De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Over leesmotivatie, leesweerstand, woordenschat en strategisch lezen

Verwante presentaties


Presentatie over: "Over leesmotivatie, leesweerstand, woordenschat en strategisch lezen"— Transcript van de presentatie:

1 Over leesmotivatie, leesweerstand, woordenschat en strategisch lezen
Betrokken lezers Over leesmotivatie, leesweerstand, woordenschat en strategisch lezen Roel van Steensel Vrije Universiteit/Erasmus Universiteit

2 Quiz Krijgen leerlingen meer plezier in lezen als je ze een beloning in het vooruitzicht stelt? Kun je bang zijn voor lezen net zoals je bang kunt zijn voor spinnen? Hoeveel procent van de woorden in een tekst moet je kennen om een tekst goed te kunnen begrijpen? Kun je zwakke lezers leren om hun eigen leesproces aan te sturen?

3 Reading Engagement Model (Guthrie & Wigfield, 2000)

4 Betrokken lezers Betrokken lezers … … zijn gemotiveerde lezers.
… hebben kennis van de wereld en zetten die in tijdens het lezen. … zijn strategische lezers. Woordenschat

5 Betrokken lezers Leesmotivatie Woordenschat Strategisch lezen

6 Betrokken lezers S A L

7 Betrokken lezers Studie naar Achtergronden van Lees- en Schrijfontwikkeling bij Adolescenten

8 Betrokken lezers Leesmotivatie Woordenschat Strategisch lezen

9 Wil ik een goede lezer zijn
Leesmotivatie Waarom wil je je energie steken in lezen? Intrinsieke motivatie. Extrinsieke motivatie. Interesse. Waardering. Beheersingsdoelen. Sociale motivatie. Competentie. Wil ik een goede lezer zijn en waarom?

10 Vind ik dat ik een goede lezer ben (of kan worden)?
Leesmotivatie Waarom wil je je energie steken in lezen? Intrinsieke motivatie. Extrinsieke motivatie. Interesse. Waardering. Beheersingsdoelen. Sociale motivatie. Competentie. Redenen om te lezen Vind ik dat ik een goede lezer ben (of kan worden)?

11 Leesmotivatie Redenen om te lezen Zelfvertrouwen
Waarom wil je je energie steken in lezen? Intrinsieke motivatie. Extrinsieke motivatie. Interesse. Waardering. Beheersingsdoelen. Sociale motivatie. Competentie. Redenen om te lezen Zelfvertrouwen

12 Leesmotivatie, leesgedrag en leesvaardigheid
+ + Leesmotivatie: redenen om te lezen + zelfvertrouwen Frequent en actief lezen Leesvaardigheid

13 Leesmotivatie, leesgedrag en leesvaardigheid
+ + Leesmotivatie: redenen om te lezen + zelfvertrouwen Frequent en actief lezen Leesvaardigheid _ _ Extrinsieke motivatie Frequent en actief lezen Leesvaardigheid

14 Positieve leesspiraal
Leesmotivatie Mol & Bus (2011) Leesfrequentie Leesvaardigheid Leesmotivatie

15 Negatieve leesspiraal
Leesmotivatie Nielen & Bus (2015) Leesfrequentie Leesvaardigheid Leesmotivatie

16 Negatieve leesspiraal
Leesmotivatie Nielen & Bus (2015) Leesfrequentie Leesvaardigheid Leesmotivatie Leesweerstand

17 Negatieve leesmotivaties

18 Negatieve leesmotivaties
Negatief Positief

19 Negatieve leesmotivaties
Positieve motivaties

20 Negatieve leesmotivaties

21 Negatieve leesmotivaties
Negatieve motivaties

22 Negatieve leesmotivaties
Positieve motivaties Negatieve motivaties

23 Negatieve leesmotivaties
Ik vind lezen leuk. 1 Helemaal oneens 2 Oneens 3 Beetje eens, beetje oneens 4 Eens 5 Helemaal eens

24 Negatieve leesmotivaties
Ik vind lezen leuk. 1 Helemaal oneens 2 Oneens 3 Beetje eens, beetje oneens 4 Eens 5 Helemaal eens

25 Negatieve leesmotivaties
Ik vind lezen leuk. 1 Helemaal oneens 2 Oneens 3 Beetje eens, beetje oneens 4 Eens 5 Helemaal eens

26 Negatieve leesmotivaties
Ik vind lezen leuk. 1 Helemaal oneens 2 Oneens 3 Beetje eens, beetje oneens 4 Eens 5 Helemaal eens

