De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

CODE VAN GOEDE PRAKTIJK VOOR SNUFFELPLOEGMETINGEN

Verwante presentaties


Presentatie over: "CODE VAN GOEDE PRAKTIJK VOOR SNUFFELPLOEGMETINGEN"— Transcript van de presentatie:

1 CODE VAN GOEDE PRAKTIJK VOOR SNUFFELPLOEGMETINGEN
Ilse Bilsen Unit Milieurisico en Gezondheid

2 Inhoud Inleiding Standaardisatie in Vlaanderen
Standaardisatie op Europees niveau

3 Inleiding Bepaling van de geuremissie: Gebruik snuffelploegmetingen:
olfactometrie: → directe bepaling geuremissie → gestandaardiseerd (EN 13725) snuffelploegmetingen: → onrechtstreekse bepaling van de geuremissie op basis van pluimafbakening in de omgeving Gebruik snuffelploegmetingen: meestal: uitvoering snuffelploegmetingen berekening geuremissie (achterwaartse modellering) impactbepaling toetsing aan richtwaarden

4 Inleiding uitvoering snuffelploegmetingen, berekening geuremissie en berekening geurimpact: verschillende methodes gehanteerd → standaardisatie in Vlaanderen: Code van Goede Praktijk “Bepaling van geurverspreiding d.m.v. snuffelploegmetingen” → standaardisatie in Europa: CEN-werkgroep CEN/TC 264/WG “Measurement of odour impact by field inspection’

5 Standaardisatie in Vlaanderen
periode: standaardisatie omvatte: - literatuurstudie - lozingsexperimenten - opstellen Code van Goede Praktijk uitgevoerd door VITO als referentielaboratorium i.s.m. stuurgroep (Departement LNE, externe deskundigen)

6 Lozingsexperimenten Uitvoering lozingsexperimenten:
open en vlak terrein (Lommel), oriëntatieveld H2S ( g/h) boterzuur ( g/h) lokale meteomast (windsnelheid, windrichting, temperatuur,…) 17 dagen (juni 2005 – juni 2006), 45 experimenten

7 emissie op 10 m hoogte + registratie van de meteo-omstandigheden
opstelling lozingsexperimenten

8 Lozingsexperimenten Resultaten snuffelcampagnes:
vergelijking methoden voor berekening geuremissie invloed aantal snuffelaars invloed stabiliteitsklasse – windsnelheid aantal metingen resultaten weergegeven in: “Bepalen van de geurverspreiding door middel van snuffelploegmetingen: experimentele data (annex 2)” conclusies in Code van Goede Praktijk

9 Code van Goede Praktijk
“Bepaling van de geurverspreiding door middel van snuffelploeg-metingen” geeft werkwijze + randvoorwaarden weer voor: – uitvoering snuffelploegmetingen – berekening geuremissie – berekening geurimmissie regelmatige actualisatie Emis-website:

10 Inhoud van de Code van Goede Praktijk
1. Inleiding 2. Definities 3. Uitvoering van de snuffelploegmeting – Coördinator en snuffelaars – Vereisten voor de planning en uitvoering van snuffelploegmetingen – Afbakenen geurpluim 4. Berekening van de geuremissie – Methode – Werkingsparameters – Aantal metingen en betrouwbaarheid 5. Berekening van de geurwaarnemingsfrequentie op jaarbasis – Invloedsparameters 6. Rapportering Referenties Bijlagen

11 Uitvoering van de snuffelploegmeting
Afbakenen van de geurpluim te voet of per fiets start: aan bron of windafwaarts van de bron zig-zag doorkruisen van geurpluim; adaptatie vermijden registratie van geurwaarnemingen op kaart of met GPS snuffelaars: vertrouwd met geur, werken zelfstandig,…

12 optekenen geurwaarnemingen optekenen geurpluim
windrichting O = geen geur waarneembaar X = geur waarneembaar = traject optekenen geurwaarnemingen optekenen geurpluim

13 Voorbeeld uitvoering snuffelploegmeting

14 Uitvoering van de snuffelploegmeting
Coördinator en snuffelaars algemene voorwaarden: gedragscode rol coördinator: planning + uitvoering selectie panelleden aantal panelleden: ≥ 2

15 Uitvoering van de snuffelploegmeting
Vereisten voor de planning en uitvoering van snuffelploegmetingen Algemeen: bereikbaarheid terrein, onderscheidbaarheid geuren,… Meteorologische omstandigheden: - meteo: lokaal/KMI - stabiliteitsklassen: Pasquill/Bultynck-Malet - randvoorwaarden: - 80 % van de metingen bij neutraal/licht onstabiel weer (Pasquill C of D) - windsnelheid = m/s - geen metingen bij neerslag, dichte mist, T < 5°C, variabele windrichting Aantal metingen: - afhankelijk van de gewenste betrouwbaarheid - minstens 10 geldige metingen

16 Invloed stabiliteitsklasse
Residuen in functie van de stabiliteitsklassen (bron: Tuymans, 1999) Residuen in functie van de stabiliteitsklassen (lozingsexperimenten H2S)

