Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
1
U ZULT MIJN GETUIGEN ZIJN
Les 1 voor 7 juli 2018
2
Het eerste hoofdstuk van Handelingen vertelt over de laatste dagen van Jezus op aarde en de eerste reacties van de discipelen na Zijn hemelvaart. De laatste woorden van Jezus werden de missie van de discipelen. We hebben dezelfde missie als de kerk in de 21e eeuw. Handelingen 1: 1-5 Lukas, de geliefde dokter Handelingen 1: 6-7 Verkeerde verwachtingen Handelingen 1: 8 De missie van de discipelen Handelingen 1: 9-11 Jezus‘ wederkomst Handelingen 1: 12-14 Verenigd in gebed Handelingen 1: 15-26 De opvolger van Judas
3
LUKAS DE GELIEFDE DOKTER
Handelingen 1: 1-5 "Het eerste boek heb ik gemaakt, o Theofilus, over alles wat Jezus begonnen is te doen én te onderwijzen." (Handelingen 1: 1) De Handelingen van de Apostelen is het tweede boek van het evangelie volgens Lukas, de geliefde dokter (Lukas 1: 1-4, Kolossenzen 4:14) De inleiding van Handelingen legt uit dat Jezus 40 dagen bij zijn discipelen bleef voor Zijn hemelvaart (10 dagen voor Pinksteren) Het boek handelt over het verhaal van de kerk van jaar 31 tot 62. Dat is, van Jezus' Hemelvaart tot vlak voor het eerste vonnis van Paulus voor Nero.
4
VERKEERDE VERWACHTINGEN
Handelingen 1: 6-7 "Zij dan die samengekomen waren, vroegen Hem: Heere, zult U in deze tijd voor Israël het Koninkrijk weer herstellen?'" (Handelingen 1: 6) Er zijn profetieën in het Oude Testament over zowel de zegevierende Messias als de lijdende Messias. De discipelen en de Joden in die tijd verwachtten alleen een zegevierende Messias over de Romeinen. . Na de opstanding van Jezus begrepen ze dat de Messias moest lijden voordat Hij verheerlijkt werd (Lukas 24: 45-46). Hun vraag laat echter zien dat zij het werk van Jezus niet in zijn volle omvang hadden begrepen. Jezus vertelde hen dat ze niet de dingen moesten proberen te begrijpen waarvoor ze nog niet bereid waren om die te kunnen begrijpen (Handelingen 1: 7)
5
DE MISSIE VAN DE DISCIPELEN
Handelingen 1: 8 “Maar u zult de kracht van de Heilige Geest ontvangen, Die over u komen zal; en u zult Mijn getuigen zijn, zowel in Jeruzalem als in heel Judea en Samaria en tot aan het uiterste van de aarde.” (Handelingen 1:8) Deze missieverklaring heeft vier hoofdpunten: De Heilige Geest. Het was geprofeteerd (Jesaja 44: 3; Joël 2: 28-29) dat de Heilige Geest met bijzondere kracht zou neerdalen om het werk te doen dat mensen niet zelf konden doen. Het getuigenis. De discipelen kregen de opdracht om als getuigen over het werk en de kracht van Jezus te vertellen. Het zendingsplan. De missie zou in Jeruzalem moeten beginnen en dan zou het naar het uiterste van de aarde moeten worden verspreid. Het zendingsdoel. Ze moesten de boodschap overbrengen waar de mensen ook waren, en niet wachten tot ze zouden komen.
6
JEZUS’ WEDERKOMST Handelingen 1:9-11
"En nadat Hij dit gezegd had, werd Hij opgenomen terwijl zij het zagen, en een wolk onttrok Hem aan hun ogen." (Handelingen 1: 9) Handelingen 1:9-11 Lukas geeft meer details over de hemelvaart van Jezus die hij in Lukas 24:51 noemde. Hij legt in beide passages uit dat Jezus niet zelf is opgevaren. Hij "werd opgenomen" of "was van hen gescheiden". Hij werd door God opgenomen om te worden verhoogd (Handelingen 2:33). Twee engelen kregen de opdracht om de verbaasde discipelen aan te moedigen en hoop te brengen aan alle gelovigen. De discipelen zagen Jezus opstijgen en onze ogen zullen Jezus weer zien komen.
7
VERENIGD IN GEBED Handelingen 1:12-14
"Toen keerden zij terug naar Jeruzalem, van de berg die de Olijfberg genoemd wordt, die vlak bij Jeruzalem is en daar een sabbatsreis vandaan ligt." (Handelingen 1:12) Handelingen 1:12-14 De bovenzaal werd de thuisbasis van de 11 apostelen en de vrouwen die Jezus tijdens zijn bediening op aarde hadden gevolgd. Jezus’ familie was met hen — zijn moeder en broers. De broers van Jezus waren enkele jaren eerder sceptisch (Johannes 7: 5), dus was er iets veranderd in hun leven. De 120 leden van de zeer vroege Kerk namen de tijd om hun zonden te belijden en zich te bekeren. Ze waren één in doelstelling dankzij intens gebed. De gave van de Heilige Geest was het antwoord op die gebeden.
8
DE OPVOLGER VAN JUDAS Handelingen 1:15-26
"En zij wierpen hun loten en het lot viel op Matthias; en hij werd met instemming van allen aan de elf apostelen toegevoegd.“ (Handelingen 1:26) Handelingen 1:15-26 Er waren twee vereisten om de 12de apostel te worden: Met Jezus te zijn geweest vanaf Zijn doop tot Zijn hemelvaart. Bereid zijn een getuige te Zijn van zijn opstanding. Het werpen van hun lot betekent niet dat ze een willekeurige beslissing namen. Ze hebben eerst acceptabele kandidaten gekozen. Ze baden oprecht en geloofden dat God die keuze zou leiden (Spreuken 16:33) Er worden enkele andere apostelen genoemd naast Matthias; bijvoorbeeld Paulus en Barnabas (Handelingen 14:14)
9
"In gehoorzaamheid aan het woord van hun Meester kwamen de discipelen bijeen in Jeruzalem om te wachten op de vervulling van Gods belofte. Hier brachten ze tien dagen door, dagen van diep onderzoeken van het hart. Ze deden alle verschillen weg en kwamen dicht bij elkaar in christelijke gemeenschap ... De opdracht die aan de discipelen is gegeven, is ook aan ons gegeven. Vandaag, net zoals toen, moet een gekruisigde en opgestane Verlosser worden verhoogd voor degenen die zonder God zijn en zonder hoop in de wereld ... [...] Allen die zijn verordineerd tot het leven van Christus zijn verordineerd om te werken voor de redding van hun medemensen. Hetzelfde zielsverlangen dat Hij had voor de redding van de verlorenen, moet in hen worden gemanifesteerd. Niet iedereen kan dezelfde plek vullen, maar voor allen is er een plek en een werk. Allen op wie de zegeningen van God zijn uitgestort, dienen te reageren door werkelijke dienstverlening; elke gave moet worden gebruikt ter bevordering van zijn koninkrijk.” E.G. White (Testimonies for the Church, deel 8, hfdst. 2, blz )
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.