27 Negatieve leesmotivaties
Ik vind lezen leuk. 1 Helemaal oneens 2 Oneens 3 Beetje eens, beetje oneens 4 Eens 5 Helemaal eens

28 Negatieve leesmotivaties
Ik vind lezen leuk. 1 Helemaal oneens 2 Oneens 3 Beetje eens, beetje oneens 4 Eens 5 Helemaal eens

29 Negatieve leesmotivaties
Ik haat lezen. 1 Helemaal oneens 2 Oneens 3 Beetje eens, beetje oneens 4 Eens 5 Helemaal eens

30 Negatieve leesmotivaties
Ik haat lezen. 1 Helemaal oneens 2 Oneens 3 Beetje eens, beetje oneens 4 Eens 5 Helemaal eens

31 Negatieve leesmotivaties
Ik haat lezen. 1 Helemaal oneens 2 Oneens 3 Beetje eens, beetje oneens 4 Eens 5 Helemaal eens

32 Negatieve leesmotivaties
Als het onderscheid tussen positieve en negatieve motivaties inderdaad bestaat…. … dan zijn die negatieve motivaties misschien wel extra belangrijk voor leerlingen in het vmbo.

33 Negatieve leesmotivaties
Vragenlijst: Positief: intrinsieke motivatie. Positief: zelfvertrouwen. Negatief: vermijding (de neiging om leesactiviteiten uit de weg te gaan). Negatief: ervaren moeilijkheid (het gevoel dat leesactiviteiten te moeilijk zijn om uit te voeren). Lezen op school en vrijetijdslezen. Combinatie met een leestoets.

34 Negatieve leesmotivaties
Intrinsieke motivatie Intrinsieke motivatie Vermijding Vermijding Lezen op school Vrijetijdslezen Zelfver-trouwen Zelfver-trouwen Ervaren moeilijk-heid Ervaren moeilijk-heid

35 Negatieve leesmotivaties
Een ‘acht factoren’-model paste het best op onze data: Positieve motivaties zijn niet hetzelfde als negatieve motivaties. Motivatie voor lezen op school is niet hetzelfde als motivatie voor vrijetijdslezen.

36 Negatieve leesmotivaties
Verklaring van verschillen in leesvaardigheid: Stap 1: positieve motivaties: Intrinsieke motivatie voor vrijetijdslezen. Zelfvertrouwen in lezen op school. Zelfvertrouwen in vrijetijdslezen. Stap 2: negatieve motivaties: Ervaren moeilijkheid van schools lezen. Ervaren moeilijkheid van vrijetijdslezen. Dus: negatieve leesmotivaties doen ertoe.

37 Leesangst Negatieve leeservaringen kunnen samengaan met negatieve gevoelens: lezen kan als bedreigend worden ervaren.

38 Leesangst Angstonderzoek: als je iets als bedreigend ervaart, ben je geneigd daarop te fixeren.

39 Leesangst Angstonderzoek: als je iets als bedreigend ervaart, ben je geneigd daarop te fixeren.

40 Leesangst Nielen, Mol, Sikkema-De Jong & Bus (2016):
Komt leesangst meer voor in het vmbo dan in havo/vwo? 600 leerlingen in vmbo en havo/vwo: “Leesangsttest”

41 Leesangst

42 Leesangst

43 Leesangst

44 Leesangst

45 Leesangst Leerlingen moesten zo snel mogelijk aangeven (intikken) naar welk plaatje de pijl wees (links of rechts). Verwachting: als je leesangst hebt, zal je aandacht worden getrokken door de leesplaatjes en zal je sneller reageren in de situaties waarin de pijl naar het leesplaatje wijst.

46 Leesangst Resultaat: in het vmbo laten leerlingen significant vaker indicaties zijn van leesangst dan in havo/vwo.

47 Tussentijdse conclusie (1)
Er bestaat zoiets als negatieve motivaties en leesangst. Negatieve motivaties en leesangst lijken (vooral) voor vmbo- leerlingen een rol te spelen in hun leesontwikkeling. Belangrijke vraag: kunnen we leesweerstand wegnemen?

48 Leesmotivatie bevorderen
Meta-analyse naar leesmotivatieprogramma’s (Van Steensel, Van der Sande, & Arends, 2017): Werken leesmotivatieprogramma’s of werken ze niet (voor motivatie en leesvaardigheid)? Waardoor worden eventuele verschillen in effecten bepaald? 95 verschillende programma’s, verdeeld over 88 studies.

49 Leesmotivatie bevorderen
Intrinsieke motivatie. Extrinsieke motivatie. Interesse. Waardering. Beheersingsdoelen. Sociale motivatie. Zelfvertrouwen.