17 Berekenen van de geuremissie
Methode: berekening geuremissie op basis van de opgetekende geurpluim(en) achterwaartse modellering m.b.v. het IFDM-model gebaseerd op bigaussiaanse vergelijking geuremissie uitgedrukt in snuffeleenheden per seconde (se/s) 1 snuffeleenheid per m³ = de geurconcentratie die door de snuffelploeg nog net kan waargenomen worden (≠ geureenheid) invloedsparameters: meteogegevens, stabiliteitsklassen,… voor iedere meting: berekening geurpluim met IFDM

18 Berekenen van de geuremissie
Methode: input IFDM: - arbitraire bronsterkte bv: modeleenheden per seconde - meteo + stabiliteitsklassen snuffelploegmeting - bronkarakteristieken - opties output IFDM: gemiddelde geurimmissieconcentraties (in modeleenheden per m³) vergelijken berekende geurpluim met opgetekende geurpluim verband tussen modeleenheid en snuffeleenheid bepaling bronsterkte in se/s

19 Voorbeeld berekening van de geuremissie
uitvoering snuffelploegmeting - registratie meteo X = geur waarneembaar O = geen geur waarneembaar

20 Voorbeeld berekening van de geuremissie
input IFDM: meteogegevens brongegevens bronsterkte vb me/s output IFDM: gemiddelde immissieconc. in me/m³ vgl geurpluim met berekende concentraties gem. conc. op de rand van de pluim = 80,1 me/m³ = 1 se/m³  geuremissie = me/s / 80,1 me/se = se/s

21 Berekenen van de geuremissie
Werkingsparameters: geurpluim meteo-omstandigheden: - windsnelheid en windrichting van lokale mast (of evt. KMI) - Pasquill-stabiliteitsklassen (gemotiveerd afwijken kan) - uitmiddelingstijd van 10 minuten bronkarakteristieken aantal metingen/berekeningen en betrouwbaarheid: min. 10 geldige metingen

22 Aantal snuffelploegmetingen/berekeningen
95%-betrouwbaarheidsinterval (als percentage van de gemiddelde geuremissie) Aantal metingen Omgekeerde modellering Bultynck-Malet (s14 = 49,2 %) Pasquill (s14 = 39,1 %) 5 98 % 78 % 7 80 % 64 % 10 65 % 52 % 15 41 % 20 45 % 35 % 60 25 % 20 % 100 16 % 1000 6,1 % 4,8 % oneindig 0 %

23 Geurwaarnemingsfrequentie op jaarbasis
Methode: IFDM-model (cfr. Vlarem) input IFDM: - bronsterkte (se/s) - meteogegevens (1 jaar) - bronkarakteristieken (type bron, geuremissie, debiet,…) - receptorenrooster resultaat: - immissieconcentraties op jaarbasis in de omgeving van het bedrijf - uitgedrukt als percentiel: percentage van de tijd dat een bepaalde uurgemiddelde concentratie niet overschreden wordt vb: 98-percentiel van 1 se/m³: gedurende 98 % van de tijd wordt de waarde van 1 se/m³ niet overschreden

24 Voorbeeld bepaling geurwaarnemingsfrequentie op jaarbasis
98-percentielimmissieconcentraties op basis van snuffelploegmetingen - schoorsteen biofilter: se/s - composteringshal: se/s Voorbeeld ≤ 0,5 se/m³ ≤ 1 se/m³ ≤ 2,5 se/m³ ≤ 5 se/m³ ≤ 10 se/m³ > 10 se/m³

25 Geurwaarnemingsfrequentie op jaarbasis
Invloedsparameters: verspreidingsmodel: - bij conventie IFDM (cfr. Vlarem) - gemotiveerd afwijken is toegestaan (validatie) bronconfiguratie: - puntbronnen – oppervlaktebronnen - invloed niet onderzocht in kader van opstellen van de code meteogegevens: - IFDM: , , - gebruik bij snuffelploegmetingen: (cfr. MER-richtlijnen boek)

26 Standaardisatie op Europees niveau
uitvoering snuffelploegmetingen, berekening geuremissie en berekening geurimpact: verschillende methodes gehanteerd in de verschillende Europese lidstaten vb. Duitsland: gebruik van grid methode Europese werkgroep: CEN/TC 264/WG27: Odour measurement by field inspection doel: standaardisatie van de methode op Europees niveau vertegenwoordigers uit: België, Denemarken, Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk, Nederland, Polen, Spanje, Verenigd Koninkrijk, Zwitserland start: december 2006 tot op heden: 7 bijeenkomsten

27 Standaardisatie op Europees niveau
belangrijkste besluiten: zowel gridmethode als pluimmethode voor pluimmethode: enkel pluimafbakening (niet: berekening van geuremissie en geurimpact) first preliminary working draft (combination of VDI 3940 and Belgian proposal for plume method) vervolgplanning: afwerken working draft (kwaliteitsvereisten,…) evt. validatie van de methodes aanpassen draft volgens bevindingen validatie

28 Vragen?

29 We are looking forward to welcoming you at the i-SUP2010 conference!


Download ppt "CODE VAN GOEDE PRAKTIJK VOOR SNUFFELPLOEGMETINGEN"

Verwante presentaties


Ads door Google