25 januari 2018 Paulus Vereecke

Presentatie over: "25 januari 2018 Paulus Vereecke"— Transcript van de presentatie:

1 25 januari 2018 Paulus Vereecke
de bekering van Paulus 25 januari 2018 Paulus Vereecke

2 inleiding een ontmoeting = een roeping = een dialoog
God komt binnen in ons leven doorheen de ontmoeting met mensen we kunnen terugdenken aan onze roeping “muein”  mysterie: de ogen sluiten de mond sluiten tot rust komen even stil worden om ruimte te creëren in ons hart voor God die als Vader, Zoon en Geest binnenkomt

3 Gebed Wij zijn hier samen in de naam van Vader, de Zoon en de Heilige Geest. God, Gij die er altijd zult zijn voor ons, wij bidden u: open onze harten en geesten, ogen en oren, kom tot ons: dat wij u mogen zien en horen. Inspireer ons in alles wat wij doen en nastreven. Maak van ons mensen die ook andere mensen inspireren en op weg zetten naar u, die Liefde bent. Amen.

4 Een bekend verhaal… Handelingen 9, 1-9 Intussen ging Saulus, wiens ziedende woede nog steeds de leerlingen van de Heer met de dood bedreigde, naar de hogepriester aan wie hij brieven vroeg voor de synagogen in Damascus, om alle aanhangers van de Weg die hij zou vinden, mannen zowel als vrouwen, gevangen naar Jeruzalem te mogen voeren. Toen hij op zijn tocht Damascus naderde, omstraalde hem plotseling een licht uit de hemel.

5 Een bekend verhaal… Handelingen 9, 1-9 Hij viel ter aarde en hoorde een stem die hem zei: “Saul, Saul, waarom vervolgt gij Mij?”Hij sprak: “Wie zijt gij, Heer?” Hij antwoordde: “Ik ben Jezus, die gij vervolgt. Maar sta op en ga de stad in; daar zal iemand u zeggen wat ge doen moet.” Zijn reisgezellen stonden sprakeloos, want zij hoorden wel de stem, maar zagen niemand. Saulus stond van de grond op, maar hoewel zijn ogen open waren, zag hij niets. Zij namen hem dus bij de hand en brachten hem Damascus binnen. Drie dagen lang kon hij niet zien en at of dronk niet.

6 Een bekend verhaal… Handelingen 9, 1-9 Intussen ging Saulus, wiens ziedende woede nog steeds de leerlingen van de Heer met de dood bedreigde, naar de hogepriester aan wie hij brieven vroeg voor de synagogen in Damascus, om alle aanhangers van de Weg die hij zou vinden, mannen zowel als vrouwen, gevangen naar Jeruzalem te mogen voeren. Toen hij op zijn tocht Damascus naderde, omstraalde hem plotseling een licht uit de hemel.

7 Een bekend verhaal… Handelingen 9, 1-9 Hij viel ter aarde en hoorde een stem die hem zei: “Saul, Saul, waarom vervolgt gij Mij?”Hij sprak: “Wie zijt gij, Heer?” Hij antwoordde: “Ik ben Jezus, die gij vervolgt. Maar sta op en ga de stad in; daar zal iemand u zeggen wat ge doen moet.” Zijn reisgezellen stonden sprakeloos, want zij hoorden wel de stem, maar zagen niemand. Saulus stond van de grond op, maar hoewel zijn ogen open waren, zag hij niets. Zij namen hem dus bij de hand en brachten hem Damascus binnen. Drie dagen lang kon hij niet zien en at of dronk niet.