50 Leesmotivatie bevorderen
Intrinsieke motivatie. Extrinsieke motivatie. Interesse. Waardering. Beheersingsdoelen. Sociale motivatie. Zelfvertrouwen. Aandacht voor autonomie (vrij lezen)

51 Leesmotivatie bevorderen
Intrinsieke motivatie. Extrinsieke motivatie. Interesse. Waardering. Beheersingsdoelen. Sociale motivatie. Zelfvertrouwen. Beloningen

52 Leesmotivatie bevorderen
Intrinsieke motivatie. Extrinsieke motivatie. Interesse. Waardering. Beheersingsdoelen. Sociale motivatie. Zelfvertrouwen. Match leerling – boek (interesse)

53 Leesmotivatie bevorderen
Intrinsieke motivatie. Extrinsieke motivatie. Interesse. Waardering. Beheersingsdoelen. Sociale motivatie. Zelfvertrouwen. Match leerling – boek (niveau)

54 Leesmotivatie bevorderen
Leesmotivatieprogramma’s hebben positieve effecten: Op leesmotivatie. Op leesvaardigheid. Programma’s gericht op redenen om te lezen en bevorderen van zelfvertrouwen hadden de grootste effecten.

55 Leesmotivatie bevorderen
Intrinsieke motivatie. Extrinsieke motivatie. Interesse. Waardering. Beheersingsdoelen. Sociale motivatie. Zelfvertrouwen.

56 Leesmotivatie bevorderen
Intrinsieke motivatie. Extrinsieke motivatie. Interesse. Waardering. Beheersingsdoelen. Sociale motivatie. Zelfvertrouwen.

57 Leesmotivatie bevorderen
Intrinsieke motivatie. Extrinsieke motivatie. Interesse. Waardering. Beheersingsdoelen. Sociale motivatie. Zelfvertrouwen.

58 Leesmotivatie bevorderen
De effecten zijn het grootst: Voor leerlingen in het voortgezet onderwijs (op leesvaardigheid). Voor zwakke lezers (op leesmotivatie). Kun je op die manier ook leesweerstand wegnemen?

59 Leesmotivatie bevorderen
Concept-Oriented Reading Instruction (CORI): Combinatie lees- en vakonderwijs. Leesstrategie-instructie. Verschillende typen motivaties.

60 Leesweerstand reduceren
Positieve motivaties CORI Leesvaardigheid Negatieve motivaties

61 Leesweerstand reduceren
Positieve motivaties CORI Leesvaardigheid Ervaren moeilijkheid

62 Tussentijdse conclusie (2)
Investeren in leesmotivatie helpt, zowel voor leesmotivatie als voor leesvaardigheid. Activiteiten die helpen om positieve motivaties te bevorderen, helpen mogelijk ook om negatieve motivaties te verminderen.

63 Betrokken lezers Leesmotivatie Woordenschat Strategisch lezen

64 Waarom is woordenschat zo belangrijk voor lezen?
Je moet veel woorden kennen om een tekst te kunnen begrijpen. Als je veel woorden kent, lees je vlotter en houd je meer “cognitieve ruimte” over. Woordenschat is een indicator voor iets anders: kennis van de wereld.

65 Waarom woordenschat zo belangrijk is voor lezen
Mentale representatie

66 Waarom woordenschat zo belangrijk is voor lezen
Voorbeeld: Hij liep naar de bank … … want hij had geld nodig.

67 Woordenschat Van Steensel, Oostdam, Van Gelderen, & Van Schooten (2016): Relatie woordenschat, begrijpend lezen en meertaligheid. 328 vmbo-leerlingen: 166 eersteklassers en 162 derdeklassers. 237 eentalig (Nederlands) en 91 meertalig (een andere taal naast Nederlands).

68 Woordenschat Resultaten:
Meertalige leerlingen hebben een kleinere woordenschat (Nederlands) dan eentalige leerlingen. Een grotere woordenschat gaat samen met beter begrijpend lezen. Geen verschillen in begrijpend lezen tussen een- en meertalige leerlingen. Maar toen we de effecten van woordenschat en meertaligheid samenvoegden: positief effect van meertaligheid op begrijpend lezen.

69 Woordenschat Nederlands
Eentaligen > Meertaligen

70 Woordenschat Nederlands
Eentaligen Meertaligen =

71 Woordenschat Nederlands
Begrijpend lezen Meertaligen Eentaligen Meertaligen Eentaligen = <

72 Woordenschat Dus: Als de meertalige leerlingen een even goede woordenschat zouden hebben als de eentalige leerlingen … … dan zouden de meertalige leerlingen de betere lezers zijn.

