Verbranding en ademhaling

Presentatie over: "Verbranding en ademhaling"— Transcript van de presentatie:

1 Verbranding en ademhaling
Hoofdstuk 1

2 1.4 Het ademhalingsstelsel
Leerdoelen Je kunt de delen van het ademhalingsstelsel noemen met hun kenmerken en functies Je kunt uitleggen dat neusademhaling gezonder is dan mondademhaling Je kunt de stand van de huig en van het strotklepje aangeven bij het ademhalen, slikken en verslikken Je kunt beschrijven hoe in de longen gaswisseling plaatsvindt

3 1.4 Het ademhalingsstelsel
glucose + zuurstof > water + koolstofdioxide + energie Opnemen Afgeven Gaswisseling (Ademhaling)

4 1.4 Het ademhalingsstelsel
Neusharen Stofdeeltjes tegen houden

5 1.4 Het ademhalingsstelsel
Neusslijmvlies Maken slijm Hebben trilharen (vervoeren slijm naar keelholte) Vochtig en warm Stofdeeltjes en ziekteverwekkers blijven plakken

6 1.4 Het ademhalingsstelsel
Reukzintuig (waarschuwen) Boven in neusholte

7 1.4 Het ademhalingsstelsel
Ademen mondholte Stoffen komen sneller binnen

8 1.4 Het ademhalingsstelsel
Keelholte is kruispunt Voedsel Zuurstof/Koolstofdioxide

9 1.4 Het ademhalingsstelsel
Strotklepje open Huig open Hoesten: Voedsel, slijm naar keelholte

10 1.4 Het ademhalingsstelsel
Slikken: Strotklepje dicht Huig dicht

11 1.4 Het ademhalingsstelsel
Verslikken: Strotklepje open Huig open

12 1.4 Het ademhalingsstelsel
Luchtpijp: Buis met kraakbeenringen Open houden

13 1.4 Het ademhalingsstelsel
Bronchiën: 2 stuks Kraakbeenringen Luchtpijptakjes Longblaasjes

14 1.4 Het ademhalingsstelsel
Slijmvlies op wand Stofdeeltjes en ziekteverwekkers blijven plakken Trilharen brengen deze naar keelholte Hoesten als trilharen niet goed werken

15 1.4 Het ademhalingsstelsel
Longhaarvaten Zuurstof in Koolstofdioxide uit

16 1.4 Het ademhalingsstelsel
1. Zuurstofrijk bloed 2. Zuurstof in/uit longblaasje 3. Zuurstofarm bloed Q. Koolstofdioxide uit P. Zuurstof in

17 Woordenlijst maken 1.4 Het ademhalingsstelsel Neusholte Mondholte
Keelholte Strottenhoofd Luchtpijp Bronchiën Luchtpijptakjes Longblaasjes Neusslijmvlies Slijmproducerende cellen Neusharen Trilhaarcellen Reukzintuig Stembanden Strotklepje Huig Kraakbeenringen Longhaarvaten Gaswisseling Zuurstofarm Kolstofdioxiderijk Zuurstofrijk koolstofdioxidearm

18 Opdrachten maken Maken opdracht 14 t/m 19
Blz. 14 t/m 17 WB Blz. 12 t/m 15 TB Heb je de leerdoelen behaald? Je kunt de delen van het ademhalingsstelsel noemen met hun kenmerken en functies Je kunt uitleggen dat neusademhaling gezonder is dan mondademhaling Je kunt de stand van de huig en van het strotklepje aangeven bij het ademhalen, slikken en verslikken Je kunt beschrijven hoe in de longen gaswisseling plaatsvindt