8 Een bekend verhaal… Handelingen 9, 1-9 Hij viel ter aarde en hoorde een stem die hem zei: “Saul, Saul, waarom vervolgt gij Mij?”Hij sprak: “Wie zijt gij, Heer?” Hij antwoordde: “Ik ben Jezus, die gij vervolgt. Maar sta op en ga de stad in; daar zal iemand u zeggen wat ge doen moet.” Zijn reisgezellen stonden sprakeloos, want zij hoorden wel de stem, maar zagen niemand. Saulus stond van de grond op, maar hoewel zijn ogen open waren, zag hij niets. Zij namen hem dus bij de hand en brachten hem Damascus binnen. Drie dagen lang kon hij niet zien en at of dronk niet. Sta op: anastèthi; Saulus stond van de grond op: hij werd opgewekt, hij is opgestaan: ègerthè: zoals in Lc 24,6: over Jezus die is opgestaan; Lc 24,12: Petrus anastas; Lc 24,33: de Emmaüsgangers ‘anastantes’: opstaan

9 Een bekend verhaal… Handelingen 9, 1-9 Hij viel ter aarde en hoorde een stem die hem zei: “Saul, Saul, waarom vervolgt gij Mij?”Hij sprak: “Wie zijt gij, Heer?” Hij antwoordde: “Ik ben Jezus, die gij vervolgt. Maar sta op en ga de stad in; daar zal iemand u zeggen wat ge doen moet.” Zijn reisgezellen stonden sprakeloos, want zij hoorden wel de stem, maar zagen niemand. Saulus stond van de grond op, maar hoewel zijn ogen open waren, zag hij niets. Zij namen hem dus bij de hand en brachten hem Damascus binnen. Drie dagen lang kon hij niet zien en at of dronk niet.

10 Paulus vertelt het zelf
Handelingen 22, 6-11 Onderweg, toen ik al dicht bij Damascus was, omstraalde mij rond het middaguur plotseling een fel licht uit de hemel. Ik viel ter aarde en hoorde een stem tot mij zeggen: “Saul, Saul, waarom vervolgt gij Mij?” Ik antwoordde: “Wie zijt gij, Heer?” Hij hernam: “Ik ben Jezus van Nazaret die gij vervolgt.”  Mijn metgezellen zagen wel het licht, maar hoorden niet de stem van Hem die mij toesprak. Ik zei: “Wat moet ik doen, Heer?” En de Heer weer tot mij: “Sta op en vervolg uw reis naar Damascus; daar zal men u alles zeggen wat gij te doen hebt.” Omdat ik echter tengevolge van de schittering van het licht niet zien kon, werd ik door mijn gezellen bij de hand geleid en zo kwam ik in Damascus aan.

11 Handelingen 22, 6-11 Onderweg, toen ik al dicht bij Damascus was, omstraalde mij rond het middaguur plotseling een fel licht uit de hemel. Ik viel ter aarde en hoorde een stem tot mij zeggen: “Saul, Saul, waarom vervolgt gij Mij?” Ik antwoordde: “Wie zijt gij, Heer?” Hij hernam: “Ik ben Jezus van Nazaret die gij vervolgt.”  Mijn metgezellen zagen wel het licht, maar hoorden niet de stem van Hem die mij toesprak. Ik zei: “Wat moet ik doen, Heer?” En de Heer weer tot mij: “Sta op en vervolg uw reis naar Damascus; daar zal men u alles zeggen wat gij te doen hebt.” Omdat ik echter ten gevolge van de schittering van het licht niet zien kon, werd ik door mijn gezellen bij de hand geleid en zo kwam ik in Damascus aan.

12 Handelingen 22, 6-11 Onderweg, toen ik al dicht bij Damascus was, omstraalde mij rond het middaguur plotseling een fel licht uit de hemel. Ik viel ter aarde en hoorde een stem tot mij zeggen: “Saul, Saul, waarom vervolgt gij Mij?” Ik antwoordde: “Wie zijt gij, Heer?” Hij hernam: “Ik ben Jezus van Nazaret die gij vervolgt.”  Mijn metgezellen zagen wel het licht, maar hoorden niet de stem van Hem die mij toesprak. Ik zei: “Wat moet ik doen, Heer?” En de Heer weer tot mij: “Sta op en vervolg uw reis naar Damascus; daar zal men u alles zeggen wat gij te doen hebt.” Omdat ik echter ten gevolge van de schittering van het licht niet zien kon, werd ik door mijn gezellen bij de hand geleid en zo kwam ik in Damascus aan. >< Hand. 9, 7: Zijn reisgezellen stonden sprakeloos, want zij hoorden wel de stem, maar zagen niemand.

