God en het waarom van het lijden

Presentatie over: "God en het waarom van het lijden"— Transcript van de presentatie:

1 God en het waarom van het lijden
De driehoek: God en het waarom van het lijden

2 God Vader Zoon Heilige Geest
Godsbeeld in het christelijk geloof: drie-eenheid tussen Vader, Zoon en Heilige Geest Vader Mattheüs 28:19; Handelingen 7:55-56 God Zoon Heilige Geest

3 de goede schepping de mens in harmonie God zichzelf naaste/natuur
Adam Genesis 1:26-31 Genesis 2:4-25 de mens in harmonie zichzelf naaste/natuur

4 de mens: verleid en belaagd
de komst van het kwaad satan Genesis 3 de mens: verleid en belaagd kwaad lijden zonde

5 mens met gebroken relaties
gevolg van de zondeval God Genesis 3:9-24 Ezechiël 18:21-32 mens met gebroken relaties oordeel zichzelf naaste/natuur

6 oordeel Gods 1e oplossing: de wet de mens heeft lief God zichzelf
Samenvatting v.d. wet: het liefdegebod Mattheüs 22:35-40 de mens heeft lief oordeel zichzelf naaste/natuur

7 mens als slaaf van de zonde
Probleem: liefdegebod lukt niet God Romeinen 3:9-20 Romeinen 7:7-24 mens als slaaf van de zonde oordeel zichzelf naaste/natuur

8 Gods oplossing 2: Jezus overwint het kwaad in/voor ons
Lukas 4:1-13 Handelingen 10:36-38 1 Johannes 3:8b satan Jezus kwaad lijden zonde Jesaja 53:1-12; Johannes 1:29; Romeinen 3:21-26; Romeinen 7:25; 8:1 Mattheüs 4:23-24; 8:23-9:36 1 Korintiërs 15:20-28

9 Jij bestrijdt het kwaad in Jezus’ Naam
Gods oplossing 3: Jij bestrijdt het kwaad in Jezus’ Naam satan Efeziërs 6:10-18 1 Petrus 5:8-11 Jij+Jezus kwaad lijden zonde Mattheüs 9:35-10:1; 7-8; Jakobus 5:13-16; Jesaja 58:6-11 Romeinen 7:14-8:17; Colossenzen 3:5-17; Romeinen 12:14-21

10 Gods oplossing 4: Jezus komt terug
Openbaring 20:10 satan Jezus kwaad lijden zonde 1 Korintiërs 15:20-28; Openbaring 21:4; 22:1-5 Openbaring 20:12-13; 21:8, 27; 22:14

11 Vragen Waar bevind jij je in de driehoek?
Van welk kwaad heb je het meest last in je leven nu: satan, zonde of lijden? 2. Wat wil je graag dat Jezus in jouw leven gaat doen om de satan, de zonde en het lijden te overwinnen? Of wat heeft Hij al gedaan? 3. Wat kan jij doen om te strijden tegen het kwaad?