Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
1
van de Tijd door het Jaar
Foto’s van Armenië Cyclus B Veertiende Zondag van de Tijd door het Jaar 8 juli 2018 Muziek: Gezang van Alexandrië
2
De afbeeldingen zijn van Armenië waar, met de trap-psalmen, de pelgrimstocht naar Jeruzalem begint. In deze niet-joodse streken, leefde het volk verdrukt door hen die niet geloofden in Jahwe. Daarom richt hij, onderweg naar de Heilige Stad, zijn ogen op naar Hem die zetelt in de Hemel, (psalm. 123 (122)).
3
In Nazareth wordt Jezus, net zoals Ezechiël en de psalmist, misprezen.
1e lezing: De profeet Ezechiël, evenals Jezus in het evangelie, biedt het hoofd aan het ongezeglijk volk, dat de stem van God niet erkent. Psalm 123 (122): Verzadigd van misprijzen, heft de psalmist de ogen op naar God tijdens zijn pelgrimage naar Jeruzalem. 2e lezing: In de 2e brief aan de Korintiërs erkent Paulus, dat wanneer hij zwak is, hij juist STERK is. Evangelie: Juist in Nazaret geloven zijn medeburgers niet in Jezus. Verwonderd over hun ongeloof, kan Hij daar geen mirakelen doen.
4
Ez 2, 2-5 In die dagen kwam de Geest over mij en sprak tot mij; Hij deed mij recht overeind staan en ik hoorde hoe Hij tot mij sprak. Hij zei: “Mensenzoon, Ik zend u tot de kinderen van Israël, tot dat opstandige volk dat zich tegen Mij verzet; zij en hun voorvaderen hebben opstand tegen Mij gepleegd tot op deze dag toe. Het is een nukkig en weerbarstig volk. Tot hen zend Ik u en u zult tot hen zeggen: Zo spreekt God de Heer. En of zij nu luisteren of niet - het is een opstandig volk- Zij zullen weten dat er een profeet in hun midden is.”
5
Met psalm 123 (122), aan het begin van de Trap-psalmen ( ), op pelgrimstocht naar Jeruzalem, smeekt de psalmist (zoals Ezechiël in ballingschap) God om ontferming. In volle vertrouwen, richt hij de ogen op naar God, van wie hij zich afhankelijk voelt, zoals een "slaaf" van zijn meester of een slavin van haar meesteres. Hij voelt zich verzadigd van spot en misprijzen die hij voortdurend ondergaat in een vreemd land.
6
Psalm 123 (122) Ons oog richt zich op de Heer onze God, tot Hij zich om ons bekommert. Tot U sla ik mijn ogen op, tot U, die woont in de hemel. Zoals het oog van de slaaf, gericht op de hand van zijn meester.
7
Ons oog richt zich op de Heer onze God tot Hij zich om ons bekommert.
Zoals het oog van de dienstmaagd, gericht op haar meesteres; zo richt zich ons oog op de Heer onze God tot Hij zich om ons bekommert.
8
Ons oog richt zich op de Heer onze God, tot Hij zich om ons bekommert.
Ontferm U toch, Heer, heb erbarmen met ons, wij kunnen de hoon niet meer dragen. Die dronkemansspot, dat verwaande geschimp, wij hebben een afschuw ervan!
9
2Kor 12,7-10 Broeders en zusters, Er is - want anders zouden die buitengewone openbaringen mij verwaand kunnen maken- er is een doorn in mijn vlees gestoken, als een bode van satan die mij moet afranselen. Tot driemaal toe heb ik de Heer aangeroepen dat hij van mij zou weggaan. Maar Hij antwoordde mij: “Ge hebt genoeg aan mijn genade. Kracht wordt juist in zwakheid volkomen." Dus zal ik het liefst van alles roemen op mijn zwakheden. Dan zal de kracht van Christus in mij wonen. Daarom lijd ik om Christus' wil gaarne zwakheid, smaad, nood, vervolging en benauwdheid. Want als ik zwak ben, dan ben ik sterk.
10
Ik heb u vrienden genoemd, zegt de Heer, Niemand komt tot de Vader tenzij door Mij. Alleluia.
Joh.15,15b
11
In die tijd ging Jezus vandaar weg om zich naar zijn vaderstad te begeven en zijn leerlingen gingen met Hem mee. Toen het sabbat was begon Hij te onderrichten in de synagoge. De talrijke toehoorders vroegen verbaasd: "Waar heeft Hij dat vandaan? En wat is dat voor wijsheid die Hem geschonken is? En wat zijn dat voor wonderen die zijn handen verrichten? Is dat niet de timmerman, de zoon van Maria en de broeder van Jacobus en Jozef en Judas en Simon? En wonen zijn zusters hier niet bij ons?" En zij namen er aanstoot aan. Maar Jezus sprak tot hen: "Een profeet wordt overal geëerd behalve in zijn eigen stad, bij zijn verwanten en in zijn eigen kring." Hij kon geen enkel wonder doen, behalve dat Hij een klein aantal zieken genas die Hij de handen oplegde. Hij stond verwonderd over hun ongeloof. Jezus ging rond door de dorpen in de omtrek waar Hij onderricht gaf. Mc 6, 1-6
12
Origineel: Joan Ramirez (+)
Uitbreiding met afbeeldingen, lezingen, muziek, commentaren (Catalaanse en Spaanse versie) : Regina Goberna, in samenwerking met Àngel Casas Italiaanse vertaling : Ramon Julià Baskische vertaling : Periko Alkain Portugese vertaling : Ze Manel Marquespereira Franse vertaling : Àngel Casas Nederlandse vertaling : Ben Van Vossel Video: Esther Lozano
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.