13 En Paulus vertelt nogmaals
Handelingen 26, Het was midden op de dag toen ik onderweg een licht uit de hemel mij en mijn reisgezellen zag omstralen, feller dan de schittering van de zon. Wij vielen allen ter aarde en ik hoorde een stem in het Hebreeuws tot mij zeggen: “Saul, Saul, waarom vervolgt ge Mij? Gij kwelt uzelf door uw zinloze halsstarrigheid.”

14 En Paulus vertelt nogmaals
Handelingen 26, Het was midden op de dag toen ik onderweg een licht uit de hemel mij en mijn reisgezellen zag omstralen, feller dan de schittering van de zon. Wij vielen allen ter aarde en ik hoorde een stem in het Hebreeuws tot mij zeggen: “Saul, Saul, waarom vervolgt ge Mij? Gij kwelt uzelf door uw zinloze halsstarrigheid.”

15 Hoe lezen we deze tekst? verleden heden toekomst

16 Het verleden bekering = een ommekeer
God onderbreekt de geschiedenis: hij neemt het initiatief “de dialoog is wederzijds transformatief” “une fracture existentielle” in brieven verwijst Paulus naar zijn bekering: geen verhaal centraal: ik word geroepen legitimatie van statuut van apostel

17 Het verleden verbeelden
veel beelden: licht vallen en opstaan: dood en verrijzenis drie dagen beeldende kunsten

18 Filips II stuurde hertog Alva om de mensen in de Nederlanden tot de orde te roepen. Met dit schilderij over Paulus zou Pieter Breugel hebben willen zeggen: Alva is net als Paulus iemand die mensen met een andere mening wil uitroeien. Maar hopelijk komt hij net als Paulus tot inzicht.

19

20

21

22

23 Richard Serrin is een kunstenaar ( ), die geboren werd in Amerika, maar al sinds lange tijd in Italië verblijft. Het werk, waarin hij de roeping van Paulus weergeeft, valt op door de weergave van wat essentieel is aan het gebeuren: . Een licht verplettert Paulus zo, dat hij ervan op de grond valt. Dat licht staat symbool voor Jezus. . De handen drukken een afwerend gebaar uit. Maar elk van beide handen kan ook een houding uitdrukken tegenover wat er gebeurt: afwijzend en ontvangend. . De dichte ogen van Paulus stellen zijn (tijdelijke) blindheid voor. 

24 Waarom het paard? Is een toevoeging uit de verhalen!
Hij is gevallen  hij is van zijn paard gevallen = hij is van troon gevallen, hij is van zijn piëdestal gevallen Paard = macht

25 Hoe lezen we deze tekst? verleden heden

26 Wat zegt dit verhaal aan mij?
ken ik momenten van plotse bekering/verandering? waardoor/door wie laat ik me aanspreken? laat ik me aanspreken door Jezus Christus? ga ik de dialoog met hem aan? “waarom vervolgt gij Mij?”  voel ik mij aangesproken? opstanding: waaruit moet ik opstaan?

27 Hoe lezen we deze tekst? verleden heden toekomst

28 Een visioen Ons visioen: de katholieke dialoogschool:
recontextualisering: verhaal wordt verteld, telkens weer anders, aangepast aan de omstandigheden de kracht van de dialoog van letterlijk naar post-kritisch geloof: van de letter van de wet naar de geest van de wet: liefde, liefde, liefde

29 enkele warmwaterbronnen
cursus Martijn Steegen bijbel in 1000 seconden kijk elkaar in de ogen: “alleen wanneer we de andere in de ogen kijken, kunnen we het gelaat van Christus ontmoeten” (Liefde in tijden van katholieke dialoogschool, p. 30)