73 Woordenschat Meertalige leerlingen vervullen hun potentieel niet door achterblijvende woordenschat. Trapman (2016): er is een relatie tussen groei in woordenschat en groei in begrijpend lezen, maar alleen voor meertalige leerlingen.

74 Tussentijdse conclusie (3)
Woordenschat is van cruciaal belang voor een goede leesvaardigheid. Woordenschat vormt voor meertalige leerlingen een drempel om hun leespotentieel te realiseren.

75 Betrokken lezers Leesmotivatie Woordenschat Strategisch lezen

76 Strategisch lezen … houdt in dat je bewust nadenkt over je eigen leesproces.

77 Metacognitie

78 Je eigen leesproces in de gaten houden
Metacognitie Je eigen leesproces in de gaten houden

79 Metacognitie Je eigen leesproces aansturen Meta-niveau:
(niveau van de poppenspeler) Je eigen leesproces aansturen Object-niveau: leesproces uitvoeren (niveau van de marionet)

80 Metacognitieve activiteiten
Meta-niveau Metacognitieve activiteiten

81 Metacognitieve activiteiten
Meta-niveau Metacognitieve activiteiten Oriënteren en plannen Monitoren Evalueren

82 Metacognitie Meta-niveau Metacognitieve activiteiten
Oriënteren en plannen Monitoren Evalueren Hoe ga ik dat nou aanpakken?

83 Metacognitieve activiteiten
Meta-niveau Metacognitieve activiteiten Oriënteren en plannen Monitoren Evalueren Snap ik het nog?

84 Metacognitieve activiteiten
Meta-niveau Metacognitieve activiteiten Oriënteren en plannen Monitoren Evalueren Hoe is het gegaan?

85 Metacognitieve activiteiten
Meta-niveau Metacognitieve activiteiten Oriënteren en plannen Monitoren Evalueren Object-niveau Leesstrategieën

86 Strategisch lezen

87 “Dat gaat zeker over die arme landen of zo.”
Strategisch lezen “Dat gaat zeker over die arme landen of zo.”

88 “Dat gaat zeker over die arme landen of zo.”
Strategisch lezen “Dat gaat zeker over die arme landen of zo.” Voorspelling doen

89 “Dat gaat zeker over die arme landen of zo.”
Strategisch lezen “Dat gaat zeker over die arme landen of zo.” Voorspelling doen “Oh ik snap het al. De een die is zo’n schoonmaakslaafdingetje en die ander is de baas van het huis, zeg maar. Maar ze zijn vrienden.”

90 “Dat gaat zeker over die arme landen of zo.”
Strategisch lezen “Dat gaat zeker over die arme landen of zo.” Voorspelling doen “Oh ik snap het al. De een die is zo’n schoonmaakslaafdingetje en die ander is de baas van het huis, zeg maar. Maar ze zijn vrienden.” Samenvatten

91 “Dat gaat zeker over die arme landen of zo.”
Strategisch lezen “Dat gaat zeker over die arme landen of zo.” Voorspelling doen “Oh ik snap het al. De een die is zo’n schoonmaakslaafdingetje en die ander is de baas van het huis, zeg maar. Maar ze zijn vrienden.” Samenvatten “Maar die een die is dus rijker dan die ander. Oké, dan snap ik het weer.”

92 “Dat gaat zeker over die arme landen of zo.”
Strategisch lezen “Dat gaat zeker over die arme landen of zo.” Voorspelling doen “Oh ik snap het al. De een die is zo’n schoonmaakslaafdingetje en die ander is de baas van het huis, zeg maar. Maar ze zijn vrienden.” Samenvatten “Maar die een die is dus rijker dan die ander. Oké, dan snap ik het weer.” Samenvatten

93 “Dat gaat zeker over die arme landen of zo.”
Strategisch lezen “Dat gaat zeker over die arme landen of zo.” Voorspelling doen “Oh ik snap het al. De een die is zo’n schoonmaakslaafdingetje en die ander is de baas van het huis, zeg maar. Maar ze zijn vrienden.” Samenvatten “Maar die een die is dus rijker dan die ander. Oké, dan snap ik het weer.” Samenvatten Leesstrategieën

