartjes in de eileiderwand - levensduur: 12 tot 24 uur
24
De bevruchting en innesteling in de baarmoederwand
25
De bevruchting: eicel en zaadcel ontmoeten elkaar en versmelten
27
Voorbehoedsmiddelen: Hoe werken ze?
28
SOA (SOI) • Gonorroe (druiper). – Ziekteverschijnselen: er komt slijm en etter uit de penis of vagina en het urineren kan pijn doen. – Besmettingswijze: door bacteriën, via intiem lichamelijk contact met een besmette persoon. – Genezingsmogelijkheden: door een tijdige behandeling met penicilline. • Syfilis. – Ziekteverschijnselen: aanvankelijk een zweertje aan de geslachtsorganen, mond, tong of anus, in een later stadium verlammingen en geestelijke achteruitgang.
29
Chlamydia. – Ziekteverschijnselen: vaak afwezig; soms een waterige afscheiding uit de urinebuis of vagina, of bloedverlies uit de vagina. – Besmettingswijze: door bacteriën, via intiem lichamelijk contact met een besmette persoon. – Genezingsmogelijkheden: door behandeling met penicilline. • Aids: een aantasting van het afweersysteem tegen ziekteverwekkers. – Ziekteverschijnselen: geen specifieke. – Besmettingswijze: door het aids-virus (HIV), via het binnenkrijgen van bloed, sperma, vaginaal vocht, voorvocht of moedermelk van een besmette persoon (vooral door geslachtsgemeenschap of doordat meerdere druggebruikers dezelfde spuiten of naalden gebruiken). – Genezingsmogelijkheden: geen.
30
Geboorteregeling Geboorteregeling Periodieke onthouding
Coïtus interruptus De ‘pil’ Condoom Sterilisatie Zaaddodende middelen (schuimtabletten, spuitbussen, pasta’s Spiraaltje of ankertje Pessarium
31
Leg het verschil uit tussen kunstmatige inseminatie en in vitro fertilisatie (ivf)
33
delende eicel: 2-cellig stadium
34
delende eicel 4-cellig stadium
35
de delende eicel krijgt
het uitzicht van een framboosachtig bolletje
36
embryo: - voor de 2 maanden - nog geen menselijke vorm herkenbaar
37
fœtus: - na de 2 maanden -duidelijke menselijke vorm herkenbaar
38
eeneiïge tweeling 1 eicel : 2 kinderen - zelfde geslacht - lijken sprekend op elkaar - 1 moederkoek
39
tweeeiïge tweeling: 2 eicellen : 2 kinderen - 2 placenta’s - kinderen lijken niet sprekend op elkaar(vgl. broer – zus) - geslacht kan verschillend zijn
40
De ontwikkeling in de baarmoeder
de moederkoek of placenta (uitwisseling stoffen tussen het bloed van de moeder en het kind vb.:voeding ,ademhaling ,uitscheiding…) Ook schadelijke stoffen ! ! ! (alcohol,nicotine…) de navelstreng ( hierin lopen bloed- vaten die het embryo met de moeder verbinden ). de vruchtblaas gevuld met vruchtwater (bescherming tegen schokken en stoten)
41
Afb. 48 op blz. 129 zelf bestuderen
Basisstof 9 Levenscyclus van de mens zelf doornemen.
42
Bevalling - geboorte
43
De verschillende fasen van geboorte of bevalling
De ontsluitingsfase weeën > baarmoederhals wordt wijder. vruchtvliezen scheuren > vruchtwater vloeit weg. « breken van het water » - geboorte is vlakbij,weeën nemen toe,moeder gaat nu persen. De uitdrijvingsfase de baby wordt door het geboortekanaal(vagina) naar buiten geperst. - de navelstreng wordt afgebonden en doorgeknipt. De nageboorte de placenta,navelstreng en vruchtvliezen worden uitgedreven. - in de borstklieren ontstaat moedermelk.
44
Metamorfose Metamorfose = gedaanteverwisseling(blz. 164,165, 167) afb. 85 en afb. 86 en afb. 89) Volkomen metamorfose: larve lijkt niet op imago Onvolkomen metamorfose : larve lijkt wel op imago Jonge dier bij insecten heet larve Volwassen dier bij insecten heeft imago
45
Volkomen Metamorfose Vlinder
46
Onvolkomen Metamorfose Sprinkhaan
47
Metamorfose Kikker
48
Bij metamorfose spelen hormonen een belangrijke rol
Bij metamorfose spelen hormonen een belangrijke rol. Twee hormonen zijn het Juveniel hormoon en Ecdyson Juveniel hormoon: onderdrukking metamorfose Ecdyson: stimuleert metamorfose
49
? Vragen Bedankt!! Info: www.ecoisonline.org www.examenbundel.nl
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.