94 Strategisch lezen Voorspelling doen Samenvatten Samenvatten
“Dat gaat zeker over die arme landen of zo.” Voorspelling doen “Oh ik snap het al. De een die is zo’n schoonmaakslaafdingetje en die ander is de baas van het huis, zeg maar. Maar ze zijn vrienden.” Samenvatten “Maar die een die is dus rijker dan die ander. Oké, dan snap ik het weer.” Samenvatten Instrumenten die je inzet om je begripsproces te ondersteunen. Leesstrategieën

95 “Dat gaat zeker over die arme landen of zo.”
Strategisch lezen “Dat gaat zeker over die arme landen of zo.” Oriënteren Voorspelling doen “Oh ik snap het al. De een die is zo’n schoonmaakslaafdingetje en die ander is de baas van het huis, zeg maar. Maar ze zijn vrienden.” Monitoren Samenvatten “Maar die een die is dus rijker dan die ander. Oké, dan snap ik het weer.” Monitoren Samenvatten

96 Strategisch lezen Wat betekent dat voor het onderwijs?
Leesstrategieën staan nooit op zichzelf: je gebruikt ze altijd om iets anders te doen. Leesstrategieën pas je toe op de momenten dat ze nodig zijn.

97 Strategisch lezen Werken leesstrategieën voor vmbo-leerlingen?
Van Steensel e.a. (2016): leerlingen die weten wat effectieve leesstrategieën zijn, scoren hoger op begrijpend lezen.

98 Strategisch lezen Niet mee eens Mee eens
Niet mee eens Mee eens 1) Als je leest, dan is het verstandig om de meeste energie te steken in het onthouden van de details van de tekst. O 2) Als je een hoofdstuk uit een schoolboek leest, dan is het verstandig om eerst alle titels van de paragrafen (de 'kopjes') te lezen, zodat je een indruk krijgt van wat er in het hoofdstuk staat.

99 Strategisch lezen Werken leesstrategieën voor vmbo-leerlingen?
Van Steensel e.a. (2016): leerlingen die weten wat effectieve leesstrategieën zijn, scoren hoger op begrijpend lezen. Als je leerlingen traint om strategieën in te zetten, gaan ze dan ook beter lezen?

100 Nieuwsbegrip Leerlingen krijgen onderwijs in het toepassen van vijf leesstrategieën: Voorspellen. Samenvatten. Vragen stellen. Ophelderen van onduidelijkheden. Verbanden leggen.

101 Nieuwsbegrip Week 1: Strategie 1 Week 2: Strategie 2
De lessen zijn opgebouwd in blokken: Week 1: Strategie 1 Week 2: Strategie 2 Week 3: Strategie 3 Week 4: Strategie 4 Week 5: Strategie 5 Week 6: Blokles (alle strategieën samen)

102 Nieuwsbegrip Nieuwsbegrip maakt gebruik van drie belangrijke onderwijsprincipes: Directe instructie: expliciete instructie over het wat, hoe, waarom en wanneer van leesstrategieën. Modeling: hardop voordoen van de toepassing van leesstrategieën. Groepswerk: samen leesstrategieën toepassen.

103 Nieuwsbegrip Onderzoeksvragen (Okkinga, Van Steensel, Van Gelderen, & Sleegers, 2016): Heeft Nieuwsbegrip effect: leidt meedoen tot een betere leesvaardigheid bij leerlingen? Hoe belangrijk is de kwaliteit van de uitvoering voor programma- effecten?

104 Nieuwsbegrip 20 klassen van 10 scholen:
2 vergelijkbare vmbo-klassen per school (leerjaar 1). Random toegewezen aan experimentele conditie (Nieuwsbegrip, 189 leerlingen) en controleconditie (180 leerlingen). Wekelijks 1 Nieuwsbegriples (45 minuten). Uitvoering door docenten. Training en coaching door onderzoekers. Leestoets en lesobservaties.

105 Nieuwsbegrip Geen hoofdeffect van Nieuwsbegrip op begrijpend lezen …
… maar wel een ‘interactie-effect’ van Nieuwsbegrip en kwaliteit van instructie: Als docenten goede strategie-instructie geven, dan heeft dat een positief effect op het begrijpend lezen. Maar: dat positieve effect trad alleen op in de Nieuwsbegripklassen. Nieuwsbegrip biedt blijkbaar een goede voedingsbodem voor effectieve strategieinstructie.

106 Besluit Rol van leesmotivatie, negatieve motivaties en leesangst.
Leesmotivatieprogramma’s hebben effect op leesmotivatie en leesvaardigheid. Rol van woordenschat, met name voor meertalige leerlingen. Rol van leesstrategieën.


Download ppt "Over leesmotivatie, leesweerstand, woordenschat en strategisch lezen"

Verwante presentaties


Ads door Google